Reportage: Dichters in de Prinsentuin op woensdag
Een kleine foto-impressie van de eerste dag van Dichters in de Prinsentuin in Groningen. Vandaag vanaf half twee in de Prinsentuin zelf.
Twee onschuldige toeristen die rustig dachten te kunnen eten en drinken kregen de schrik van hun leven toen een grote groep dichters en toehoorders zich verzamelde op het dak van de VVV op de Grote Markt. Weg rust.
Vaste presentator Klaas Knillis Hofstra weigerde zoals gewoonlijk in de microfoon te praten en wees de toehoorders op de Martinitoren.
Joost Oomen en Rense Sinkgraven trapten vervolgens af. De toeristen verdwenen schielijk.
Drie groepen onder leiding van Klaas Knillis Hofstra, Douwe van der Bijl en ondergetekende trokken toen door de stad. Langs desolate plekken waar ze dichters konden horen die meegedaan hadden aan de wedstrijd met het thema ‘De droefenis van de Naberpassage’. Dichter in het Gronings Jan de Jong las, met uitzicht op de Naberpassage voor vanuit het chalet bij ’t Feithhuis.
En zo ziet de droefheid van de Naberpassage er uit.
Het avondprogramma in de Puddingfabriek begon goed met podiumdier Ilja Leonard Pfeijffer, die het publiek waarschuwde dat hij slechts 1 gedicht ging voorlezen, maar wel een heel lang gedicht. Hij las ‘Dodendans’ ooit apart uitgegeven met ‘artwork’ van Roos Custers, die ook aanwezig was en aangenaam verrast was door deze keuze.
Anneke Claus en Jan Glas lazen gedichten voor, geïnspireerd op hun minnaars. Het is eigenlijk een avondvullend programma.
Alexis de Roode las gedichten voor die geïnspireerd waren op meisjes. Tip: nooit ja roepen als de dichter aan de zaal vraagt: ‘Heet iemand soms Iris?’
Dennis Gaens sloot de avond af. Niet alleen deze keer, maar hij ging samen met Macronizm op zoek naar jeugdliefde Lucy in een hiphop-opera. Er waren lichtbeelden bij en eindelijk geen vage rommel of een opeenvolging van nietszeggende plaatjes, maar beelden die naadloos aansloten bij de gedichten en raps en er af en toe ook commentaar op gaven. Voor mensen die het gemist hebben: jullie hebben wat gemist.
Coen Peppelenbos