Recensie: Anne van den Dool – Achterland
Een overdadige belofte
Marie heeft een probleem. Waaraan ze lijdt, wordt niet expliciet benoemd, maar het is duidelijk dat het om een neurotische aandoening gaat. De glazen moeten op een rechte rij, de stukjes appel voor een taart moeten even groot zijn en uit de supermarkt gaat niets mee waarvan de verpakking ook maar enigszins gekreukt is. Haar gedrag zorgt voor een moeilijke relatie met haar dochter Emma. Marie loopt als een schaduw achter Emma aan: doet de afwas zelf nog een keer, zet alles goed als Emma iets heeft verplaatst. Dit blijft zo tot het echt niet meer gaat en Emma het huis verlaat om bij haar vriend in te trekken. Een jaar later komen moeder en dochter elkaar toevallig tegen in de supermarkt.
Deze onvoorziene ontmoeting is de openingsscène in Achterland, het debuut van de jonge schrijfster Anne van den Dool (1993). Ze schreef eerder columns voor het Leidsch Dagblad en won in 2013 de Volkskrant schrijfwedstrijd. Achterland is een veelbelovende eerste roman. De onzinnige rituelen die zich voordoen bij het schrijven een verjaardagskaart bijvoorbeeld, of het maken van een salade, de moeizame moeder-dochterrelatie en de angst van Emma om net als haar moeder te worden, weet Van den Dool levendig te beschrijven. Doordat Emma ontzettend geïrriteerd wordt door, maar ook gehecht is aan haar moeder, worden de verhoudingen tussen de twee op scherp gezet.
Behalve veelbelovend is Achterland ook onevenwichtig. Van den Dool heeft net iets te veel haar best gedaan om het allemaal zo creatief mogelijk op te schrijven. Ze weet het gevoel en de frustraties van Emma in mooie zinnen te vatten en maakt bijzondere vergelijkingen. Maar de grote hoeveelheid beeldspraak, hoe goed gevonden ook, gaat na een tijdje tegenstaan.
De woorden kwamen wel, maar de betekenissen bleven achter in mijn hoofd, als schepen die te groot waren om de haven te verlaten. Ik voelde hoe met elke aanslag mijn vingerafdrukken steeds verder wegsleten. Alsof met elk getypt woord een klein stukje van mijn identiteit werd uitgewist. Ze voelde iedere letter. Als een aanslag. Een explosie.
Van den Dool speelt in haar boek met tempo. Ze sleept je mee met steeds langer wordende zinnen, die ze laat volgen door een klapper, namelijk een of twee korte, scherpe zinnen. Ook hier geldt: ze doet het goed, maar te vaak. Na een paar keer herken je het ritme wel en dat doet het effect teniet. De climax die ze de eerste keren weet op te bouwen, verdwijnt doordat het herkenbaar wordt:
Ik zag de gang, ik zag de schoenen van mijn vader, mijn moeder en van mij in hetzelfde keurige rijtje staan waarin ik ze gisteravond had achtergelaten. Ik zag mezelf in de spiegel naast de wc-deur. Ik zag de vreugde in de ogen van iemand die blij is om thuis te zijn. Maar ik was niet thuis. Ik was eindeloos ver weg.
Van den Dool toont wat ze in huis heeft, maar zet het niet overtuigend genoeg neer. Ze is in staat de lezer te laten meeleven met het hoofdpersonage Emma, maar de overdaad maakt van dit debuut vooral een belofte voor volgend werk. Met Achterland laat ze zien dat ze kan schrijven, ze moet het alleen nog perfectioneren.
Hester Sjoer
Anne van den Dool – Achterland. Querido, Amsterdam. 224 blz. € 18,99.