Reportage: Presentatie van het Komrijk in de Slegte
Op zaterdag 28 maart vond in boekhandel de Slegte in Antwerpen een waardige hommage aan de in 2012 overleden literaire duizendpoot, onverbeterlijke bibliofiel en oud-dichter des vaderlands Gerrit Komrij plaats. Komrij, de bijtende criticus is tweeënhalf jaar na zijn overlijden vooral iemand die samenbrengt en verbroedert. Zijn omvangrijke en veelzijdige oeuvre, zijn vlijmscherpe kritieken en zijn iedere scholier bekende bloemlezingen, maken dat niemand om hem heen kan. Het is dus meer dan terecht dat zijn stem een echo vindt in de stichting het Komrijk, en dat dit literaire spiegelpaleis vandaag wordt ingewijd voor ongeveer 80 aanwezigen.
Het Komrijk, naar een woordspeling van Kees van Kooten, staat voor het statige witte huis in het dorpje Vila Pouca da Beira, een gehucht in midden-Portugal, dat Komrij’s partner Charles Hofman, die er nog steeds woont, openstelt voor Kalliope en andere muzes. Maar het is ook, volgens de gastheer van de Slegte in zijn inleiding, daar waar wij het uitnodigen, het is op het internet, en we dragen het allemaal in onze geest.
Uit het fysieke Komrijk heeft de Slegte voor de gelegenheid een indrukwekkende verzameling bibliofilie voorbereid. In verschillende vitrines, op de balie en in statige boekenkasten liggen bijzondere drukken op heerlijk geurend papier, delen van Komrij’s onuitputtelijke collectie, en uitgaves waarvan de exclusiviteit zijn weerga niet kent.
Gerrit ligt dus bij de Slegte, zoals nog nooit iemand bij de Slegte heeft gelegen (en hij trof er, in een gedicht dat op deze middag later zal worden voorgelezen, juist zo graag zijn vijand aan).
Het fysieke Komrijk is uiteraard imposant: een kast van een villa met een enorme bibliotheek waar dichters in residence inspiratie zullen putten uit de vergezichten over de groene heuvels en het Estrela-gebergte in de verte. Maar het Rijk van iemand als Gerrit Komrij strekt zich ver voorbij die horizon uit, in de geest van heel letterminnend Nederland – en natuurlijk op het internet. De bijeenkomst van vandaag is de officiële inwijding van de website van het Komrijk.
Houd deze door Leonardo Hofman geprogrammeerde site in de gaten. In de komende maanden zal er veel nog onbekend werk van Komrij worden gepubliceerd door de redactie, maar er zal ook een tijdlijn met herinneringen aan Komrij verschijnen van iedereen die hem persoonlijk heeft gekend of op een bijzondere manier door hem is geinspireerd. De lezer is van harte welkom op www.hetkomrijk.nl, om nog meer van de schrijver zelf te ontdekken, en om actief bij te dragen aan die tijdlijn.
Op deze zaterdag is het Komrijk dus hier, in Antwerpen, in een van de laatste echte de Slegte-boekwinkels. Het is een geslaagde hommage van ruim twee uur met bijdrages van Marc Schaevers, Arie Pos, Tom Lanoye en Kees van Kooten.
Marc Schaevers vertelt over een publicatie van stukken van Komrij. Een zinderend citaat dat hij voorleest over zijn leven in Portugal blijkt een samenstelling te zijn van een een zin die Gerrit in een interview uitsprak, en een fragment uit een kolom voor de NRC – Gerrit kon spreken alsof het gedrukt stond, en dankzij Marc staat het binnenkort ook gedrukt.
Arie Pos is de biograaf van Komrij (de biografie zal over enkele jaren verschijnen) en woont zelf ook meer dan twintig jaar in Portugal. Hij vertelt over de collectioneur Komrij, van de Winterswijkse jongen die als scholier als catalogi van antiquariaten bestelde en weleens een boekje “meenam” tot de eigenaar van een geweldige bibliotheek met zo’n vijftig duizend boeken.
Na de pauze verhaalt een energieke Tom Lanoye over zijn hoogstpersoonlijke ervaringen in het huis van Gerrit en Charles, het Komrijk dus, waar hij een kwart eeuw geleden de liefde van zijn leven heeft veroverd en hoe gelukkig hij was er een echt bed aan te treffen zodat hij niet hoefde te kamperen. Lanoye vertelt dat het eerste woord dat hij ooit van Komrij hoorde het woord “poëzie” was, uitgesproken op een langgerekte manier die onnavolgbaar is – maar Lanoye komt er wel heel dichtbij.
Kees van Kooten leest eerst de inleiding voor uit zijn bloemlezing, waarin hij heerlijk reclame maakt voor het fysieke Komrijk en en passant voorstelt het voltallige publiek er bij wijze van literaire reisspecial heen te vliegen. Hij sluit aan met drie pastiches uit luim, zijn eigen Komrijk, waarin Gerrit de Nederlandse poëtische canon inzet als grof geschut tegen frummelende priesters, parlementarische prietpraat, en andere druiloren. Van Kooten heeft ook een mattenklopper meegenomen, en vertelt dat hij via de obscure dichter Alex Gutteling (1884-1910), van wie maar een enkel gedicht bekend is, namelijk “De mattenklopper”, op het logo van Het simplistisch verbond is gekomen dat hij in 1974 met Wim de Bie oprichtte.
Aan het slot van de middag wordt op de computer een video-opname van Komrij zelf getoond, in 2006 opgenomen in hetzelfde Slegte-filiaal, waarin hij zijn bekende gedicht ‘Komrij’s patentwekker’ voorleest – en jawel, negen jaar later gaat deze af in de vorm van een daverend gelach en applaus van de aanwezigen.
Er worden handen geschud, de bekenderen signeren boeken, en de rest van het publiek begeeft zich naar buiten om de Antwerpse avond te veroveren.
Afbeeldingen: © Neel Korteweg
Kamiel Choi
//