Filmpje: René Gude bij Wim Brands in Boeken
Wim Brands praat met filosoof René Gude over het boek Stand-up filosoof, waarin Gude vragen beantwoordt van Wilma de Rek (journaliste bij de Volkskrant). Gude nam afgelopen weekend afscheid als directeur van de Internationale School voor Wijsbegeerte. De gastsprekers die bij dit afscheid een bijdrage leverden werden door de filosoof gevraagd het onderwerp negatie centraal te stellen. Gude heeft kanker: de ziekte kostte hem een been.
Hallo Wim,
naar aanleiding van een tv-fragment (Theo Maassen 24 uur met René Gude) het volgende:
ik schrok behoorlijk van de wijze waarop daar over Kees van Kooten gesproken werd door René Gude, zwaar doorspekt met vloeken.
Op mij (atheist) maakte dat een misselijkmakende indruk. Ik kan mij niet herinneren dat van Kooten of de Bie ooit zo\’n methodiek gebruikten bij hun vlijmscherpe kritiek vroeger: hadden ze ook beslist niet nodig.
Vloeken maakt op een nuchter mens totaal geen overtuigende of sterke indruk, integendeel; het wekt het vermoeden van afwezigheid van argumenten, van zwakte.
Ik denk dat van Kooten en de Bie gehakt van deze man hadden gemaakt in hun goede jaren (ze zijn inmiddels wat ouder…).
Vervolgens heb op Google gezocht naar achtergrondinformatie over deze man. Hij heeft de, overal gebruikte, carnavaleske titel van \’denker des vaderlands\’.
Verder gezocht op eventuele kritiek op de denkbeelden van deze man
kon ik absoluut niets vinden op de Nederlandstalige sites.
Dit laatste bevreemdt mij echt, eigenlijk be-angstigend.
Is hier sprake van een nieuwe onaantastbare godheid?
Hij sprak in dit fragment ook over 2e-kamerleden: dat dat allemaal hardwerkende mensen waren. Als hij dit soort denkbeelden (ongeregisseerd) op straat zou verkopen zou er echt geen gebrek aan kritiek zijn.
Het wekt bij mij de indruk dat dit een nieuw soort \’knuffelfilosoof\’ is voor beperkt gebruik binnen eigen kring (lezingen e.d.).
Mij lijkt dat een echte filosoof de toegemeten titel \’denker des vaderlands\’ zou opvatten als een persoonlijke ridiculisering en zeker daar zelf geen gebruik van maken.
Met vriendelijke groet,
Andre van Zon