Reportage: Openingsrevue Read my World
De tweede editie van het internationale literatuurfestival Read my World vindt wederom plaats bij de Tolhuistuin in Amsterdam-Noord. Verleden jaar traden een aantal auteurs uit Egypte en Palestina op en dit jaar ligt de focus op het Caraïbisch gebied. Read my World stelt curatoren aan uit de landen die centraal staan en vraagt ze auteurs te selecteren die op het grensvlak van journalistiek en literatuur actief zijn. Deze spannende werkwijze (je geeft tenslotte best veel uit handen als organisatie) leidt tot een programma vol inhoudelijke discussies, maar ook tot een programmering met relatief veel onbekende buitenlandse namen. Gelukkig is de organisatie zo verstandig om het festival te beginnen met een Openingsrevue waarin het publiek kennis maakt met de auteurs.
Bij een internationaal literatuurfestival wordt er natuurlijk vooral in het Engels gesproken, ook het Frans is aanwezig en het Nederlands komt vooral van Typhoon die de avond mag afsluiten. Andrew Makkinga mag de avond presenteren en doet dat uitstekend. De schrijvers afkomstig uit Saint Lucia, Haïti, Guyana, Barbados en Trinidad & Tobago presenteren zich met een speciaal voor de gelegenheid geschreven tekst die in Nederlandse vertaling wordt geprojecteerd.
Voordat ze mogen beginnen krijgt Linton Kwesi Johnson woord. De dub poet die onder andere optrad met William Burroughs en Allen Ginsberg vertelt vooral over hoe hij met poëzie in aanraking kwam en hoe het boek The Souls of Black Folks van W.E.B. Dubois daarbij hielp. Een boek dat hij overigens vond in de bibliotheek van de Black Panthers. Mede door zijn ervaringen als Reggea artiest zijn zijn gedicht zowel voor ‘stage’ en ‘page’ geschikt. Te horen krijgen we het helaas nog niet. Morgenavond zal hij wel optreden.
Ook de schrijvers die na Johnson kort het woord voeren weten nieuwsgierig te maken naar hun werk en de onderwerpen die ze gaan bespreken. De Haïtiaanse Évelyne Trouillot die zowel schrijft als doceert haalt uit naar de Westerse ‘liefhebbers’ die wel naar haar willen luisteren, maar ook verwachten dat ze het heeft over de aardbeving, de cycloon en hoe het is om in het armste land van het noordelijk halfrond te leven. Een andere auteur heeft er weer geen moeite mee een gedicht voor te dragen over naamloze slachtoffers. Lang niet elke auteur draagt overigens voor uit eigen werk. Kendel Hippolyte doet het wel en draagt een gedicht voor dat aansluit bij zijn opvatting dat literatuur een gids kan zijn om de samenleving een beetje vorm te geven. Adrian Green vertelt waarom de term performance poet niet helemaal bij hem past.
Het is heerlijk om naar Hyppolyte en Green te luisteren en dat gaat ook op voor Vladimir Lucien die vertelt beeldend over zijn jeugd op Santa Lucia en hoe zijn overgrootvader emigreerde naar Suriname om in de goudmijnen te werken. Ook de van Barbados afkomstige Shakirah Bourne gaat in op haat achtergrond evenals de vierentwintigjarige Sara Bharrat uit Guyana die zich omschrijft als een ‘naamloze vreemdeling in eigen huis’.
Het leukste is blijkbaar voor het laatst bewaard als Davlin Thomas plastic hoorntjes opzet en vertelt hoe een duivel bezit neemt van het lichaam van een missionaris om een mooi meisje met banaanpuntvormige borsten te versieren. Hierna neemt Typhoon bezit van het podium om samen met bassist Pablo Nahar af te sluiten. De rapper staat ook al geprogrammeerd voor Geen Daden Maar Woorden en Writers Unlimited en zal ongetwijfeld nog vaak opduiken.
De Openingsrevue maakte deel uit van Read my World dat nog tot en met zondag plaatsvindt.
Maarten Praamstra