Recensie: Philippe Claudel – Archipel van de hond
Een blik in de lachspiegel
Op het strand van een vulkanisch eiland spoelen drie lijken aan. Het zijn Afrikaanse vluchtelingen die tijdens hun reis te water zijn geraakt. Archipel van de hond van Philippe Claudel draait om de vraag hoe een samenleving met een dergelijke, gruwelijke vondst omgaat. Maar voor het verhaal begint, wordt het woord rechtstreeks tot de lezer gericht:
Het [verhaal] speelt zich hier af, maar het zou ook elders gebeurd kunnen zijn. Het is te gemakkelijk om te denken dat het ergens anders was. De namen van degenen die het verhaal bevolken doen er nauwelijks toe. Die kunnen vervangen worden. Door jullie eigen namen. Jullie lijken in alles op elkaar, jullie komen uit dezelfde, onveranderlijke mal.
Om dit idee vorm te geven, hebben de personages geen namen, maar worden ze bijvoorbeeld de Burgemeester, de Onderwijzer, de Dokter, de Pastoor of de Oude Vrouw genoemd.
Na de gruwelijke vondst worden de Afrikanen, op instigatie van de Burgemeester, in een oneindig diepe krater gegooid. Niemand zal ooit weten dat de mannen aangespoeld zijn, er zal geen onderzoek vanuit het vaste land gestart worden en, nog belangrijker, de investeerders van een groot project (de Thermen) zullen niet worden afgeschrikt door de gedachte dat er zomaar dode Afrikanen aan zouden kunnen spoelen op het eiland.
Na verloop van tijd begint de Onderwijzer, de enige die van het vaste land afkomstig is, twijfels te krijgen en start, zeer tegen de zin van de Burgemeester, zijn eigen onderzoek. Er ontspint zich een strijd tussen de Onderwijzer die de waarheid boven tafel wil krijgen en de Burgemeester, die overduidelijk iets te verbergen heeft.
Halverwege het verhaal komt er een vreemdeling op het eiland, de Commissaris, een onopvallende man die krankzinnig veel drinkt en de indruk wekt dat hij het onderzoek naar de verdwijning van de Afrikanen zal leiden. Vanaf dat moment verandert het boek van een psychologisch, maatschappijkritisch werk in een onvervalste pageturner. Als lezer wil je weten wat er gaat gebeuren, welke valse trucs de Burgemeester gaat uithalen en of het recht zal zegevieren. Opeens neemt het plot het over van de psychologie en het engagement.
De stijl van Claudel is robuust, met treffende en zorgvuldig gedoseerde metaforen. Het is niet toevallig dat hij in zijn stijlfiguren regelmatig teruggrijpt op het maritieme karakter van het eiland. Zo beschrijft hij de Burgemeester als ‘mager als een Ansjovis’ en verzucht de Dokter aan het begin van het boek dat ‘De zee het meestal goed [vindt] als we over haar rug glijden, maar soms is ze ontstemd en dan slokt ze een paar mensen op.’ Daarnaast weet hij met minimale middelen de geest van de kleine gemeenschap te treffen.
Zelf worstelde ik met de afstandelijke manier van vertellen. Claudel kiest bewust voor de insteek dat het verhaal zich in elk land en in elke gemeenschap kan afspelen en bekijkt de gebeurtenissen vaak met een helicopterview. Sommige personages krijgen hierdoor een licht karikaturaal karakter. In een andere, rechtstreeks tot de lezer gerichte passage zegt hij:
Ik weet dat jullie vroeger of later een terechte vraag zullen stellen: was hij getuige van wat hij vertelt? Dan zal ik zeggen: ja dat was ik. Net als jullie, maar jullie wilden het niet zien. Jullie willen nooit iets zien. Ik ben degene die jullie eraan herinnert. Ik ben de stoorzender. Mij ontgaat niets. Ik zie alles, ik weet alles. Maar zelf ben ik niks en ik ben van plan om dat te blijven. Ik ben geen man en geen vrouw. Ik ben alleen een stem. Vanuit de schaduw zal ik het verhaal doen.
Archipel van de hond is een merkwaardig boek: het begint traag, maar halverwege gaat de turbo erop; het heeft geen held met wie je je als lezer gemakkelijk kunt identificeren en de personages zijn naamloos. Desondanks is het zeer de moeite waard. De schrijver heeft zichzelf een ingewikkelde opdracht gegeven en dankzij zijn fenomenale stijl, sterke beelden en de ingenieuze plot is hij erin geslaagd om een fascinerend boek af te leveren.
Vincent Kortmann
Philippe Claudel – Archipel van de hond. Vertaald door Manik Sarkar. De Bezige Bij, Amsterdam, 238 blz. € 22,99.