Recensie: Michel Krielaars – Een onbekende vriend. Het mooiste uit de Russische bibliotheek
Een context voor de Russen
De Russische bibliotheek: parels uit de wereldliteratuur. Waarom? ‘Het is heel simpel: het zijn ontzettend goede psychologen’ zegt Michel Krielaars in een interview bij VPRO Boeken. Jarenlang was hij correspondent in Rusland. Vorig jaar verscheen zijn selectie uit Russische verhalen, gebundeld onder de titel Een onbekende vriend. Zelfs voor sommige veelvraten van literatuur blijven de Russen iets onbereikbaars of mysterieus houden, iets weerhoudt ze eraan te beginnen. Maar wie toch durft en gevoelig is voor kraakheldere reflecties op het leven of een doordachte weergave van de menselijke psyche zou zomaar eens een vriendschap met deze literatuurtak kunnen sluiten.
Rusland, zo blijkt ook uit deze verhalen, is een land vol tegenstellingen. Het vermeende mysterie rond het land ligt daarin besloten: corruptie, chaos en autoritaire machtsstructuren versus een menselijke en vriendelijke bevolking, cultuur en (absurdistische) humor. Krielaars weet dat. Hij leidt de schrijvers in en kiest daarbij niet altijd de meest voor de hand liggende verhalen (‘De dame en het hondje’ van Tsjechov blijft zowaar onbesproken). Opvallend is ook dat Lermontov. Herzen, Garsjin en Korolenko – ooit gevieren uitgegeven als één deel in de Russische bibliotheek – buiten beschouwing blijven. Dat is spijtig, want verder bespreekt hij iedere auteur die in de bewuste reeks werd opgenomen.
Krielaars koos de fragmenten echter met zorg. Gogol staat bekend om zijn humoristische beschrijvingen van de bestuursadel in de provincie en het fragment uit Dode zielen verraadt niet meer dan nodig om precies die kwaliteiten weer te geven. ‘Ondanks zijn prettige voorkomen stond zijn gezicht de chef al meteen niet aan – waarom precies weet God alleen: soms is voor zoiets gewoon geen reden.’ Hetzelfde geldt voor het fragment uit Oblomov; wanneer vriend Stolz een reisje voorstelt wordt meteen duidelijk hoe de indolente hoofdpersoon door Gontsjarov wordt neergezet. ‘Waarom zou je iets doen als zo veel anderen het werk verrichten?’
‘Nou, en!?’ vroeg Stolz koelbloedig. ‘In twee weken kun je in Egypte zijn en in drie in Amerika.’
‘O, Andrej, begin jij ook al? Er was tenminste altijd nog een redelijk mens op de wereld, maar nu verliest ook die zijn verstand. Wie gaat er nu naar Amerika of Egypte! Ja, Engelsen, die zijn nu eenmaal door de Heer zo gemaakt, en er is ook geen plaats genoeg in hun eigen land.
De inleidingen beslaan gemiddeld niet meer dan een pagina of twee, maar bevatten een duidelijk persoonlijke ondertoon. Gelukkig maar, want dat maakt deze selectie juist zo levend. Krielaars vertelt en onderbouwt zijn fascinatie voor het land en haar literatuur, waardoor het steeds weer spijtig is als hij al zo snel weer zijn mond houdt en de betreffende auteur het woord geeft. Hij verkiest Anton Tsjechov tot zijn persoonlijke favoriet en we krijgen allemaal zin om diens werk opnieuw te lezen:
Zijn personages hebben met elkaar gemeen dat ze permanent op zoek zijn naar een levensvervulling, die ze nooit zullen realiseren. Hij doet dat met veel psychologisch inzicht. Ook schrijft hij vaak over de grote maatschappelijke problemen van zijn land, zoals armoede, de corruptie en het alcoholisme. Samen met de briljante eenvoud van zijn stijl maakt dat hem tot een van de beste schrijvers uit de wereldliteratuur.
Tsjechov schrijft over gewone mensen en hun zwaktes en dat is heerlijk en herkenbaar. Niks mysterieus. Zo dragen zowel de verhalen als Krielaars inleidingen bij aan de beeldvorming van Rusland en is Een onbekende vriend niet alleen een laagdrempelige kennismaking met de Russische bibliotheek, maar ook met de context van die verhalen.
Ivanka de Ruijter.
Michel Krielaars – Een onbekende vriend. Het mooiste uit de Russische bibliotheek. Van Oorschot, Amsterdam, 471 blz. € 23,50.