Recensie: Jacqueline Zirkzee – Reimer
Belerend maar boeiend
Jacqueline Zirkzee is een voorbeeld van een schrijfster die voorbijgaat aan de waan van de dag en in de luwte werkt aan een zich gestaag uitbreidend oeuvre van vooral historische romans. Eerder schreef zij over de Trojaanse oorlog, de heksenvervolgingen in Bamberg en de legende van Tristan en Isolde, en ditmaal komt zij met een roman die zich afspeelt tijdens de beginjaren van de Verenigde Oost-Indische Compagnie en de Gouden Eeuw. Qua timing is het haar commercieelste uitgave, want met dit onderwerp sluit zij naadloos aan bij ‘Gouden tijden, zwarte bladzijden’, het thema van de voorbije Boekenweek.
Reimer speelt zich af in de eerste helft van de zeventiende eeuw en draait om Reimer Rijkerszoon. Deze zoon van een godvruchtig Zeeuws apothekersgezin gaat naar Gouda om het apothekersvak te leren. Daar belandt hij midden in een pestepidemie die het leven kost aan meerdere leden van de familie bij wie hij inwoont. Deze noodlottige gebeurtenis zorgt ervoor dat de zeventienjarige Reimer heel anders over zijn toekomst gaat denken. Hij wil niet alleen medicijnen verkopen, maar mensen werkelijk genezen. Om dat te bewerkstelligen moet hij gaan studeren in Leiden, maar dat is lastig voor iemand van zijn relatief bescheiden afkomst. Zoals valt te verwachten van een hoofdpersonage weet Reimer vele obstakels te overwinnen, maar dan wordt hij verraden door een studiegenoot die hij als zijn beste vriend beschouwt. Dit leidt ertoe dat hij verplicht aanmonstert op de Oost-Indiëvaarder De Witte Lelie, een erg ruwe omgeving voor iemand die een beschermde jeugd heeft gehad. Aan boord breken ziektes uit en Reimer treedt op als chirurgijn, waardoor hij nog harder gaat vechten om zijn doel te bereiken: het ontdekken van een panacee. Maar bij aankomst in Indië wordt het leven er niet bepaald eenvoudiger op.
Zirkzee heeft een roman geschreven die actueler is dan deze wellicht lijkt. Het ontstijgen van je sociale klasse, het loslaten van de bekrompenheid van het gezin en het verzetten tegen de gevestigde orde zijn thema’s die ook nu voor velen herkenbaar zullen zijn. Zij weet haar hoofdpersonage levensecht neer te zetten en daarmee te vermijden dat hij slechts een eendimensioneel figuur wordt tegen een historisch decor. Een interessante vondst is dat Reimer homoseksueel is, hoewel dat nergens rechtstreeks wordt benoemd en het verder geen belangrijk thema in de roman is. Het is gewoon een eigenschap die zij haar hoofdpersonage toedicht om hem completer te maken, iets wat zij ook op andere, subtiele manieren doet.
Zirkzee weet zich goed te verplaatsen in de medische kennis die men destijds had en kruipt op een geloofwaardige manier in het hoofd van Reimer, die immers een kind van zijn tijd was. Dit leidt geregeld tot bijzondere inzichten, bijvoorbeeld dat roken voor een beschermende grijze afzetting zorgt die aantasting van de longen kan voorkomen. En wat te denken van deze informatie over de (on)gesteldheid van het zwakke geslacht:
Bij vrouwen bijvoorbeeld heerst altijd een innerlijk conflict tussen hun vurige, sensuele temperament door een overmaat aan rood bloed en hun meer trage gang naar huiselijkheid door het eveneens in verhouding ruim aanwezige slijm of flegma. Om in balans te komen, zorgt het lichaam zelf voor evenwicht, namelijk via de maanstonden. In die periode kan een vrouw soms onvoorspelbaar reageren.
Dergelijke inzichten zijn vaak amusant en ondersteunen de plot, en ze bewijzen dat Zirkzee zich op bewonderenswaardige wijze in het door haar beschreven tijdperk heeft verdiept. Toch slaagt zij er soms niet in al die opgedane kennis op een natuurlijke manier in het verhaal te verweven. ‘Het duizelde Reimer van alle informatie die hij over zich uitgestort kreeg’, schrijft Zirkzee halverwege. Helaas geldt dit ook geregeld voor de lezer, want spannende, levendige scènes worden te vaak onderbroken door allerlei geschiedkundige uitleg die de lezer uit het verhaal haalt.
Al met al is Reimer desondanks een boeiende, levensechte roman geworden die een uniek licht werpt op het VOC-tijdperk, vooral doordat de gebruikelijke heroïek achterwege wordt gelaten en het boek zelfs kritisch is over onze nationale geschiedenis. Dat de lezer zich af en toe weer in de schoolbanken waant tijdens een wat belerende geschiedenisles doet daaraan slechts in beperkte mate afbreuk.
Lucas Zandberg
Jacqueline Zirkzee – Reimer. De Brouwerij, Maassluis. 304 blz, € 19,95.
Mooie recensie en meer dan terecht! Het \’belerende\’ heb ik niet als storend ervaren, eerder als meegenomen. Boeiend verhaal in een donkere periode. Nostalgische restanten van de \’vroeger was alles beter\’ verzuchtingen krijgen er een andere kleur en vooral geur door. Met historische details alle zintuigen van de lezer beroeren, je moet het maar kunnen! Méér van dat soort duizeligheid !