Column: Erik Nieuwenhuis – Toekomstdromen (40)
Hoe het zo gekomen is? Dat is een lang verhaal. En op deze koude dinsdagochtend in februari heb je weinig zin om daar lang bij stil te staan. Je bent 42, 47, 52, 63 of 82 en de dingen zijn gegaan zoals ze zijn gegaan. Er zijn momenten geweest waarop je ineens geld had. En als je daar wat verstandiger mee was omgegaan, zou je nu… Ooit belde een headhunter met een aanbod dat je niet kon weigeren. Je weet niet waarom je dat toch hebt gedaan. Misschien had je toch met W. naar Santiago de Compostella moeten fietsen, of één keer boven jezelf uit moet stijgen toen J. je voorrekende wat je in Alaska aan boord van een kustvaarder per maand kon verdienen. En die avond dat ze maar bleef zitten op de bank en jij maar bleef slepen met blokjes kaas en flesjes speciaalbier. Je had haar gewoon vol op de bek moeten pakken. Niet gedaan. Je had een villa aan het water kunnen hebben, oud kunnen worden in Noorwegen met die jongen die tijdens dat zomerkamp in Tsjechië zoveel werk van je maakte. Als je in 1976 was gescheiden, gewoon als iedereen, had je in 1980 die reis naar Tristan da Cunha kunnen maken. Dan had je nou wat te vertellen gehad, terug kunnen kijken op een rijk en bewogen leven. Je leraar aardrijkskunde had gelijk kunnen krijgen toen hij in 1982 zei dat de wereld nog wel van deze dame zou horen. Het lot (je brein? de tijd? je opvoeding? de examencommissie?) besliste anders en nu zit je in lijn 17 op weg naar Osdorp en bij het verkeerslicht net over de ringweg valt je oog op een auto met een bedrijfslogo op het rechterportier. Onder het logo, een gestileerde zon die opkomt of ondergaat, staan vier woorden: ‘worden wie je bent’. Gelukkig kun je daar nog steeds wel om lachen.
Erik Nieuwenhuis