Reportage: Literaire Nachtclub over kanker, vreemdgaan en dementie
Het is niet meer dan vanzelfsprekend dat Hanneke van Eijken de Literaire Nachtclub in de Paardenkathedraal opent. De theaterzaal in Utrecht heeft een verleden als manage van de Rijks Veeartsenijschool en ooit werden er de proefschriften van Utrechtse promovendi in opgeslagen. Van Eijken promoveerde verleden jaar in haar thuisstad en haar debuutbundel luistert naar de naam Papieren veulens.
Elk seizoen organiseert Het Literatuurhuis de literaire nachtclub waarbij poëzie en proza elkaar in hoog tempo afwisselen. De poëzie wordt deze keer verzorgd door de genomineerden voor de C. Buddingh’- prijs voor het beste poëziedebuut. Na Van Eijken is Hannah van Wieringen aan de beurt die eveneens drie gedichten voordraagt en opent met een mooi gedicht waarin, vast niet toevallig, een paard voorkomt. De optredens van Maarten van der Graaff en Josse Kok sluiten later de avond af. Presentatrice Anne Broeksma praat de optredens aan elkaar en introduceert de prijs via korte vragen over het geldbedrag, Buddingh en de nominaties.
Als groep staan de vier genomineerden in elk geval garant voor diverse optredens. Van licht schuchter tot nonchalant en van heldere poëzie tot lyrisch. Je weet het natuurlijk nooit, maar ik vermoed dat de Utrechters Van Eijken en Van der Graaff de meeste kans maken op de €1200,-.
Het grootste gedeelte van het publiek zal echter op Michael Cunningham zijn afgekomen. Voor de promotie van de vertaling van The Snow Queen is hij even in Nederland. Ondanks de jetlag leest hij prima (en met een prachtige stem) voor uit zijn nieuwste boek. Na de pauze volgt een kort interview geleid door Volkskrant-journalist Hans Bouman die vooral ingaat op de betekenis van het getal drie in het werk van Cunningham. Vaak bestaat zijn boeken uit drie delen en zijn er drie hoofdpersonages. In The Snow Queen is dat Tyler die naar een goddelijk teken zoekt en er geen vind, zijn jongere broer Barret die wel een dergelijk teken ziet en Beth, de vrouw van Tyler die kanker heeft. Die laatste is een personage waar clichés op de loer liggen, maar mede door de gesprekken van Cunningham met een vriendin die kanker had, durfde hij Tyler neer te zetten.
Voor de pauze krijgen we ook een heel mooi optreden van Tosca Niterink te zien die een stuk voorleest uit De vergeetclub waarin ze haar dementerende moeder en enkele andere dementerende bejaarden beschrijft. Vooral de verontwaardigde dialoog met Sinterklaas die wil weten hoe een busreisje beviel is prachtig. Het wordt compleet gemaakt door foto’s die Anita Janssen maakte van dementerenden. Na de pauze leest Daan Heerma van Voss voor uit Het land 32. In het stuk staan de overdenkingen van een vrouw bij vreemdgaan centraal.
Natuurlijk is er ook muziek. Harm Goslink Kuiper bracht onder de naam Goslink twee cd’s uit met muziek op zelfontworpen instrumenten. Het gesprekje vooraf met Broeksma is al heerlijk vervreemdend als hij vertelt hoe hij een model voor een wolkenkrabber ombouwde tot hoogslaper voor zijn kamer. Na een lapsteelguitar gemaakt van een halve deurpost volgden nog een gitaar waarin een boek is verwerkt en een rammelend gitaartje waarin een broodtrommeltje van Het Klokhuis een belangrijk onderdeel is. Voor de pauze is er een heerlijk lied waarin hij een ex het één en ander aandoet en na de pauze krijgen we ook nog het mooie ‘Wil je me voeren aan de krokodillen?’
Met de formule van de Nachtclub kan Het Literatuurhuis nog wel een tijdje vooruit. In de herfst volgt er weer een editie die hopelijk weer in de Paardenkathedraal zal plaatsvinden. Voor die tijd is er nog de Nacht van de Poëzie die het Literatuurhuis ook organiseert en die op 20 september weer terugkeert naar haar oude stek in Vredenburg.
Maarten Praamstra