Recensie: Pauline Broekema – Tekenares van Montparnasse
Herrezen op de rommelmarkt
Welke namen en persoonlijke prestaties er door de jaren heen herinnerd zullen blijven, is niet zelden een kwestie van stom toeval. In het geval van de in 1899 in Keulen geboren Joodse kunstenares Edith Auerbach komt dat wel heel duidelijk naar voren. Kunsthandelaar Guus Maris ontdekte nog niet zo lang geleden op een vlooienmarkt in Parijs grote delen van haar oeuvre en herkende die als waardevol. Directeur Han Steenbruggen van Museum Belvédère in Heerenveen/Oranjewoud bereidde daarop een overzichtstentoonstelling voor tot het coronavirus roet in het eten gooide. Tenminste tijdelijk, want die tentoonstelling komt er deze zomer hopelijk alsnog. Met een grote catalogus. Pauline Broekema schreef op Steenbruggens uitnodiging Tekenares van Montparnasse, het deels gefictionaliseerde verhaal van dit bijzondere kunstenaarsleven.
Pure non-fictie bestaat nog wel, maar we hebben in deze tijd een, misschien wel Angelsaksisch te duiden, voorkeur gekregen voor de narratieve benadering: non-fictie gemengd met de stem en opvattingen van de auteur, dan wel met fictieve elementen. Pauline Broekema, voormalig NOS-verslaggever, maar inmiddels ook schrijfster van goed ontvangen boeken zoals Het Boschhuis en Het uiterste der zee, die altijd een aspect van de Tweede Wereldoorlog als leidraad hebben, verdiepte zich nu op laatstgenoemde manier in Auerbachs verleden.
Het verhaal spreekt natuurlijk enorm tot de verbeelding: een vondst doen op een rommelmarkt en een wereld zien opengaan. Broekema heeft het zichzelf bepaald niet gemakkelijk gemaakt, getuige de vier bladzijden aan bronnen en het uitgebreide nawoord. Of dat bij deze kleine uitgave goed heeft uitgepakt is een tweede. Auerbachs levensverhaal, hoe relatief weinig daar ook maar van bekend is, is op zichzelf al een roman, daar nog eens aan gaan sleutelen een risico. Bovendien kan een teveel aan opgedoken feitenmateriaal, namen van personen, plaatsen en gebeurtenissen, compleet met aanduidingen van jaren en tijdstippen het nagestreefde verhalende aspect flink in de weg zitten. Het levert soms ook ongeloofwaardige dialogen op:
In München kreeg ik les van professor Wölfflin. Die vond het latere werk van Rembrandt het beste. De dood van Saskia en van zijn kinderen, de geldzorgen en andere ellende hadden hem gelouterd. Het was Rembrandts bittere lot dat toen pas zijn, wat Wölfflin noemde, ‘gouden talent’ kon worden gewonnen. Dat zag je aan de zelfportretten. Een voorbeeld van Rembrandts absolute meesterschap vond hij De anatomische les, waarbij je als kijker aan het uiteinde van de snijtafel staat en tegen de voeten van de dode aankijkt. Je kent het toch?
Broekema schrijft niet alleen gedetailleerd over Auerbachs bestaan in Parijs en concentratiekamp Gurs, waar ze samen met veel andere kunstenaars en intellectuelen lange tijd vastzat, maar ook over de talloze personages om haar heen. Vanzelfsprekend dienen die genoemd te worden, zij was in cafés immers de tekenares, die de soms al beroemde of juist aanstormende kunstzinnige personages vastlegde in een gevoelig handschrift. Het boekje omvat echter niet meer dan circa 170 bladzijden voor dit meeslepende leven, inclusief de talrijke terzijdes en ‘bijrollen’ van de grote kunstenaars van haar tijd. Denk aan Brassaï, Picasso, Zadkine, Henry Miller, Anaïs Nin, Kees van Dongen, Charley Toorop, Charlotte van Pallandt, Chaïm Soutine. Voeg daarbij nog fictieve personages, zelfs een vriend, de Nederlandse verkoper van kunstenaarsmaterialen Bram Arnoldus.
Aan Broekema’s inzet en stijl ligt het niet dat Tekenares van Montparnasse teleurstelt. Waar het haar aan ontbreekt is voldoende lucht en ruimte. Het deels fictieve verhaal van Edith had beslist aan kracht kunnen winnen als ze er bijvoorbeeld niet voor had hoeven kiezen zelfs dialogen vol te stoppen met feitenmateriaal. Ook op zijn minst enkele afbeeldingen van Auerbach en haar werk, naast die ene op het omslag, zouden niet hebben moeten ontbreken. Natuurlijk is er straks de catalogus bij de tentoonstelling, maar dat is een verhaal apart.
André Keikes
Pauline Broekema – Tekenares van Montparnasse. Het eigenzinnige kunstenaarsleven van Edith Auerbach. De Arbeiderspers, Amsterdam. 192 blz. € 19,99.