Worden wie je bent

Eén nacht duurt de nieuwste roman van Jan van Mersbergen, maar je krijgt een heel leven. Naar de overkant van de nacht speelt tijdens carnaval (Vastelaovend) in Venlo. Je volgt Ralf die zich samen met zijn oom in het feestgedruis heeft gestort, maar die zich – nadat hij zijn oom is kwijtgeraakt – alleen een weg door de nacht baant. Tientallen drankjes later (in, natuurlijk, 11 hoofdstukken) heeft hij de overkant van de nacht daadwerkelijk gehaald en is hij ondanks een behoorlijke hoeveelheid alcohol een wezenlijk ander mens geworden.

De centrale vraag die Ralf zich tijdens de nacht stelt, is wie hij is. De eerste regel van de roman luidt: ‘Tijdens Vasteloavend ben je niet verkleed als iemand anders, tijdens Vasteloavend ben je eindelijk jezelf.’ Ralf is verkleed als veerman, voor een muntje kunnen mensen zich laten overzetten in de nacht. De symboliek ligt er zwaar bovenop, maar dat past juist bij carnaval waar alles uitvergroot wordt. Het duurt nog 160 bladzijden voordat Ralf kan concluderen: ‘Ik ben eindelijk mezelf.’ Dan is hij degene die overgezet wordt.

Je zit tijdens deze hallucinerende nacht in het hoofd van Ralf, je deelt zijn gedachten, je ziet wat hij ziet en je krijgt langzaam, in flarden van herinneringen, een beeld van zijn verleden. Je komt te weten dat Ralf een schipperskind is dat ooit aan wal is gegaan om de school te kunnen volgen. De band met zijn ouders bestaat nauwelijks. Die breuk is traumatisch. Ralf hecht zich aan niemand. Als hij als jongetje via via te horen krijgt dat Sara op hem verliefd is, reageert hij bot afwijzend. Jaren later komt hij haar weer tegen in een supermarkt. Zij heeft inmiddels vier kinderen, waaronder twee doofstomme jonge kinderen. De vader is verdwenen. Ralf besluit, haast intuïtief, haar te helpen. Hij wordt na al die tijd haar minnaar en krijgt meteen de zorg voor haar vier kinderen. Tijdens deze carnavalsnacht zal Ralf voor zichzelf duidelijk moeten krijgen of dit de rol is die hij in het leven wil vervullen.

Ondanks de drank en de continue erotische hitserigheid van de nacht lijkt de boodschap van de roman toch tamelijk burgerlijk te zijn, namelijk de keuze voor het vaderschap. Het burgerlijke element ontbreekt voor de rest echter compleet, omdat voor Ralf als niet biologische vader vooral een persoonlijke keuze moet maken: kan hij verantwoordelijkheid namen voor dit gezin, kan hij zich hechten? Symbolisch is hierbij de voicemail die zijn vader ooit heeft ingesproken: ‘Met mij, bel maar een keer terug.’ Ralf belt nooit terug. Aan het einde van de roman is Ralf de vaderfiguur die naar ‘zijn’ kinderen belt.

Rol door de lijst met namen tot ik bij THUIS ben, en dan de groene knop. Verbinding maken, wachten, en daar is de stem van Alvin.
Hallo.
Ik weet niet hoe laat het is, en ben verrast dat hij oppakt. Zijn stem geeft me dezelfde warmte als het bad. Ik zeg: Met mij jongen.

Naar de overkant van de nacht doet denken aan andere grote, hallucinerende romans zoals Dis van Marcel Möring en Under the volcano van Malcolm Lowry. Verrassend is het dat nooit eerder een carnavalsnacht op zo’n manier in de Nederlandse literatuur is beschreven. De schrijver gebruikt op een listige manier de techniek van de stream of consciousness waardoor je als lezer alert moet lezen. En dat doe je ook met veel genoegen. Van Mersbergen heeft de eerste nominaties voor de grote prijzen al binnen. Het zou meer dan terecht zijn als een van die prijzen zijn kant op ging.

Coen Peppelenbos

Jan van Mersbergen – Naar de overkant van de nacht. Cossee, Amsterdam, 176 blz. € 18,90.