Recensie: Max Temmerman – Coniferen
Achtervolgd door wanen
Met zijn Coniferen is Max Temmerman – die we vooral als dichter kennen – in de race voor de Bronzen Uil, de prijs voor het beste prozadebuut. De verteller is een van de twee hoofdpersonen. Hij is vertaler en leeft een sober leven tussen zijn boeken. Dat leven staat nogal in contrast met dat van zijn zus Marianne. Zij is verpleegster bij particulieren en bij een oude, zeer vermogende vrouw ontmoet ze haar toekomstige man. Voordat de oude vrouw sterft, laat ze nog wel weten dat een huwelijk met haar zoon wel haar zegen zou hebben.
Temmerman heeft ervoor gekozen om steeds naar de zus te kijken vanuit de ogen van haar jongere broer. Het is vanaf het begin ook al duidelijk dat zij lijdt aan waandenkbeelden. Ze denkt dat er mensen zijn die, volgens haar, achter haar aanzitten. ‘Ze’. Waarom en wie wordt niet helemaal duidelijk, misschien zijn de wanen het gevolg van een trauma uit haar jeugd. Broer en zus hebben een hechte band sinds hun ouders bij een verkeersongeluk om het leven gekomen zijn. Er is wel een tante Oui-Oui die hen na het ongeluk tijdelijk opvangt, maar uiteindelijk is Marianne net oud genoeg om voor beiden te zorgen. Als ze aan haar achtervolgingswanen lijdt, draaien de verzorgende taken echter om. Het huwelijk lijkt Marianne in een rustiger vaarwater te brengen, maar als haar man ook overlijdt komen de angsten in alle hevigheid terug.
Het verhaal over Marianne wordt doorsneden met een episode uit het leven van de verteller als hij als au pair naar Amerika gaat en in een soort slaapstad in Montana terechtkomt bij een standaardgezin: man, vrouw, jongen, meisje. Of Temmerman die familie als een soort contrast voor de gebroken familie in Vlaanderen heeft opgenomen, weet ik niet. Ook binnen deze familie is niet alles koek en ei. Dit Amerikaanse tussenstuk is wel het meest dynamische deel van het boek, omdat de verteller nu de echte hoofdpersoon is, die handelend optreedt, terwijl hij in de rest van Coniferen vooral observator is. Die actie was binnen de constructie ook wel nodig, want de verteller blijft voor de rest vrij vlak, je weet zelfs helemaal niets over zijn liefdes en verlangens. Het lijkt er even op of er iets ontstaat tussen hem en de oudere café-eigenaar Jeff maar een paar bladzijden voor het eind staat echter de zin:
Maar zelden komt hier volk over de vloer, de vrouwen die in al die jaren meenam naar mijn slaapkamer, kan ik op de vingers van enkele handen tellen.
En dat is dan alles wat we van zijn liefdesleven te weten komen.
In het laatste deel werkt Temmerman toe naar de dood van Marianne, die al aangekondigd is aan het begin van de roman. Omdat deachterflap het boek koppelt aan de psychologische Simenon-romans laten we de spoilers achterwege. Eerlijk gezegd is de verteller interessanter dan zijn zus, die toch een hysterisch typetje blijft. Voor haar geldt net als voor haar vertalende broer dat ze te weinig kleur op de wangen krijgt. Ik ben geïnteresseerder in die vertaler. Misschien laat Temmerman in zijn tweede roman de personages meer tot leven komen.
Coen Peppelenbos
Max Temmerman – Coniferen. Borgerhoff & Lamberigts, Gent. 144 blz. € 20,99.