Recensie: Carl Frode Tiller – Jeugdjaren en Kindertijd
Noors drama
Afgelopen maand verscheen Kindertijd, deel twee van de vertaling van de ‘Omcirkeling’-trilogie van de Noor Carl Frode Tiller. Tiller’s romans lijken op het eerste gezicht wel wat op het werk van die andere Noor, Knausgård. Net als de schrijver van de ‘Mijn Strijd’-cyclus is Tiller gespecialiseerd in de gefictionaliseerde biografie en de beschrijving van pijnlijke gênante gebeurtenissen. Maar verwacht bij Tiller geen minutieuze verhandelingen over de inhoud van een koelkast of een realtime weergave van een kinderfeestje zoals bij Knausgård het geval was. Tiller is meer geïnteresseerd in de verhouding tussen ouders en kinderen en kinderen onderling. We krijgen pijnlijke gebeurtenissen voorgeschoteld uit het leven van een groep vrienden en hun ouders. Opgediend in de vorm van brieven aan David, die zijn geheugen kwijt is en via een advertentie in de krant vrienden en bekenden oproept om hem te schrijven en mailen met verhalen over zijn leven om op die manier hem te helpen zijn geheugen te reconstrueren.
We lezen afwisselend brieven en verhalende passages over en van Jon, een sombere mislukte muzikant over Selje die in een slecht huwelijk is beland en over Arvid de terminaal zieker stiefvader van David. Over Ole een huisvader met een stelend stiefkind, over Tom een man met een ontregeld bestaan en over Paula een vriendin van de moeder van David. Of David’s intenties zuiver zijn en of hij daadwerkelijk zijn geheugen kwijt is, daarover wordt door een aantal vrienden verschillend gedacht. Naarmate het boek vordert ga je je ook steeds meer afvragen of dat wel zo belangrijk is. Misschien is de constructie waarin iemand zijn geheugen kwijt is in combinatie met brieven van vrienden – die natuurlijk allemaal hun ‘eigen waarheid’ hebben en op die manier een wisselend perspectief geven op een dorpsgemeenschap – geen gelukkige. Het doet soms te gekunsteld aan.
De meeste afzonderlijke passages en scènes van ‘Omcirkeling’ zijn daarentegen zeer dicht op de huid geschreven. Tiller geeft je geen ruimte om afstandelijk te lezen. Alcoholisme, ruzie, haat, jaloezie, opvoeding, liefde; het hele spectrum aan menselijke ellende wordt door Tiller beschreven. Hij is goed in het beschrijven van persoonlijke drama’s. Zoals deze:
Zullen we anders morgenvroeg een uitstapje naar Zweden maken?’ vraagt Helen opeens. Ik kijk op uit mijn boek, ze zit me recht aan te kijken terwijl ze enigszins kil tegen me glimlacht. ‘Dan kunnen we sigaretten inslaan en de diepvries een beetje aanvullen,’ voegt ze eraan toe. Er gaan een paar seconden voorbij, ik zeg niets, zit hier maar en kijk haar aan, ze wil me nu blijkbaar kwellen, ze weet dat ik zin heb om me flink te bezatten en morgenvroeg niet zal kunnen rijden, dat is precies de reden dat ze het vraagt, ze vraagt het om me een schuldgevoel te geven en om me op mezelf neer te laten kijken, mezelf te zien als een slechte gezinsvader, een gezinsvader die zich liever gaat bezatten dan zijn gezin meenemen op een autoritje naar Zweden, ze denkt dat ik in haar dagboek heb gelezen en nu wil ze me daarvoor straffen (…)
Het voert te ver om hier alle verhaallijnen te ontrafelen. Daarvoor leunt de roman ook te veel op een onthulling van die verhaallijnen alleen. Aan het eind komen we via een vriendin van de moeder van David bijvoorbeeld nog een aantal schokkende feiten tegen die in deel drie hoogstwaarschijnlijk wel opgelost zullen worden. Tot slot nog een citaat. De ontspoorde en dronken Tom, een jeugdvriend die veel moeite heeft met zijn ontregelde bestaan, wordt wakker en ziet wat hij heeft aangericht:
Ik sla mijn ogen op en kijk naar de plafondlamp in de slaapkamer. Vliegen die in de plafondlamp rondzoemen. Het gezoem. Dan hoor ik het geluid van de deksel van de brievenbus die wordt dichtgeslagen. Is het al zo laat, is het midden op de dag, dat moet wel, de postbode is er immers. Het duurt even. Dan heb ik de plotseling de hele nacht op mijn netvlies. Het is alsof ik het allemaal op een immens schilderij zie. Ik die haar sla. Haar aan haar haren omhoog trek. Haar in haar gezicht brul. Ik zie alles tegelijk. Het duurt even en dan draai ik me abrupt om. Daar ligt Mona. Ze is wakker. Ze ligt muisstil en huilt. Een koud, wee gevoel in mijn buik op het moment dat ik haar zie. Haar paarse wang. De gezwollen lip en het gestolde bloed, bijna zwart bloed. Ik blijf naar haar kijken. Ik slik. Het weeë gevoel wordt sterker en sterker. Mijn vuist. Recht in haar gezicht. Ik zie het duidelijk voor me en mijn maag keert zich om. Ik voel een misselijkheid opkomen. Die ligt als een koude worm in mijn buik, kronkelend.
Rieuwert Krol
Carl Frode Tiller – Omcirkeling 1 Jeugdjaren. Vertaald door Kor de Vries. Prometheus, Amsterdam. 330 blz. € 19,95.
Carl Frode Tiller – Omcirkeling 2 Kindertijd. Vertaald door Kor de Vries. Prometheus, Amsterdam. 404 blz. € 19,95.