Recensie: Adam Johnson – Fortune Smiles
Ernstig maar luchtig
Nederland leest deze maand korte verhalen. Misschien slaat het wel aan en mogen er binnenkort weer bundels korte verhalen meedingen naar de Libris Literatuurprijs. De merkwaardige uitsluiting van bundels korte verhalen geldt niet voor de National Book Award. Dit jaar nomineerde de jury twee bundels. De bundel Fortune Smiles is van de enige man op de shortlist: Adam Johnson.
Johnson heeft al een Pulitzer gewonnen (voor zijn roman The Orphan Master’s Son die ik niet heb gelezen) en met deze bundel is hij een grote kanshebber voor die andere belangrijke Amerikaanse literaire prijs. Fortune Smiles bevat zes lange korte verhalen. Deze verhalen zijn luchtig van toon en soepel verteld, maar de problematiek en worstelingen van de personages in de verhalen zijn wel degelijk ernstig. En het is deze juxtapositie die al deze verhalen zo goed maken.
In het openingsverhaal ‘Nirvana’ is de vrouw van de ik-verteller verlamd, in ‘Hurricanes Anonymous’ moet een jonge man zorgen voor zijn zoon nadat twee orkanen het gebied hebben getroffen. ‘Interesting Facts’ wordt verteld door de vrouw van een schrijver, zij is zelf een miskende schrijfster wier boeken niemand wil uitgeven en die is getroffen door kanker. In het titelverhaal en in ‘George Orwell Was a Friend of Mine’ gaat het om de tegenstelling tussen het leven in de vrije kapitalistische wereld en de communistische regimes van Noord-Korea en de voormalige DDR. En dan is daar nog ‘Dark Meadow’ in het gelijknamige verhaal die worstelt met zijn pedofilie. Zo komt er een heel divers scala aan figuren voorbij in deze bundel: van een voormalige directeur van een oude Stasigevangenis tot Noord-Koreaanse vluchtelingen, computerspecialisten, een schrijfster en de pakketbezorger Nonc die zich moet zien te redden na twee orkanen terwijl zijn vader op sterven ligt en hij op zoek is naar de moeder van zijn zoontje, dat zij bij hem heeft achtergelaten. En omdat er geen zwak verhaal tussen zit is deze diversiteit een deugd.
Een van de sterkste verhalen uit de bundel is ‘George Orwell Was a Friend of Mine’ over Hans, de oude gevangenisdirecteur van een voormalige Stasisgevangenis. Hans loopt met zijn hond Prinz vaak langs de oude gevangenis. Er belandt een filmpje van hem op het internet waarin hij betoogt dat de fictieve dissidente toneelschrijver Klaus Wexler onterecht een herdenkingsmonument heeft gekregen omdat het gewoon een crimineel is en dat hij terecht heeft vastgezeten in de Stasigevangenis. Hans bezoekt de gevangenis –nu een museum – en doet mee aan de tour van oud-gevangene Berta. De oude Hans, wiens alcoholistische vrouw Gitte hem heeft verlaten, is zo naïef dat het bijna meelijwekkend is. Hij denkt oprecht dat de verschrikkingen die Berta heeft meegemaakt en die ze vertelt tijdens haar rondleidingen leugens zijn.
She enters high gear again, walking backward, citing various studies about torturers and victims. Then she goes into talk-show mode about mercy and empathy, throwing in a couple of public-service announcements on the topic of humanity. Passing the control rooms, she minimizes the inmates’ crimes, insinuating that they were incarcerated for reading banned poetry, attending protest concerts and listening to Wessi radio broadcasts.
Hans is geen spijtoptant, niet omdat hij vindt dat martelingen in zijn gevangenis noodzakelijk waren of te rechtvaardigen is, maar gewoon omdat hij niet weet dat dit alles heeft plaatsgevonden. Hij denkt werkelijk dat hij zich heeft ingezet voor de goede zaak: namelijk het beschermen van de maatschappij tegen criminelen en ander gespuis. Onwetendheid is helemaal geen zegen, helemaal niet met betrekking tot de geschiedenis. Het is beter dat de geschiedenis als last wordt meegedragen in het heden dan dat deze wordt ontkend door gebrek aan kennis. De oud-gevangene Berta vertegenwoordigt het eerste en Hans het tweede en dit levert een fascinerende strijd op tussen de twee als hij zich door haar laat rondleiden in de gevangenis.
De vlotte, ritmische vertellingen zijn vergelijkbaar met de verhalen van George Saunders, één van de belangrijkste contemporaine Amerikaanse schrijvers van korte verhalen. Het is een verwantschap op stilistisch niveau (de spreektaal) alsook op thematisch vlak: de verhouding tussen technologie en het individu. Daarnaast thematiseert Johnson in deze bundel op originele wijze de invloed van het politieke op het persoonlijke. Het is de verscheidenheid in thematiek en stijl en de bonte verzameling personages waardoor dit een bundel van hoge kwaliteit is én een plezier om te lezen.
Koen Schouwenburg
Adam Johnson – Fortune Smiles. New York: Random House. 303 blz. €19,49.