Column: Guus Bauer – Voornemens
Voornemens
‘Ik was helemaal vergeten dat je best een aardig stuk kunt leveren,’ zei de redacteur van een publicatie. ‘Ik had je het afgelopen jaar best vaker om een artikel kunnen vragen.’
Ja, dank u de koekoek. Op zolder staan dozen vol met had-ik-maar en als-ik-toch-eens. Ik ben een stationsfiets, wat ouder, wellicht daardoor wat roestig, maar altijd paraat. En als je dan de ketting weer eens losmaakt, hem uit het rek trekt en er mee op pad gaat, blijkt ie nog opvallend soepeltjes te pedaleren. Een drupje huppelolie na afloop wordt ten zeerste gewaardeerd.
‘Geef me dit jaar dan maar wat meer kilometers.’
‘Pardon? Nee, reiskosten vergoeden we niet. Op reportage gaan is er zelfs voor de vaste mensen eigenlijk niet meer bij. Stuur eens in de veertien dagen maar een lijstje met voorstellen.’
Net als in het afgelopen jaar dus.
-.-
‘Ik weet dat we het hebben afgesproken,’ zei de boekhandelaar, ‘en natuurlijk ben je eigenlijk de aangewezen persoon voor dit onderwerp, maar we hebben toch liever een van de grote namen.’
‘Ik begrijp het.’ Meegaand tot op het irritante af.
‘We speuren even naar een andere datum voor je lezing.’
Dat is driekwart jaar her. De mens blijft zoekende.
-.-
Vier havo, gastles geschiedenis.
‘Verdien je er veel mee, met die boeken?’
‘Niet bepaald.’
‘Kom je wel eens op tv?
‘Zelden.’
‘Dus je bent niet zo goed?’
‘Kennelijk.’
‘Waarom ga je dan niet iets anders doen? Iets waarmee je wel rijk en beroemd wordt.’
‘Tja.’
-.-
Iedereen in de literatuur even rijk en beroemd. Boekenkruideniers die zich voor alle scribenten op de plankieren werpen. Collectief naar De slimste mens. (De vragen weleens bekeken? Wil je zoiets wel winnen?) En natuurlijk op schoot bij elkaar en bij de zonnekoning, die dagelijkse vanaf negentienhonderd uur zijn decreten de wereld in sputtert. (Drumlesje, trouwens? ‘De betere roffel’) Nee, verschil moet er zijn. Geen hoogvliegers zonder grondpersoneel. De beste wensen voor alle ploeteraars, schlemielen, bedelaars en zwervers der kunsten. Bedankt voor het ware gezicht. Houd moed!
Guus Bauer