Recensie: Mensje van Keulen – Schoppenvrouw
Een dochter als dader
‘Neem geen kinderen, ze zullen je meer verdriet dan vreugde brengen…’ Paula krijgt deze boodschap in haar jeugd van de paranormaal genezer Dr. Adami en met die uitspraak is haar toekomst getekend. De woorden van de ziener komen terug als ze vele jaren later een programma ziet waarin een moord wordt gereconstrueerd. De details die worden vrijgegeven leiden maar tot één conclusie: haar dochter Emmy moet de dader zijn.
Dat lijkt een beetje op het begin van Het diner van Herman Koch waar een vader op een tv-programma zijn zoon als één van de daders van een misdaad herkent. In Schoppenvrouw van Mensje van Keulen is de belangrijkste vraag echter niet hoe ver je moet gaan om je kind te beschermen. Paula, die galeriehoudster is tegen wil en dank (cadeautje van haar man) gaat terug naar eigen jeugd, waar ze de heler Dr. Adami voor het eerst gezien heeft in het huis van haar vriendin Charlie Weber.
Van Keulen schept een decadente sfeer in het luxueuze huis van de familie Weber, waarin de moeder ziek te bed ligt, de vader – die voor Shell werkt – vaak afwezig is en Charlie met haar drie jaar oudere broer broeierige sessies houden waarin geesten worden opgeroepen. Paula treedt bij de Webers het tijdperk binnen van het fin de siècle. Het contrast met haar eigen thuis met een moeder die in de toiletten van het Américain werkt, kan niet groter zijn. Maar het gezin Weber vertrekt al snel als de vader van Charlie voor zijn werk overgeplaatst wordt. De wereld waar ze slechts even heeft vertoefd, met de seksuele aantrekkingskracht die ze voelde tot een ander meisje, is opeens verdwenen. Ze is gefascineerd door broer en zus die soms ook weer een spel met haar lijken te spelen en als de twee vertrokken zijn, voelt ze zich alsof ze een liefde verloren heeft. Als het gezin weg is hoopt ze dat Dr. Adami nog iets over ze kan vertellen, maar in plaats daarvan doet hij een uitspraak die een doem legt over haar verdere leven.
Mensje van Keulen houdt de mogelijkheid in eerste instantie open dat alles wat ze over het verleden geschreven heeft verzonnen heeft, als een soort gigantisch alibi dat de moeder aan het opbouwen is voor haar dochter, want ze vlak voordat Paula naar haar jeugd terugkeert, staat er: ‘Ik moet iets verzinnen wat ik zal antwoorden als er wordt aangebeld en ze daar staan om eerst mij te ondervragen voor ze haar ophalen.’ Dat geeft, misschien onbewust, een extra fictieve laag aan het gedeelte over haar jeugd.
Dan keert Van Keulen weer terug naar het verhaalheden waarin haar dochter verantwoordelijk is voor de dood van een oude man. De plot van het verhaal moet afgewikkeld worden en dat gebeurt rap met vrij lange monologen. Ondanks dat er nieuwe moord wordt gepleegd, valt de spanning in het niet bij de psychologische spanning die eerder in het verhaal aanwezig is. Schoppenvrouw is een mooie korte roman, waarbij je als lezer steeds alert moet zijn. Vertellen de personages wel altijd de waarheid? En wat verzwijgen ze?
Coen Peppelenbos
Mensje van Keulen – Schoppenvrouw. Atlas Contact, Amsterdam, 144 blz. € 18,99.
Deze recensie verscheen in verkorte vorm in de Leeuwarder Courant en het Dagblad van het Noorden.
Mooie recensie. Alleen in mijn uitgave heet de hoofdpersoon Paula.
Bij mij ook. Heb het hier veranderd (helaas heb ik de krant niet voor de fout kunnen behoeden).