Nieuws: Volgens Anja Meulenbelt past Abou Jahjah in verzetstraditie De Bezige Bij
In een vervolgstuk op het stuk dat ze vorige week zaterdag schreef, mengt Anja meulenbelt zich verder in het Abou Jahjah-debat. In ‘Nog eens Dyab Abu Jahjah en over wat er mis is in Nederland’ probeert ze de onderliggende discussie bloot te leggen en ze komt tot een conclusie waarbij ze Abou Jahjah en zichzelf in een bepaalde traditie zet.
In mijn ogen heeft Dyab Abu Jahjah dus geheel gelijk als hij zegt precies in de verzetstraditie van de Bezige Bij te passen. Die uitgeverij kwam voort uit het verzet, om precies te zijn uit het Utrechtse Kindercomité dat een paar honderd joodse kinderen in veiligheid bracht. Mijn oom Jan Meulenbelt was een van de oprichters, en was bevriend met Bas Lubberhuizen die uitgever werd, ‘as busy as a bee can be’. Mijn moeder was een van de naamloze koeriersters die kinderen en valse bonkaarten rondbracht op de fiets. Mijn oma woonde in het huis aan de Rijnlaan in Utrecht dat een tijd als doorgangshuis voor de kinderen fungeerde, en waar ik in de winter van 1944/45 geboren ben. Mijn familie deed dat niet omdat het joden waren die werden vervolgd en bedreigd, maar omdat het mensen waren die werden vervolgd en bedreigd. In die traditie hoor ik, en ik hoop dat De Bezige Bij dat ook nog zal blijven en zich niet laat intimideren: Nooit meer Auschwitz, nooit meer vervolging, uitsluiting, bedreiging, van niemand. Niemand.
Lees het hele stuk van Meulenbelt hier.
Anja Meulenbelt verbood mijn uitgeverij, Atlas Contact, om een passage van De schaamte voorbij op te nemen in mijn bloemlezing Vuur! (Bezieling en betrokkenheid in de Nederlandstalige letteren). De reden: ik had ook een tekst van Leon de Winter geselecteerd, en die \’anti-Palestijn\’ mag geen publicatieruimte krijgen. \’Nooit meer uitsluiting, van niemand. Niemand.\’ Lachwekkend.
Ha die Dautz. Ik heb niemand iets verboden. Ik heb alleen geen toestemming gegeven om een stuk van mijn werk te plaatsen in een boek dat moest gaan over engagement, omdat ik na het lezen van de auteurs die waren gevraagd geen enkel vertrouwen had dat jij als redacteur daar de geschikte persoon voor was. Inderdaad, onder andere door jouw keuze voor Leon de Winter als geëngageerde auteur. Tenzij je natuurlijk het als oud vuil behandelen van andere joden die kritisch staan tegenover Israël verstaat als \’engagement\’. Dat mag, natuurlijk, je had je hele boek vol mogen zetten met dat soort lieden. Je reactie hier illustreert volledig hoe gelijk ik had om niet met jou in zee te gaan.
Anja, het is triest en veelzeggend dat je voorwaarden koppelt aan opname in een bloemlezing – die en die auteur horen er niet in. Jij definieert engagement alleen maar vanuit je Eigen Gelijk. Ik vind Leon de Winter een zeer geëngageerd auteur, ook al deel ik zijn opvattingen (meestal) niet. Alleen maar preken voor eigen parochie is zooooooo gemakkelijk.
Wat kun jij jokken, Dautz, en wat draai jij de zaken om. Ik heb helemaal geen voorwaarden gesteld, ik heb gewoon nee gezegd. Ik ben op geen enkele manier verplicht om stukken van mijn werk af te staan voor een boek waar ik niets in zie. En dat nee bleef nee ook toen je me probeerde over te halen met de mededeling dat de Winter al was afgevallen. Ik wilde gewoon niet misbruikt worden voor jouw boek. En nog eens: wat blijk ik daar toch gelijk in te hebben gekregen.
Anja, je maakt er nu een semantische discussie van. Omdat ik Leon de Winter koos, gaf je geen toestemming. (Ik schreef \’verbood\’, omdat je mails boos en ongenuanceerd waren.) De correlatie is duidelijk. Als hij dan niet ik. Dat Leon de Winter even later ook geen toestemming gaf voor opname van het door mij gekozen fragment (zonder dit toe te willen lichten) heeft daar niets mee te maken. En uiteraard ben je vrij om wel of geen toestemming te geven, maar de reden die jij opgeeft staat in schril contrast met je bewering over De Bezige Bij, vandaar mijn reactie. \’Nooit meer uitsluiting, van niemand. Van Niemand.\’ Met uitzondering van Leon de Winter.
Klets, Dautz. Met je keuze voor auteurs liet je voor mij zien iedereen met een beetje uitgesproken mening ergens over onder \’geëngageerd\’ te willen rekenen. Inclusief iemand die de Israëlische bezetting goedpraat. Uiteraard wil iemand als ik met mijn engagement daar niet bij opgeteld worden. Verder heb je van mijn verhaal niets begrepen. Dat gaat over de polarisatie in denken in Nederland tussen de mensen die vinden dat je na de Holocaust geen kritiek mag hebben op Israël, zoals de Winter, en mensen die vinden dat we kritisch moeten zijn om wat Israël een ander volk aandoet, waaronder ik. De enige in dit verhaal die iemand probeert uit te sluiten is de Winter die zijn uitgeverij voor het blok zet: als die een boek van Abou Jahjah uitgeeft dreigt hij op te stappen.
En verder is het wel geestig dat je met oordelen als \’boos\’ en \’eenzijdig\’ zwaait als wat ik te zeggen heb dat je niet bevalt, als redacteur van een boek met \’geëngageerde\’ schrijvers, die voor zover werkelijk geëngageerd duizenden keren boos en eenzijdig genoemd zijn.
Hier laat ik het bij.
Anja, vanaf Roadburn, een vredelievend festival: ik koos zowel voor drammers als voor denkers, zowel voor activisten als voor schrijvers die houden van zacht humanisme – de volle breedte heeft mijn belangstelling. En je zult begrijpen dat ik het uitsluiten van schrijvers omwille van hun afwijkende mening afkeur.
Anja Meulenbelt heeft gelijk. Die nonsens met het om-niet \’geëngageerd\’ zijn is werkelijk met geen pen te beschrijven zo oppervlakkig. Uiteraard zou ik ook niet in een boekje willen staan waarin mijn buurman het nazisme propageert, en de bloemlezer dat onder het mom \’een andere mening\’ meende moeten toelaten. Engagement gaat op die manier helemaal nergens over. Je reduceert het tot wat meninkjes in een boekje die samen als een tang op een varken klinken.