Recensie: Ruta Sepetys – Zout van de zee
Het lot is een jager
Net zoals in haar internationaal gelauwerde debuutroman Schaduwliefde (2011) thematiseert de Ruta Sepetys in Zout van de zee oorlogsperikelen van de burgerbevolking in Oost-Europa. Als dochter van een Litouwse vluchteling verhaalt de Amerikaanse auteur over donkere bladzijden uit de geschiedenis die in de contemporaine young adult nauwelijks aandacht krijgt, zoals de onmenselijke behandeling van de bevolking uit de in 1940 geannexeerde Baltische staten. In Zout van de zee focust Sepetys op de besognes van enkele jongeren aan het einde van de Tweede Wereldoorlog.
Sepetys laat beurtelings vier vertellers als focalisator aan het woord. De 21-jarige verpleegster Joana vormt de spilfiguur van een groepje gehavende Litouwse vluchtelingen. De zwangere Emilia geldt omwille van haar Poolse afkomst als ‘inferieur’ voor de Duitsers. De 17-jarige matroos Alfred bericht over zijn dagelijkse bezigheden als Duits soldaat en vecht vol vuur voor Führer en vaderland. De Pruisische Florian blijkt een voormalig assistent van Gauleiter Koch, die omwille van nog onduidelijke redenen zijn betrokkenheid bij de wanpraktijken van de nazi’s achter zich heeft gelaten. Het lot brengt het viertal op eerder voorspelbare manier bij elkaar en plaatst hen in een schier uitzichtloze situatie tussen Hitler en het Rode Leger. Elk van hen draagt eigen verwachtingen en toekomstplannen mee, maar heeft ook z’n eigen geheimen en beweegredenen. De auteur hamert er meermaals op dat het viertal slechts door onderlinge samenwerking en vertrouwen de oorlog kan overleven. Sepetys verleent haar personages een eigen stem, karakter en verleden, die ze via krachtig geschreven flashbacks evoceert. Het resulteert in een behoorlijk goed geschreven karakterisering, al evolueren Sepetys’ personages niet tot geheel authentieke mensen van vlees en bloed. Ieder van hen belicht te duidelijk een vooraf vastgestelde rol (de verpleegster, de nazi, de bekeerde slechterik), waardoor ze onvoldoende evolueren.
Tijdens Operatie Hannibal, de grootste zee-evacuatie uit de hedendaagse geschiedenis, komt het viertal terecht op de Wilhelm Gustloff. Dit voormalig cruiseschip, bestemd voor vijftienhonderd mensen, zal uiteindelijk zowat tienduizend vluchtelingen en gewonde Duitse soldaten naar de Duitse havenstad Kiel verschepen. De voorbereidingen voor operatie Hannibal worden tot in de kleinste details geanalyseerd, wat geregeld tot eindeloze uitweidingen en herhalingen leidt. Pas wanneer de Wilhelm Gustloff door een Russische onderzeeër tot zinken wordt gebracht, brengt dit het voortkabbelende verhaal weer in een stroomversnelling. Niet alle personages overleven de zeeramp, maar het einde verbindt de vier verhaallijnen in een emotionele brief en vormt zo een waardige afsluiter.
De oorlogsgruwel, het leed en de tragiek, vormen vanaf het eerste hoofdstuk fundamenteel onderdeel van deze lijvige adolescentenroman en worden beklijvend in het verhaal verwerkt. Meer nog dan een makkelijk shock effect te willen sorteren bij de doelgroep, wil Sepetys zowel de wandaden van de nazi’s en het Rode Leger als de desastreuze gevolgen voor de veelal onschuldige burgerbevolking aankaarten. Op discrete, ingetogen wijze weet ze deze verschrikkingen voor adolescenten draaglijk te maken. Zout van de zee leest daardoor als een hard, bijwijlen rauw verhaal dat tegelijkertijd hulde brengt aan de universele menselijkheid, gebaseerd op wederzijdse steun en vertrouwen, zelfs in de meest barre omstandigheden. Een enkele keer doceert de auteur te sterk, bv. over de oorzaken en het verloop van de Tweede Wereldoorlog en Operatie Hannibal, die via een voorspelbare Hineininterpretierung nadrukkelijk in het verhaal worden opgenomen. Net zoals in Schaduwliefde heeft Sepetys de neiging om flink uit te wijden, wat het verteltempo meermaals nodeloos onderbreekt. Gebaseerd op meer dan drie jaar gedegen onderzoek wil de auteur zoveel mogelijk historische informatie meegeven, wat resulteert in overbodige frasen en nietszeggende ontboezemingen.
Zowel debuutroman Schaduwliefde als Zout van de zee zijn verhalen die geschreven moesten worden. Beide boeken zijn het resultaat van een jarenlange research, compleet met internationale getuigenverklaringen en interviews van overlevenden. Nadeel is dat Sepetys al dat onderzoek een plaats wil geven in haar verhalen, wat in lijvige romans met tal van overbodige passages en herhalingen resulteert. Less is more, alweer. De stilistische capaciteiten van de samenstelling ‘jeugd-literatuur’ worden eveneens veronachtzaamd: Sepetys beschikt niet over de vaardigheden om de intrinsiek boeiende verhaalstof naar een beklijvende roman te vertalen, en dat is jammer, want zo weten haar romans noch als fictie noch als non-fictie volledig te overtuigen.
Jürgen Peeters
Ruta Sepetys – Zout van de zee. Vertaald Aleid van Eekelen-Benders. Luitingh-Sijthoff, Amsterdam. 412 blz. € 17.99.