Column: Coen Peppelenbos – Thálassa! Thálassa!
Thálassa! Thálassa!
In de krant staan de laatste tijd veel berichten over wielrenners die langs de kant van de weg worden gevonden nadat ze zijn aangereden. De automobilist is vaak doorgereden. Mijn broer vindt het onbegrijpelijk. We zitten op de aftandse pier van Scheveningen en kijken naar het strand onder ons. Mijn broer is ervaringsdeskundige, want acht weken geleden werd hij door andere wielrenners in coma gevonden langs de kant van de weg. Met een sleutelbeenfractuur, een gescheurd oor, gekneusde ribben en een hersenschudding kwam hij er nog goed vanaf – dat zeg je dan – maar het duurt nog wel weken of maanden voordat hij weer helemaal de oude is. Hij was onderweg naar Den Haag, maar werd ergens in Utrecht een krantenbericht. Vandaag is hij samen met mijn schoonzus met de trein gekomen.
‘Je bent geneigd om pijn te vergeten,’ zegt zij, die met een auto-ongeluk, een nekhernia en drie bevallingen ook tot de ervaringsdeskundigen gerekend kan worden. En zo is het. Nu ik hier vanuit mijn zomerresidentie in Den Haag rondfiets en rondloop is het nauwelijks meer voorstelbaar dat ik een half jaar geleden alleen maar door zware morfinepillen overeind gehouden werd, er een lastige operatie in het verschiet lag waarbij vooraf gezegd werd wat er allemaal mis kon gaan en dat de dreiging van een kwaadaardige tumor in de rug nog aanwezig was. In oktober hoop ik de 4 mijl weer te lopen. Mijn broer heeft zijn eerste rondje weer gefietst. Je vergeet pijn, maar je slaat die wel ergens op in je geheugen.
Wat ik hier zo snel mogelijk probeerde te doen, nadat ik mijn stapel vakantieboeken had uitgestald die voor de helft onuitgelezen terug zal gaan, is de zee zien. Tien minuten fietsen naar het strand, met mijn bontgekleurde Postcodeloterijfiets over de duinen gaan, de zee aanlokkelijk in de verte zien liggen, mijn vertrouwde plek terugvinden bij het water en dan, hop, kleren uit en de garnalenkoude golven in lopen. Het is natuurlijk dikke vijftiger laat zichzelf te water, maar dit jaar voelt het aan als de heroïsche Nieuwjaarsduik van een adolescent.
Coen Peppelenbos
Deze column stond eerder in een iets kortere versie in de Leeuwarder Courant en het Dagblad van het Noorden op 5 augustus 2017.
(foto: Rob C. Croes/Anefo, CC0 1.0)