Column: Guus Bauer – B & B
B & B
Een paar jaar terug had uw inktslaaf een rustige periode. Vroeger was alles beter, zou je haast zeggen. Ja, ja. De stapel te recenseren boekwerken was overzienbaar, de studenten vierden vakantie, opiniestukken en columns waren genoeg op voorraad en een eigen typoscript lag ter beoordeling bij een redactie. Er was slechts één enkel, uiteraard in het hoofdstedelijke consulaire hotel te houden vraaggesprek voor te bereiden. De juist vertaalde roman van de overzeese auteur die het betrof was zelfs in losbladige persvorm bijzonder goed bevallen.
Er bleef uw inktslaaf dus tijd om zich te bevredigen. Om zijn nieuwsgierigheid naar eerder werk van deze pure stilist te stillen welteverstaan. Uiteindelijk las uw boekverslinder pur sang (citaat van de marketingafdeling van zijn uitgever) alle negen romans van de prijswinnaar en kon werkelijk geen zwak punt vinden.
Alleen bij het tiende boek, een schrijfmemoir, waren vraagtekens te zetten. Had een auteur van deze statuur – drie verfilmingen, in meer dan dertig talen uitgegeven – werkelijk iets dergelijks nodig? Schoorvoetend gaf hij tijdens het interview toe dat de uitgever met zachte dwang – ja, die kennen we – deze bundeling van essays en losse stukken had opgedrongen. ‘Een tipje van de sluier optillen, kon volgens hem geen kwaad.’ De vloek van de verzamelaar. (Binnenkort te verschijnen: De inktslaaf, de fijn droeve dagen van een eenling.)
Uw interviewer, de mening toegedaan dat je altijd voorbij de bewondering moet gaan, legde op ontspannen wijze dwarsverbanden in het oeuvre, hetgeen de typisch onderkoelde Brit verder deed ontdooien. Het hielp natuurlijk ook dat in de jaren tachtig uw toentertijd ambitieuze muzikantje de stamkroeg van de schrijver bleek te hebben gefrequenteerd.
Sindsdien hebben Brit en Bauer (B & B) menig epistel over en weer gezonden, handgeschreven, jawel, met de pen, gewoon per kerende post. Is er een uitgever die dat wil bundelen? Uw inktslaaf heeft sowieso veel interessant materiaal. Hij laat zich er niet op voorstaan, nu vooruit, een beetje dan, dat hij met veel geïnterviewden uit allerlei uithoeken op deze aardkloot met een zekere regelmaat contact heeft.
De Londenaar was deze week op bezoek en net zoals in zijn stamkroeg werd gezamenlijk ook hier de laatste ronde bereikt, tijdens dewelke plechtigheid uw inktslaaf in een stemming geraakte waarin hij zijn ergste vijanden vergaf. Plaisir d’amour ne dure qu’un instant, chagrin d’amour dure toute la vie. (De heer A.von Bienefeldt kan u behulpzaam zijn bij de vertaling.) Omdraaien moet je die spreuk, ook wanneer je die toepast op het geschreven woord.
Verdriet om de literaire wereld duurt maar even, de liefde voor de literatuur duurt een leven lang.
Vanaf nu alleen nog maar uiterst positieve berichten op deze plek. Fijne donkere dagen gewenst.
Guus Bauer