Recensie: Kate Tempest – De stenen die de huizen bouwen
Een dubbeltalent?
Kate Esther Calvert – bekend onder de artiestennaam Kate Tempest – is een Britse spoken word artist. Zij is rapper, maar ook dichter, schrijver en toneelschrijver. Als rapper heeft zij haar sporen reeds verdiend, want haar album Everybody Down werd in 2014 juichend ontvangen. De cd verhaalt over het leven van de sappelende Zuid-Londenaren Becky, Harry en Leon. Tempests ambitie reikt verder, want het op rijm en muziek vertelde verhaal krijgt nu navolging in een roman: De stenen die de huizen bouwen.
Kate Tempest heeft inderdaad rondom de levens van deze drie jonge mensen een klassieke roman gebouwd. Twintigers die zich in een omgeving van schone schijn, werkeloosheid, drugs en kleine criminaliteit staande proberen te houden. Tempest kiest voor een proloog die een regelrechte vooruitwijzing is, want de drie hoofdrolspelers in dit stadse drama – Becky, Harry en Leon – verlaten met een koffer vol gestolen geld de stad: ‘De stad uit? Of wat? Het land uit?’ Vervolgens begint het van a naar b vertelde verhaal met ‘een jaar eerder’. Een jaar eerder maakt de lezer kennis met Becky, een mooie meid die probeert rond te komen van haar danstalent, maar het extra geld van haar masseuse-werk – mét happy ending – hard nodig heeft. In een nachtclub ontmoet ze Harry, drugsleverancier voor de artiesten, die haar bezigheden omschrijft als ‘werving en selectie’. Leon, die zich altijd in de schaduw ophoudt, is haar meedogenloze bodyguard. In de kern draait de roman om Becky en Harry, tussen wie er zinderend hete vonken overspringen, maar die elkaar de liefde niet zomaar durven bekennen. Dat zit hem vooral in het feit dat Becky een relatie heeft met Pete – en dat is Harry’s broer. Tja.
Om haar personages body te geven laat Tempest de lezer kennismaken met hun familieleden. Aldus weidt zij uit naar het verleden van de vaders, moeders, opa’s en oma’s van haar hoofdpersonages. Dit blijken doodlopende wegen in de roman; wegen die nergens toe leiden, en deze vervullen dan ook echt geen enkele functie voor plot en compositie van de roman. Jammer en overbodig. Niettemin heeft Kate Tempest wel een verhaal te vertellen. Via de handelingen, belevenissen en gedachten van Becky en Harry zet de auteur een levensecht verhaal neer van het leven in de straten van Zuid-Londen, waar drugs, drank, kleine baantjes en rap- en technomuziek de overhand hebben. Tempest doet met haar sociale schets voor Zuid-Londen wat Zadie Smith in NW (2012) voor noordwest Londen heeft gedaan.
Uiteindelijk komt er een drugsoverval en een money rip aan te pas om een cruciale versnelling aan de roman te geven en de vooruitwijzing van de proloog recht te doen. De epiloog van weer een jaar later blikt terug op wat er gebeurd is tussen Becky en Harry. Het is een sluitend en berustend einde van een roman die in een compactere vorm – zonder de zinloze uitweidingen – absoluut aan kracht had gewonnen. Er had dus een heel goede roman in gezeten – en dat is het nu net niet. Het zij de debutante vergeven.
Wiebren Rijkeboer
Kate Tempest – De stenen die de huizen bouwen. Vertaald door Roos van de Wardt en Astrid Huisman. Meulenhoff, Amsterdam. 378 blz. € 19,99.