Underground: Emmanuel Bove – Een vader en zijn dochter
Een volslagen nul worden
Het zat me helemaal niet lekker. Dagenlang was ik bezig met het corrigeren van examenwerk – ik verdien een deel van mijn brood als docent Nederlands – en elke avond als ik klaar was had ik zo schoon genoeg van papier en letters dat ik niets anders wilde lezen, terwijl er een stapel mooie boeken op me lag te wachten. Op een avond kwam ik, ondanks dat ik uitgeput was en een zekere melancholie me weer eens in bezit had genomen – de eeuwige liefde – in verzet. Ik wilde me niet gewonnen geven en zocht naar woorden die me konden troosten. Daarom greep ik naar de novelle Een vader en zijn dochter van een van mijn favoriete schrijvers, Emmanuel Bove, uitgegeven door Vleugels, een uitgeverij die niet genoeg kan worden geprezen, en vertaald door Mirjam de Veth, die Bove overzet in het Nederlands alsof Bove in die taal heeft geschreven. Overigens is het 13 juni vijf jaar geleden dat ik hier met een recensie over Bove debuteerde. Intuïtief wist ik dat ik me in mijn gemoedstoestand bij Bove aan het juiste adres zou zijn, omdat zijn personages vaak troosteloos zijn. Niets is troostrijker dan een troosteloos personage, want dan denk je: het valt bij mij wel mee, het principe waar het drama, de soap ook op drijft. Eigenlijk drijven alle verhalen daarop, misschien zelfs het hele leven, uitzonderingen daargelaten, want waarom kijkt men anders om zich heen? In de hoop dat het met het eigen leven wel meevalt.
Ik werd niet teleurgesteld. Toen ik de eerste zin las dat Jean-Antoine About in de buurt rond de Place Vintimille bekendstond als een zonderlinge figuur, was ik rechtstreeks in het Parijs van Bove, een wereld die wordt bevolkt door mannen van middelbare leeftijd die zich op bescheiden wijze door het leven slaan. In een kamer, zo vertelt Bove, had About een ‘eigen hoekje’ ingericht, waarover zijn vrouw, ‘toen ze nog met hem samenwoonde’ zei: ‘Je zoekt altijd kleine hoekjes op.’ Bove zelf schijnt ook extreem bescheiden te zijn geweest en De Veth schreef ooit dat hij wilde verdwijnen in zijn werk. Jean-Antoine About is de personifiëring van die wens om te verdwijnen. ‘Men meed hem’ staat er en mensen liepen met een boog om hem heen ‘als bij een dronkenlap van wie men vreest dat hij opzij wankelt’ en er werd, omdat hij met ‘onguur volk’ omging, een petitie opgesteld door buurtbewoners, maar het onderzoek van de politie leverde niets op. Sympathiek is hij dus eigenlijk niet, integendeel. About leeft samen met zijn dienstbode Nathalie en hij valt haar op curieuze wijze lastig. Zo ontvangt hij op een dag een telegram van zijn dochter, die aankondigt dat ze naar huis komt. Het telegram laat hij op de grond vallen, zeggende dat zijn dochter niet zal komen, en als de dienstbode het opraapt en hij het telegram in handen heeft, dan komt ze wel. Het tijdverdrijf van iemand voor wie het leven is opgehouden.
Vervolgens vertelt Bove het verhaal van de 64-jarige About, die als hij terugkeek op zijn leven vond dat het in ‘twee even belangrijke delen’ verdeeld kon worden: een waarin hij gehoorzaamde en een waarin hij bevelen uitdeelde’. Het blijkt iemand met idées fixes. In het begin van zijn carrière gelooft hij dat ‘volledige, absolute specialisatie’ het enige middel was om te ontkomen aan middelmatigheid. Het lukt hem echter niet om daaraan te ontsnappen en hij beseft dat hij gedoemd is tot middelmatigheid. Hij sloot zich op zijn kamer en ‘huilde uren aan een stuk’, schrijft Bove, ‘en hij voelde geen kracht’ om dit te overwinnen. Zinnen die troosten. Als About trouwt en een eigen kapsalon heeft (‘“Ik word nooit meer dan een kapper”, zei hij op momenten van mismoedigheid’), dan neemt hij elke avond als hij thuiskomt een bloemetje voor haar mee. Zijn opoffering wordt hem niet in dank afgenomen, zijn vrouw begint hem te jennen, en Bove laat zien hoezeer het standsbewustzijn meespeelde in het doen en laten. About begint zich ‘uit een behoefte aan zelfvernedering’ onopvallender te kleden en stort zich op zijn werk. Ze scheiden uiteindelijk en About heeft alleen nog zijn dochter. Hij wil niet dat ze zich voor haar vader schaamt en daarom durft hij bijvoorbeeld nauwelijks iets tegen haar te zeggen, waardoor ze zich júist voor hem ging schamen.
Bove beschrijft de werdegang van About meedogenloos. We zijn getuige van de aftakeling, de verloedering van About, die nog maar één enkel doel heeft: al zijn ambities en dromen vergeten, ‘een volslagen nul worden.’ Vanaf nu zou hij ‘laag-bij-de-gronds leven. Daar was hij voor gemaakt. Het was waanzin geweest te geloven dat het anders kon zijn.’ Ook al klinkt dit heroïsch en schildert Bove het in geuren en kleuren, er is weinig schitterend aan deze zelfverwaarlozing. Voor About is er geen licht aan het einde van de tunnel, maar voor ons lezers wel, want De Arbeiderspers komt dit jaar weer met een boek van Bove. Ik ga het alleen niet meer bespreken, want na bijna vijf jaar kritieken zal ik hier eindelijk verdwijnen. Met Bove is de cirkel zo goed als rond. Een volslagen nul worden is helemaal geen slecht idee, dan valt alles straks reuze mee.
Johannes van der Sluis
Emmanuel Bove – Een vader en zijn dochter. Vertaald uit het Frans door Mirjam de Veth. Vleugels, Bleiswijk. 64 blz. € 19,95.
(Afbeelding: Wikimedia commons)