Recensie: Kristof De Muynck – Kopvoeter.
Bloedschande in Vlaanderen
In Kopvoeter, het debuut van de veertiger Kristof De Muynck, leeft opa Modest na zijn dood door als een aardappel op pootjes, een kopvoeter: ‘Een hoofd, twee benen en twee armen. Gelukkig had ik die niet in de harkvorm […]’ Voor bijna iedereen onzichtbaar beschouwt Modest de ontwikkelingen op de boerderij in Veldebeke, een Vlaams dorp met een duistere geschiedenis.
De Muynck begint in een hedendaags Vlaanderen waar Erwin in café naast een dwerg, die nogal plastisch beschreven wordt, gaat zitten. In de tuin wordt even later een vrouw gevonden die verkracht is. Erwin tilt haar het café in. Ze heet de Marre en niemand weet wie de dader is. Na een strooptocht in een 2cv begint het verhaal echt als Erwin zeventien jaar later teruggekeerd is naar het dorp van zijn ouders en met de Marre op een boerderij woont. Erwin is slachter, maar klust bij door de jonge vrouwen uit de omgeving tegen betaling te bevruchten: ‘De oudste duwde hij op het hakblok, dat net stabiel genoeg was om haar te dragen, en dreef Jan Klaassen door het vleesgordijn haar poppenkast binnen, tot hij het publiek hoort gillen.’
Tegelijkertijd becommentarieert de drie maanden eerder overleden Modest, als vader van de Marre het verhaal. En passant rakelt hij gruwelijke verhalen op. Zonder al te veel te onthullen gaat het in Kopvoeter om een familiegeschiedenis die vergeven is van incestueuze verhoudingen en waar kinderen geboren worden uit een gewelddadige verkrachtingen.
De lijn die Erwin en Marre verbond, was een snijdende koord vol zonde. Een bloedlijn die hen bevroor in de tijd. Béatrice Verschaffel. Hun passie was een duister spel van een diep en ontevreden monster. Van de vele drijfveren is de zonde een van de sterkste omdat de acteurs tegen beter weten in en in het aangezicht van de dood toch onverschrokken blijven voortzetten wat ze begonnen zijn.
De familieverhoudingen liggen ongeveer zo. Modest is getrouwd met Béatrice. Béatrice is de zus van Alma. Alma is getrouwd met Antoine. Antoine is de broer van Elza. Elza is de enige ware liefde van Modest. Elza maakt een eind aan haar leven als ze erachter kwam dat een aantal onschuldige jongens uit het dorp zijn geëxecuteerd voor de moord op Ernst, haar Duitse lover. De vader van Erwin die ook erg gesteld was op Elza heeft de moord op de Duitser op zijn geweten. Kinderen groeien op onwetend dat oom ook de vader is. Vrouwen worden gedeeld door broers. Maar het is niet dat verhaal, maar de stijl van De Muynck, die in zijn zintuiglijkheid aan het werk van Claus doet denken, die de lezer overtuigt van het talent van De Muynck.
De grote acteur Antoine die altijd de Sint speelt, vertelt zijn zwager Modest terwijl hij geveld in het ruim van de stoomboot ligt, een groot aantal familiegeheimen. Onder andere over de verkrachting van Elza door zijn vader:
Toen ik naar voren kroop, schoot er een plank weg. Een fractie later donderde ik de diepte in. De kalfjes hadden mijn val gebroken. We waren alle drie verrast. Vader Mattheeuws had zijn broek op zijn knieën en een hand aan een oor van de emmer, die hij over Elza’s hoofd had getrokken om haar te blinddoeken voor de duivels die hij op haar ging loslaten en de slagen die hij haar richting uit dreef. Elza hield maar niet op met schreeuwen. Ikzelf zag lijkbleek. En vader Mattheeuws vloekte en trok zijn broek bij de bretels omhoog.[…] Ik trok de emmer weg. De vellen van de melk hingen in haar haar.
Hier en daar zijn te beelden niet zo vindingrijk (‘haar lichaam een uitdrogende bloem’, ‘loketten ogen’ en ‘boven het bed zoemde een adagio van twee bromvliegen’). Ook is de verteller niet vies van enig effectbejag. Maar dat is toch gezeur in de marge. Kopvoeter weet een sprookjesachtig element als een kopvoeter te integreren in een verhaal over een boerenfamilie zodat het geloofwaardig blijft.
Het is niet alleen de aanwezigheid van de kopvoeter die dit debuut mythische trekken geeft. Zo kan een paard veranderen in een meisje en komt een schilderachtige voorstelling tot leven op het opgehangen karkas van een varken. Het hart van het boek is de slacht van een varken afgewisseld met dramatische ontwikkelingen van vijftig jaar eerder. Dat maakt Kopvoeter tot een rauwe, groteske parodie op die brave boerenroman zoals die begin van de vorige eeuw veel geschreven werd.
Rieuwert Krol
Kristof De Muynck – Kopvoeter. Polis, Antwerpen. 190 blz. € 19.95.