Column: Coen Peppelenbos – Berend Boudewijn
Hoe snel vliegt een postduif?
Deze week verschijnt bij uitgeverij Magonia de autobiografie Ik stond erbij en ik keek ernaar van Berend Boudewijn. Ik ben geïnteresseerd, want ik was kind toen hij op tv kwam met zijn Berend Boudewijn Kwis. Een charmante, slungelige man met een vreemde lach bij wie je intuïtief aanvoelde dat hij meer kon dan presenteren. In het magazine van de Volkskrant stond gisteren een groot interview met hem.
Direct in het begin schrijft Sara Berkeljon dat zij hem interviewde op de dag dat Privé kopte: ‘Enorme terugslag MARTINE’. Als de Privé, De Telegraaf of welke roddelrubriek dan ook achter het privéleven van bekende Nederlanders aan gaat dan is het natuurlijk fout, maar als de Volkskrant het doet, dan is het beter. Het hele interview lang probeert Berkeljon het interview tot zo’n hemeltergend emotioneel interview te dirigeren waar het magazine toch al zo vaak mee vol staat, terwijl ik als Volkskrantabonnee juist meer zou willen weten over de opvattingen van Boudewijn over tv toen en nu, over theaterstukken, over regisseren. Het komt hap snap aan de orde want ook Berkeljon wil juist alles weten over Martine. Ze begint en eindigt het stuk ermee.
Was u ook echt vrijgezel? Over uw liefdesleven komt de lezer van uw boek weinig te weten.
Er komt op een gegeven moment kort een vriendin, A., ter sprake, van wie u maar eens naar een psychiater moet. ‘Ik was inderdaad niet goed bij mijn hoofd want ik ging ook nog.’
Wat was het probleem? Had u bindingsangst?
Ik miste het persoonlijke eigenlijk wel een beetje in uw boek.
Heeft u ooit een gezin gewild?
Hoe was het voor u te weten dat u een zoon had, terwijl die zoon niet wist dat u zijn vader was?
U zei: ik vind mijn huwelijk met Martine heel goed gelukt. Wat is het geheim van een geslaagd huwelijk?
U kent haar doordat u haar theatersolo’s regisseerde. Was het liefde op het eerste gezicht?
Wat gebeurde er op die zonnige septemberochtend?
Keert Martine nog terug bij Heel Holland bakt?
En in de Privé staat nu dus een vervelend artikel of trekt u zich daar niks van aan?
Houdt u zo’n blad dan van haar weg of zegt u het straks meteen tegen haar?
Boudewijn geeft een paar keer aan dat hij niet zo houdt van die vragen over zijn relatie. Vraag dan door over andere zaken uit het boek! Ik vind het vooral intrigerend dat er een verschil wordt gemaakt tussen een stuk in de Privé en een stuk in de Volkskrant; je kunt van de Privé nog gewoon zeggen dat ze er rond voor uit komen dat ze geïnteresseerd zijn in het privéleven, ander hadden ze hun blad wel Acteur & auto genoemd, of zoiets.
Ik zocht op mijn kamer naar dat kleine gele bakje dat ik als jongen kreeg: de Berend Boudewijn Kwis met allemaal kennisvragen. Tot op de dag van vandaag ken ik de feiten. Dus als je me vraagt hoe breed een voetbaldoel is, welke Lodewijk de Zonnekoning genoemd werd of hoe snel een postduif vliegt, dan weet ik dat allemaal. Dankzij Berend Boudewijn ben ik mijn eigen Wikipedia van nutteloze feiten.
Nu maar Ik stond erbij en ik keek ernaar van Berend Boudewijn gaan lezen om te zien wat hij echt te vertellen heeft.
Coen Peppelenbos