Recensie: Jussi Valtonen – Ze weten niet wat ze doen
Confrontatie tussen activist en wetenschapper
De Finse Alina, een jonge studente, trouwt halsoverkop met de Amerikaanse Joe Chayefski. Ze ontmoetten elkaar op een congres in Italië en al snel heeft hoogleraar Chayefski een baan op de universiteit van Helsinki. Het is 1994 als Ze weten niet wat ze doen aanvangt en de wereld er in het pre-internettijdperk een stuk eenvoudiger uitziet. Niettemin is het leven van Alina en Joe niet eenvoudig, want eenmaal verblijd met de geboorte van zoon Samuel komt de klad er een beetje in: Joe twijfelt of hij in Finland wetenschappelijk gezien wel genoeg uitgedaagd wordt en Eline, de zorgzame moeder ziet overal spoken.
Jussi Valtonen start zijn zeer kloeke roman veelbelovend en brengt, alhoewel de vermelding van een veelbelovend begin anders doet vermoeden, hem ook fraai naar een einde – en lost die belofte dus royaal in. Hij gebruikt daar wel ruim 600 pagina’s voor. Valtonen is een neuropsycholoog die zowel non-fictie als fictie schrijft. Ze weten niet wat ze doen was in 2014 in Finland een absolute bestseller. En dat is te begrijpen.
Het eerste deel van de roman behandelt de zieleroerselen van de ex-pat Joe, maar ook die van Alina. De gevoelens van de laatste worden excellent beschreven door Valtonen: de paranoia van Alina, die overal om zich heen de zelfbedachte minnares van Joe ervaart, is ronduit voelbaar. Maar niet voor Joe; Joe keert terug naar Amerika. Twintig jaar later is Joe professor aan de universiteit van Baltimore, Maryland, en is hij getrouwd met Miriam en heeft hij twee dochters. Joe’s leven is ongecompliceerd totdat milieu-extremisten Joe bedreigen. Het wordt van kwaad tot erger en het lijkt erop dat Joe’s 20-jarige zoon Samuel achter de gewelddadige acties zit.
De roman keert dan terug naar de getroebleerde jeugd van Samuel en zet uiteen hoe de jongen zich ontwikkelt en hoe een samenloop van omstandigheden en puberale gedachten ertoe leiden dat zijn ongenoegen en boosheid zich op zijn afwezige vader richten. Dan, als Samuels en Joe’s wereldbeelden sterk uiteen blijken te liggen, lijkt een confrontatie tussen de activist en de wetenschapper welhaast onvermijdelijk.
Valtonen etaleert hier zijn maatschappijkritische houding: de westerse wereld is zich met zijn technologie en sociale internet-media ten gronde aan het richten. Aldus is Ze weten niet wat ze doen zomaar vergelijkbaar met Jonathan Franzens Zuiverheid. Het heeft dezelfde scope, want een soortgelijk hoofdthema, verschillende intrinsiek beschreven hoofdpersonages, en het waaiert uit over meerdere continenten. En de omvang natuurlijk: ruim 600 pagina’s.
De apotheose van Ze weten niet wat ze doen – een titel te beschouwen als de onmacht van het menselijk streven – krijgt een hyper-spannende lading. Zij speelt zich af tussen Joe Chayefski, zijn zoon Samuel en een geladen revolver. Per saldo is dit boek een magnifiek leesavontuur. ‘Valtonen is een begenadigd literator – zorgvuldig taalgebruik, intelligente ideeën en een sterke plot – die een superieure roman heeft geschreven.
Wiebren Rijkeboer
Jussi Valtonen – Ze weten niet wat ze doen. Vertaald door Annemarie Raas. Signatuur, Amsterdam. 604 blz. € 19,95.