Recensie: Claire Vaye Watkins – Goud roem citrus
Geslaagde debuutroman; naargeestig toekomstbeeld
Zij debuteerde in 2013 met de verassend sterke verhalenbundel Battleborn. Claire Vaye Watkins liet daarmee zien over een groot verhalend talent te beschikken. En daarbij: Watkins heeft een geschiedenis. In het openingsverhaal van de bundel, ‘Spoken, cowboys’, vertelt zij haar eigen, persoonlijke verhaal: haar vader was een prominent lid van de Manson-familie. En al nam hij geen deel aan de moord op Sharon Tate, de lezer wordt wel een blik gegund op het sekteleven anno 1968 op de Spahn-ranch in de bergen benoorden Los Angeles. Het is, hoewel non-fictie, een interessant en prachtig verhaal. De overige verhalen in de bundel spelen zich voorts af in grofweg gezegd hetzelfde gebied: de woestijn en de bergen in het droge deel van Californië; in de directe omgeving van Death Valley. Dit is dan ook de setting van Watkins’ eerste roman, Goud roem citrus.
Goud roem citrus speelt zich af in een niet nader genoemde toekomst; maar wel een toekomst die niemand wenst. Watkins’ debuut is dan ook een dystopische roman, een genre dat in toenemende mate beoefend wordt in de Amerikaanse literatuur – wat in feite logisch is, gezien de onzekere, wankele toekomst van de westerse samenleving (‘It’s the end of the world as we know it’, zong R.E.M.’s Michael Stipe al in 1987). Cormac McCarthy schreef in 2006 De weg, Peter Heller in 2012 De hondsster en Emily St. John Mandel in 2014 Station Elf. Allemaal fascinerende, dystopische toekomstromans, waar nu Goud roem citrus aan toegevoegd kan worden.
Luz en Ray hebben hun intrek genomen in een verlaten villa in Beverly Hills. Door een plotseling ingetreden droogte is Los Angeles en omgeving onbewoonbaar geworden. De gehele bevolking is geëvacueerd naar het oosten; naar de andere kant van de waterscheiding. De alternatievelingen, de onaangepasten en de losers zijn achtergebleven, met een nijpend gebrek aan water, voedsel en brandstof. Hier hebben ook de jong geliefden Luz en Ray voor gekozen. Ze scharrelen hun kostje bij elkaar, waar Ray – ex-marinier – erg handig in is. Op een feest in een leeg aquaduct kidnapt het stel min of meer per ongeluk een peuter. Luz – een voormalig kindsterretje – en Ray, beiden nauwelijks het kindszijn ontgroeid, voelen zich de heuse ouders van het murmelende, slechts klanken uitstotende kind, door Luz en Ray Ig gedoopt.
De roman dankt zijn naam aan de droombeelden die door de geschiedenis heen avonturiers naar Californië gelokt hebben: goudzoekers in de 19e eeuw; opportunisten aangetrokken door Hollywood; fruitplukkers tijdens de depressiejaren. Maar in het nu van Goud roem citrus is daar niets meer van over. Door de aanhoudende droogte, het daaruit voortvloeiende watergebrek en de ondergrondse opslag van kernafval is Californië letterlijk ingestort. Snelwegen verdwenen in zinkgaten; steden werden opgeslokt door het woestijnzand; een duinenzee – de Amargosa genoemd – heeft al het leven verzwolgen.
In dat zand-inferno moeten Luz en Ray zich staande proberen te houden. Dat lukt niet zomaar. Ze raken dan ook van elkaar gescheiden, waardoor Luz en Ig in een soort sekte terechtkomen die onder leiding staat van guru Levi Zabriskie, en Ray in een ondergronds interneringskamp. Watkins sleept de lezer mee in een boeiend verhaal – met steeds op de achtergrond de maatschappijkritische lading – waarin Luz en Ray uiteindelijk op klassieke wijze worden herenigd. Je zou zeggen een happy end. Maar een happy end en een dystopisch toekomstbeeld zijn niet zomaar verenigbaar.
Goud roem citrus is per saldo een fantasierijke, erg goed geschreven debuutroman, verpakt in een waarschuwing aan de mensheid; aan machthebbers, politici en invloedrijke CEO’s als zoals Bill Gates, Mark Zuckerberg en Jack Ma. Zij allen doen er goed aan deze roman te lezen. U ook, trouwens.
Wiebren Rijkeboer
Claire Vaye Watkins – Goud roem citrus. Vertaald door Gerda Baartman, Adriaan en Thijs van Nimwegen. De Arbeiderspers, Amsterdam. 382 blz. € 19,99.