Nieuws: Weduwe Ab Visser niet blij met biografie
Opnieuw een weduwenprobleem in biografenland. Gisteren schreef Anton Scheepstra van uitgeverij Passage op het blog Boterdiep 117 over het succes van de biografie die Michiel van Diggelen in de pers. Er was ook een keerzijde:
Dit vergoelijkt een beetje het verdriet dat de biograaf heeft over het gedrag van de weduwe. Zij is niet alleen mokkig, ze schrijft ook nog eens boze mails aan eenieder die aan het boek meewerkte.
Tzum vroeg aan de biograaf wat er aan de hand was. Michiel van Diggelen:
Een korte reactie. Margreet Hirs heeft het me niet gemakkelijk gemaakt. De verwijdering tussen ons dateert al van enkele jaren geleden. Aanvankelijk werkte ze mee, maar ze besloot – na veel aarzeling – om diverse redenen me niet verder te woord te staan. Ze motiveerde haar besluit door te zeggen dat ze mij niet geschikt vond. Daarvoor gebruikte ze behoorlijk krenkende en insinuerende woorden. Ze legde de lat nogal hoog. Alleen Wim Hazeu zou volgens haar een biografie van Ab Visser kunnen en mogen schrijven. Ik voldeed in haar ogen absoluut niet. Daarnaast betwijfelde ze of een biografie van Ab Visser wel genoeg lezers zou trekken. ‘Die paar mensen in Groningen die hem nog kennen,’ schamperde ze. Ik wist toen nog niet, dat ze al jaren zelf van plan is over haar relatie met Ab Visser een boek te schrijven.
Ik had behoorlijk de pe in, maar besloot gewoon door te gaan, omdat het door mij geraadpleegde bronnenmateriaal kleurrijk en interessant was en vele anderen wel meewerkten. Ik ben gewend om projecten waaraan ik begin niet te laten varen. De biografie zou ook zonder haar verdere medewerking de moeite waard kunnen worden. Uiteindelijk was ik zelfs min of meer opgelucht dat ik het boek zonder bemoeienis van haar kon schrijven. Zoals u vast weet is het over het algemeen erg lastig om de weduwe te gerieven. Daar kunnen de heren die Van Randwijks leven beschreven (Gerard Mulder en Paul Koedijk) en ook Wim Hazeu (Vestdijk) en Nop Maas (Reve) van meepraten.
Direct na verschijning mokte Margreet Hirs over de biografie bij Abs vrienden en bekenden die mij te woord hebben gestaan. Het was hier te kort en daar te breed. Ze was toch wel beklagenswaardig, dat alles nu zo op straat lag.
Ik maak me niet zo druk om haar reactie; die was ingecalculeerd. Hoe zou zij een biografie, waaraan zij niet hartelijk meewerkte, kunnen waarderen!? Zoveel grootmoedigheid verwachtte ik niet. Van een smet is voor mij dan ook geen sprake. Het is vooral vervelend voor de mensen die hebben meegewerkt. Het is jammer van alle negatieve energie die het bij haar en mij en bij hen heeft opgeroepen.
Ik heb Michiel van Diggelen slechts eenmaal persoonlijk gesproken in café De Jaren.
Tijdens dat gesprek zaagde hij mij door over mijn seksleven met Ab Visser. Dat scheen hem hevig te fascineren.
En wel in die mate dat ik hem op een gegeven moment toevoegde: \’Ik ga je echt niet mee tussen de lakens nemen.\’
Hij liet echter niet af en bleef mij per e-mail bombarderen met perverse vragenlijstjes die ik ter vermaak aan vrienden en vriendinnen doorstuurde. Hij verwierf onder hen de bijnaam gristengriezel.
Hij had een vreemd idee van een biografie schrijven.
Hij en ik moesten daar in de flat van zijn broer een paar maal per week aan werken, had hij bedacht. Hij ja, ik niet.
Ik had jarenlang een ernstig zieke man te verzorgen en voor niets of niemand tijd.
En zeker niet voor zo\’n onbenul als van Diggelen.
De biografie bevat honderden fouten. Er is heel veel dat van Diggelen niet weet, maar daar past hij een mouw aan. De veronderstelling in de ene regel is in de volgende een conclusie geworden. Hij rommelt maar wat aan.
En dan: ik was helemaal niet al jarenlang van plan een biografie over Ab Visser te schrijven.
Ik ben daar pas serieus over na gaan denken, zoals uitgevers en collega\’s weten, toen ik dat gescharrel van van Diggelen zag dat hij me ongevraagd deed toekomen.
Van Diggelen probeerde mij verscheidene malen schriftelijk op zielige en onderdanige wijze te vermurwen, maar omdat ik hem op vele fronten beneden de maat vond, luidde mijn antwoord keer op keer: \’Mijn antwoord was nee, het is nee en het blijft nee. En stuur me geen bemiddelaar op mijn dak.\’
Overigens de veronderstelling dat mijn hele verleden op straat ligt, is complete onzin. Die man wéét helemaal niets van mij. En ook niet over mijn verhouding met Ab Visser. Over Ab Visser zelf weet hij ook heel veel niet waardoor het beeld totaal niet klopt. Bovendien heeft hij maar heel weinig van hem als mens begrepen en laat hij zich merkwaardig benepen over hem uit.
Een slordig interviewer is van Diggelen ook: hij schrijft mij onjuiste informatie toe betreffende de NVSH in zijn bronvermelding. Aantekeningen maakte hij niet tijdens dat enige gesprek en hij nam het ook niet op.
Ik laat het hier maar bij.