Recensie: Margaretha van Andel – Ik
Verwarrend filosofisch
Ik heeft een fascinerend uitgangspunt: stel je voor dat iedere keer wanneer je een belangrijke beslissing neemt, je leven zich splitst. Eén versie van jou gaat door op het gekozen pad, een andere versie leeft het leven dat je geleid zou hebben als je op dat moment een andere keuze had gemaakt. Op deze manier ontstaan en bestaan er vele parallelle werelden. Voor Daniël, de hoofdpersoon van dit boek, wordt het mogelijk om door middel van een scan terug te gaan naar een universum waarin zijn leven er dankzij een niet gemaakte keuze heel anders uitziet.
Daniëls leven splitste zich op het moment dat hij de ogenschijnlijk verkeerde beslissing maakte om te gaan joyriden. Hij belandde in een rolstoel en raakte verlamd voor de rest van zijn leven. Tenminste, zo lijkt het. Met hulp van zijn vriend Jeen krijgt hij natuurwetenschappers zo ver hem van plaats te laten wisselen met een andere versie van hemzelf, namelijk de Daniël die niet in de auto van zijn vader is gestapt. Zo belandt hij in een wereld waarin hij nog wel kan lopen, maar waar hij ook een ongelooflijke zak blijkt te zijn geworden. Daniël ontdekt dingen over zichzelf waarvan hij zich afvraagt of die altijd al in hem zaten, of dat ze door foute vrienden tot uiting zijn gekomen. Hij raakt verwikkeld in een tweestrijd: wil hij nog terug naar zijn andere leven, zijn ‘andere ik’?
Het is onmogelijk dat ik in drie jaar tijd zo geworden ben. Dat er op mijn vijftiende zo’n hufter in me zat. En dat die zijn kans kon grijpen omdat ik gewoon op twee benen bleef rondlopen.
Verdomme, deze Daniël was toch degene die de autosleutels teruglegde? Dit was toch de verstandige versie? Mijn betere ik?
Ik leest als een thriller, vooral aan het einde van het boek. Dat is het resultaat van de opbouw van het verhaal: met elk nieuw hoofdstuk worden de tegenwoordige en de verleden tijd afgewisseld. In de hoofdstukken die in de tegenwoordige tijd zijn geschreven neemt Daniël de plaats in van de Daniël die niet verlamd is. In de verleden tijd volgt de lezer de Daniël in de rolstoel, die met zijn vriend Jeen de mogelijkheid voor de persoonswisseling bespreekt. Beide verhaallijnen zijn in de ik-vorm geschreven. Van Andel heeft met deze techniek niet alleen spanning opgewekt, maar ook een slimme oplossing gevonden voor alle verwarring met betrekking tot tijd en perspectief die door het thema op de loer ligt. Daarnaast heeft ze een erg fijne en vlotte schrijfstijl. Ze schrijft in bondige zinnen en weet het taalgebruik van jongeren goed te vangen zonder het vervelend populair te maken.
De parallelle werelden waarin Daniël verkeert verschillen in beeldend opzicht heel weinig van de ‘werkelijke’ wereld zoals wij die kennen. Het verhaal speelt zich af in Friesland (waar van Andel woont). Het gebied heeft geen duidelijke functie in het boek, maar draagt wel bij aan de ontkrachting van het idee dat je sciencefiction aan het lezen bent. Van Andel laat zien hoe door één impulsieve beslissing je leven er plotsklaps heel anders uit kan zien. Dit thema had het verhaal veel diepgang kunnen geven, maar hoofdpersoon Daniël blijft ondanks veel gepsychologiseer een vrij vlak personage. De verwarring die hij voelt is duidelijk en goed uitgewerkt, maar Daniël stelt ook meerdere malen vast dat hij een beter mens was als rolstoelganger. Juist deze essentiële constatering maakt Van Andel nauwelijks voelbaar. Ook op andere punten had Van Andel het verhaal meer mogen uitwerken. De Daniël met wie gewisseld wordt en die in de andere, oude wereld (en dus in een rolstoel) beland, blijft bijvoorbeeld volledig buiten beschouwing. Wat verdieping betreft is dat een gemiste kans.
Ik is een bizar jeugdboek dat jongeren bezig zal houden nadat de laatste pagina is omgeslagen. Het filosofische thema is de kracht, maar tegelijkertijd ook de valkuil van het boek. Tegen het einde werkt dit het verhaal namelijk ontzettend tegen. Lemniscaat noemt het een mind fuck, maar dat predicaat is niet terecht: daarvoor is het gewoonweg te verwarrend. Door de opbouw blijft het verhaal van Daniël boeiend genoeg om te blijven lezen, maar de vorm en de uitwerking van het thema schieten aan hun doel voorbij.
Mirjam Hoekstra
Margaretha van Andel – Ik. Lemniscaat, Rotterdam. 176 blz. € 16,95.