Column: Coen Peppelenbos – Griet Op de Beeck reist niet graag ‘pokke ver’
Pokke ver
Een paar jaar geleden zou ik Griet Op de Beeck interviewen. Een paar uur voor aanvang van het programma belde ze wegens ziekte af. Dat kan gebeuren. Afgelopen zaterdag kwam ze wel naar het noorden en ik las in de krant: ‘Normaal peinst Griet Op de Beeck er niet over om naar Groningen te komen vanuit haar woonplaats Gent. Maar vanuit Amsterdam viel die ‘pokke verre’ reis wel mee, zei ze.’ Oh, dacht ik toen, hoe ziek was ze toen ze zich afmeldde? Op de Beeck reisde door naar Leeuwarden (de provincie Drenthe werd voor de zoveelste keer overgeslagen) waar uit de Friese versie van haar Boekenweekgeschenk werd voorgelezen. ‘Als het kut is zal ik het nooit weten,’ vertelde ze aan het publiek.
Griet op de Beeck over de Friese vertaling vh Boekenweekgeschenk: ‘als het kut is zal ik het nooit weten.’ pic.twitter.com/Luyo6VznpJ
— ronnie terpstra (@eldrono) 10 maart 2018
Dat het Boekenweekgeschenk zelf ‘kut’ is, werd me deze week door drie boekhandelaren verteld, maar niemand wilde dat voor Tzum in het openbaar herhalen. Een boekhandel in Gent weigerde het Boekenweekgeschenk als cadeau uit te reiken en gaf in plaats daarvan een roman van Robert Walser mee. Andere boekhandelaren vonden juist dat recensenten, die Gezien de feiten bijna unaniem neersabelden, bezig waren het feest te verpesten. Een boekverkoper schreef op Facebook:
Als je op die manier een Boekenweekgeschenk langs de meetlat van ‘criteria voor literatuur’ legt, dan heb je als recensent niet begrepen dat een Boekenweekgeschenk aan andere criteria dient te voldoen.
Merkwaardig, want als je geen literaire criteria mag stellen aan een literair boek, welke criteria dan wel? De boekhandelaar schrok zelf ook wat van zijn mening dat Boekenweekgeschenk geslaagd was, want hij gaf commentaar op zijn eigen post: ‘Allez… tot de laatste bladzijde dan toch.’
Recensenten zijn er niet om een feestje in stand te houden of om af te zien van een hard oordeel. Het schrijven van het geschenk is een grote eer en de verwachtingen zijn terecht hoog. Als volgend jaar het geschenk weer zo beroerd is en de auteur het noorden weer zo ‘pokke ver’ vindt, dan moeten ze hier ook maar uitgeversrestanten van meesterwerken meegeven aan boekenliefhebbers. Dan krijg je als lezer meer dan een luxe uitgevoerd treinkaartje.
Coen Peppelenbos
Deze column verscheen eerder in de Leeuwarder Courant en het Dagblad van het Noorden op 17 maart 2018.