Recensie: Tiffany McDaniel – De zomer die alles deed smelten
Southern gothic
The Guardian heeft, als tegenwicht tegenover The Man Booker Prize, een alternatieve verkiezing: de Not the Booker Prize. Lezers kunnen rechtstreeks romans kandideren en dat heeft tot gevolg gehad dat De zomer die alles deed smelten op de shortlist van 2016 terecht is gekomen. De debuutroman van Tiffany McDaniel verscheen in Amerika bij een kleine, onafhankelijke uitgeverij, maar werd alhier opgepikt door uitgeverij Signatuur. En terecht.
De zomer die alles deed smelten speelt zich af in het fictieve Breathed, ‘een slaapstadje in Ohio, in het bergachtige zuiden aan de voet van de Appalachen’. Het is de zomer van 1984, een belangwekkend jaar: Orwells roman werd werkelijkheid; Apple lanceerde Macintosh; Marvin Gaye werd door zijn vader doodgeschoten; Michael Jackson liet zijn haar verbranden; en medische wetenschappers ontdekten een virus: hiv, de oorzaak van aids. En wat er in Breathed gebeurt – en de aanleiding tot alles – is dat Autopsy Bliss, de openbaar aanklager van het stadje, persoonlijk de duivel uitnodigt in een advertentie in de plaatselijke krant:
Geachte meneer duivel, heer Satan, lord Lucifer en alle andere kruisen die u moet dragen, bij dezen stuur ik u een uitnodiging voor Breathed in Ohio. Land van heuvels en hooibalen, van zonde en vergiffenis.
Moge u in vrede komen.
In opperst vertrouwen,
Autopsy Bliss
Dat is dus letterlijk de duivel verzoeken. En dat gebeurt dan ook. De roman wordt verteld door de 13-jarige Fielding Bliss, zoon van de aanklager. In combinatie met een situering in het Diepe Zuiden gaat de gedachte dan al gauw uit naar Truman Capote’s Andere stemmen, andere kamers (1948). Fielding Bliss is de eerste die de duivel ontmoet: een eveneens 13-jarige, haveloze zwarte jongen, Sal genaamd. Hij geeft zichzelf uit als de duivel en gaat op de uitnodiging in. En dat is wat niemand in Breathed, Ohio verwacht; al snel is het provinciestadje totaal ontregeld. In de omgeving van Sal gebeuren namelijk bizarre dingen. Rare incidenten, ongelukken en, ja, dodelijke drama’s. En vooral: in de omgeving van Sal wordt het bloedheet. De bevolking van Breathed, murw en verhit, dringt zich op aan Sal, met alle gevolgen van dien.
Wat McDaniel met haar rauwe vertelling voor het voetlicht wil brengen is de intolerantie van de bewoners van het Diepe Zuiden. Racisme is daar het standaard repertoire. Dat idee past naadloos in het concept van de southern gothic-roman, waarvan De zomer die alles deed smelten een sprekend, contemporain voorbeeld is. Tiffany McDaniel is daarbij een sensitieve, zoekende schrijver. De lezer proeft haar drang naar duistere, omineuze situaties – god, de duivel, gevallen engelen en het geloof in alledrie spelen een alomtegenwoordige rol; McDaniel speelt dit mooi uit.
Elk hoofdstuk vangt aan met een citaat uit Het verloren paradijs van John Milton, een episch gedicht uit de 17e eeuw. De boodschap is: doem is uw deel. En dat is ook wat de familie Bliss over zich heen krijgt. In het bijzonder de straf die aids – een in 1984 moderne hel – teweeg brengt. McDaniel transformeert hiermee de 19e-eeuwse gothic noir naar de duistere tijden van de jaren negentig aids-ellende. Een mooie verbinding, al is het diep tragisch.
De zomer die alles deed smelten eist vele doden, maar niet Fielding Bliss. Hij is het die op 84-jarige leeftijd – in 2055 – het verhaal vertelt van die zomer in 1984; die zomer die alles deed smelten. Zijn afrekening met het verleden is de roman die wij in handen houden: een mooie compositie; een sterk thema; een moderne southern gothic-roman.
Wiebren Rijkeboer
Tiffany McDaniel – De zomer die alles deed smelten. Vertaald door Anne Jongeling. Signatuur, Amsterdam. 342 blz. € 19,99.