Recensie Bert Natter – Hoe staat het met de liefde?
Een pistool in de magnetron
Maria Hinckelbein is baas van De Beste Baarnsche Boekhandel, maar ze is nauwelijks baas van haar eigen leven. Als dertiger vlindert ze nog steeds van man tot man, terwijl haar vriendinnen man, kinderen en vloerverwarming hebben. Die rusteloosheid van Maria heeft een oorzaak: sinds de dood van haar zusje Lisa durft zij zich niet volledig meer te geven aan een man. Niet met al haar geheimen.
In Hoe staat het me de liefde? van Bert Natter blijven die geheimen tot het eind in tact. Pas in de laatste hoofdstukken weet je wat er in de laatste dagen is voorgevallen tussen de zussen in hun ouderlijk huis op Texel. Pas na de dood van haar vader, twaalf jaar later, lijkt er een doorbraak te komen in het leven van Maria. Dat komt door een reeks aan gebeurtenissen: ze heeft een korte affaire met de succesauteur Allard Wiggel, haar beste vriendin Welmoed beleeft een huwelijkscrisis, ze negeert een neergeschoten man in een fietstunneltje en haar dominante moeder blijkt een totaal ander gevoelstemperament te hebben dan ze dacht. Langzamerhand zie je Maria toegroeien naar het moment waarop ze haar verleden onder ogen durft te zien.
Je zou deze tweede roman van Natter kunnen lezen als een spannende crimi waar op het laatst duidelijk wordt hoe de vork in de steel zit. Toch slaat Natter opmerkelijk veel satirische zijwegen in die met de literaire wereld te maken hebben: een filmpremière van een bestseller van Wiggel waarbij de auteur door de acteurs niet wordt herkend, een troosteloze signeersessie in de boekhandel en praatprogramma’s die meer in uiterlijk dan inhoud geïnteresseerd zijn. Daarnaast verwijst Natter regelmatig naar schrijvers en boeken: van J.C. Bloem, Hans Faverey, Dostojewski en Jeptha van Vondel (waarin een vader zijn dochter moet offeren) waarin haar vriendin een rol speelt. En Bert Natter verwijst ook naar Bert Natter, want in een scène gaat vader Hinckelbein naar het Rijksmuseum om met zijn dochters te kijken naar ‘Het Joodse Bruidje’ van Rembrandt, een schilderij dat volgens de krant een afspiegeling kan zijn van het verhaal Jeptha. Laat nu Natter hetzelfde hebben beweerd zeven jaar geleden.
Speels lijkt ook de verwijzing te zijn naar het adagium van Tsjechow: als je in het begin van het toneelstuk een geweer laat zien, moet die in een latere acte afgaan. Maria vindt in het begin van de roman een pistool in een magnetron, maar wat er precies mee gebeurt, blijft in het ongewisse. Ondanks al die vermakelijke literaire spielerei en de opgewekt, sarcastische verteltrant van de hoofdpersoon gaat deze intrigerende tweede roman van Natter toch over de grote thema’s in de literatuur: liefde, dood en vriendschap.
Coen Peppelenbos
Bert Natter – Hoe staat het met de liefde? Thomas Rap, Amsterdam. 368 blz. € 19,90.
Verscheen eerder in de Leeuwarder Courant, 2 maart 2012.