Recensie: Dimitri Verhulst – Monoloog van iemand die het gewoon werd tegen zichzelf te praten
Beter dan het Boekenweekgeschenk
De Boekenweek is vandaag afgelopen, maar wie er nog niet genoeg van heeft kan altijd terecht in De Bijenkorf, waar het de hele maand maart Boekenmaand is. Het warenhuis heeft ook de goede gewoonte om een novelle uit te geven in deze maand en de keus voor de auteur is over het algemeen wat gedurfder dan die van het CPNB. Dit jaar schreef Dimitri Verhulst Monoloog van iemand die het gewoon werd tegen zichzelf te praten. ‘Het valt niet mee om Senegalees te zijn, of hoer. Seynabou is beide.’ De achterflap laat zien dat net als in De kraai van Abdolah een andere cultuur een rol speelt. In dit geval gaat het boekje over een Vlaamse wielrenner die een nachtje doorbrengt met een hoer in Senegal. Een nacht die hij niet zal overleven.
Achterin het boekje staat: ‘De gelijkenissen van personages of situaties in deze monoloog met personages of situaties in de werkelijkheid berusten uiteraard niet op louter toeval. (…) Maar het zou volkomen onjuist en zelfs gevaarlijk zijn om de reminiscentie te nemen voor de eigenlijke werkelijkheid.’ Een goede waarschuwing, want de wielrenner Jens De Gendt kent toch wel heel veel overeenkomsten met Frank Vandenbroucke die op 34-jarige leeftijd overleed in Senegal na een verblijf bij een Senegalese prostituee. Een triest einde voor een groot wielrenner, die tijdens zijn leven achtervolgd werd door dopingschandalen. Jens De Gendt overlijdt denkt men aan een verkeerde combinatie van middelen, in werkelijkheid was het een longembolie (net als bij Vandenbroucke).
Verhulst heeft ervoor gekozen om het perspectief uitsluitend te leggen bij de Senegalese hoer. Daardoor krijg je een nogal cynische blik op die westerlingen die even langskomen in Afrika.
‘Mogen wij even dromen alstublieft? De meeste Senegalezen verdienen 2 dollar per dag, meer dan 70 procent van de vrouwen is analfabeet, onze levensverwachting is 52 jaar. Als ik een bril van Ray-Ban op mijn neusbeen zet en daarmee poseer voor een Europees voddenblaadje, verduizendvoudig ik de waarde van mijn bestaan.
… 52 jaar. Dat betekent onder meer dat ik elke week meermaals word beslapen door iemand die ouder is dan ikzelf van de statistieken worden mag.’
In Monoloog van iemand die het gewoon werd tegen zichzelf te praten reconstrueert Verhulst wat er tussen de wielrenner en Seynabou is gebeurd in die fatale nacht. Ondanks de waarschuwing achterin retoucheert hij daarmee toch de werkelijkheid, omdat de westerse media direct met de beschuldigende vinger wezen naar de vrouw met wie hij de laatste nacht doorbracht. Het is een kleine aanklacht, zoals er wel meer kleine aanklachten zitten in het relaas van Seynabou. Het treurigste gegeven is echter dat zij verliefd werd op deze mooie wielrenner en voor een paar uur dromen kon van een betere toekomst. Tevergeefs. Het Bijenkorfboekje is veel beter dan het Boekenweekgeschenk.
Coen Peppelenbos
Dimitri Verhulst – Monoloog van iemand die het gewoon werd tegen zichzelf te praten. De Bijenkorf/Contact, Amsterdam. 94 blz. € 4,95 (alleen in De Bijenkorf).