Reportage: De kippenjongen van Gerard van Emmerik gepresenteerd
Er zijn weinig mensen die kippenmest lekker vinden ruiken, maar schrijver Gerard van Emmerik is er één van. ‘Dat heeft te maken met vroeger, veiligheid en Mies Bouwman,’ zei Van Emmerik gisteren op de presentatie van De kippenjongen op de burelen van uitgeverij Nieuw Amsterdam. Het was er stampvol. Toet literair Amsterdam was aanwezig, terwijl ook elders in de stad nieuwe boeken omhoog werden gehouden. We zagen Th. van Os, Jos Versteegen, Gerbrand Bakker, Gerry van der Linden, F. Starik, Thijs de Boer, Marieke Groen, fotograaf Jan Carel Warffemius en vele anderen.
De kippenjongen heeft een autobiografische kern, want Van Emmerik is zelf opgegroeid als zoon van een kippenboer. Janneke Louman verving gisteren Marie-Anne van Wijnen die ziek thuis lag (‘Kippensoep eten!’ aldus de raad van de schrijver) en gaf onder een dode eend die aan de muur gespijkerd was een enthousiasmerende toespraak over het boek. Van Emmerik gaf het boek door aan zijn geliefde die een nare zomer doorgemaakt had met de schrijver die over de melodie van elke zin leek te tobben.
Op de terugweg zagen we een hoge delegatie komen uit restaurant Momo: Remco Campert, Eppo van Nispen, Ronald Giphart, Philip Freriks en een stoet CPNB-ers die de campagne rond Nederland leest doorgesproken hadden. Campert oogde broos.
Het boek De Kippenjongen van Gerard van Emmerik is briljant.
Ik heb De Kippenjongen net uit, kon het niet wegleggen. Vooral het einde steengoed.