Reportage: Dichtersbal
Vervlochten met de nacht
Er is al een boekenbal en een Nacht van de Poëzie, maar een Dichtersbal was er nog niet. Afgelopen vrijdag vond in het Vondelparkpaviljoen de eerste editie plaats die als thema surrealisme had meegekregen. De organisatoren van Het Komrijk, Stichting Gerrit Komrij Huis beloofden uit te pakken met ‘een avond waarin literatuur, muziek, absurditeit en het nachtleven vervlochten zijn’ en als kers op de taart was er het dichtersbalgeschenk: een gelimiteerde heruitgave op wit vinyl van het boek-cd Dansen op spijkers dat door componist Louis Gauthier en Gerrit Komrij in 2009 werd gepresenteerd.
Bij binnenkomst werd gelijk duidelijk dat er hier geen programmaboekjes, of stoelen klaar staan. Het paviljoen dat al sinds de opening in 1881 een plek was voor de Bohemien was omgetoverd in een totaalkunstwerk met een struisvogel voor de deur en vreemdere wezens die gedurende de nacht aantraden. Opvallend was de parade van studio Nepco met daarin een Minotaurus, een op Medusa gelijkend wezen en een tweehoofdige chihuahua. Na hun binnenkomst bleek het programma echt te beginnen met een kort optreden van een pianist en een violiste waarna het publiek dan eindelijk de zaal in mocht waar we door de wezens van studio Nepco werden opgewacht.
Het programma begon met de presentatie van eerder genoemde heruitgave van Dansen op Spijkers. Vanzelfsprekend kreeg Komrij’s partner Charles Hofman het eerste exemplaar van Louis Gauthier. Komrij biograaf Arie Pos kondigde vervolgens een aantal programmaonderdelen aan. Zo bleek er een bonustrack te zijn toegevoegd aan de plaat en kregen we die als eerste te horen. Opzwepend was de dans van Chris Kokkeel op een ander nummer van de plaat en naast dat we de stem van Komrij zelf hoorden brachten ook andere dichters zijn werk ten gehore. Hagar Peeters, Annemieke Gerrist, Maria Barnas, Maarten Inghels en Andy Fierens stonden allen stil bij Komrij. De dichters (niet toevallig allen verbonden aan Uitgeverij de Bezige Bij) brachten zelf ook sterk werk. Barnas had een prachtig verwarrend tweetalig gedicht, Fierens bezong de liefde van een huisvrouw voor wasmachines en Inghels sprak over zijn dubbelgangers die allen slechts delen van hem vervangen.
Fijn was ook de toevoeging van jongere dichters aan de programmering. Zo was daar Dewi de Nijs Bik (1990) die in het vierde jaar van de Schrijversvakschool Amsterdam zit, al op verschillende plekken te zien was en deze zomer ook op Dichters in de Prinsentuin staat. De samenhangende gedichten die bevolkt werden door verschillende familieleden maakten nieuwsgierig naar meer. Dichter en beeldend kunstenaar Leendert Vooijce bracht uit het hoofd een bezwerend gedicht dat ik graag nog eens zou willen teruglezen en Lotte Bovi, die vergezeld door een sneeuwmonster, Purcell zong was ook zeer memorabel.
Wegens een laatste trein naar Groningen moest ik rond middernacht vertrekken, maar niet voordat ik nog een chaotisch optreden bijwoonde waarbij geprojecteerde animaties werkelijk fantastisch waren. De aanwezige absint bar moest ik overslaan en ook het optreden van Alexis de Roode heb ik gemist. Dat maakt vooral duidelijk dat je als bezoeker nog net iets meer met het nachtleven en het bal kan vervlechten door gewoon een nacht door te halen. Tijdens het bal kondigde Arie Pos aan dat het een terugkerend evenement zal worden en het is dan ook uitkijken naar wat organisator Leonardo Hofman de volgende keer weet te realiseren.
Maarten Praamstra