Recensie: Rob van Essen – De goede zoon
De auto wordt therapeut
De lezer die doorbijt, wordt beloond in De goede zoon van Rob van Essen, want je weet in eerste instantie niet zo goed wat je leest: een dystopie, een thriller of een psychologische roman? Daaronder zit een autobiografische roman over de dood van zijn moeder. De moeder in dit boek is dement gestorven in een verzorgingshuis. Haar goede zoon heeft haar twintig jaar lang trouw bezocht.
In hoeverre ben je als je ouder wordt nog de persoon die je was toen je jong was? Als er een echte kern is die met je meegroeit, wat is die kern dan? Die vragen betreffen iedereen, dementerend of niet. Ook voor de zestigjarige hoofdpersoon die nu plotloze thrillers schrijft en terugdenkt aan het verleden waarin hij samen met Lennox werkte voor het Archief. Uit die tijd kennen ze Bonzo, ook wel De Meester genoemd, die later betrokken was bij de ontvoering van een biermagnaat. In het verhaalheden, een nabije toekomst vol robots, wordt de hoofdpersoon opgehaald door Lennox die hij al jaren niet meer gezien heeft om naar het zuiden af te reizen omdat er iets is met het geheugen van Bonzo.
Je krijgt pas geleidelijk door dat alles met alles te maken heeft in deze complexe, maar razendknappe roman. Terwijl je in het hoofd zit van de hoofdpersoon die zijn eigen verleden construeert gaat het ook over het werken bij een archief, waarin de verledens van anderen worden bewaard. Het boek gaat ook over het construeren van nieuwe verhalen omdat de hoofdpersoon schrijver is, het gaat ook over een soort geheime dienst die politie-informanten zoals Bonzo aan een andere identiteit helpt. Het gaat ook over dementie: dat je gelukkig kunt zijn omdat je niet de rol meer hebt die je de rest van je leven moest spelen. Het gaat ook over een allesziende schepper, de roman beslaat niet voor niets zeven dagen, die je in de gaten houdt. De veilige, beschermde jeugd van de hoofdpersoon waarin religie een belangrijke rol speelde is veranderd in een verhaalheden waarbij het alziend oog van God vervangen is door een alziend oog van de computer.
De meest ontroerende scènes vinden plaats in een zelfrijdende en zelfdenkende auto die met de hoofdpersoon praat over zijn moeder. Die situatie waarin iemand continu over je waakt lijkt erg op de laatste jaren van de moeder in het verzorgingshuis. De auto is verzorger en therapeut en de hoofdpersoon wordt op zijn essentie teruggeworpen. Alle verhaallagen vallen op hun plaats. Het wordt tijd dat Rob van Essen een grote prijs krijgt.
Coen Peppelenbos
Rob van Essen – De goede zoon. Atlas Contact, Amsterdam, 384 blz. € 21,99.
Deze recensie verscheen eerder in de Leeuwarder Courant en het Dagblad van het Noorden op 9 november 2018.
Lees ook de recensie van Erik-Jan Hummel over dit boek.