Geliteratureluur

De voormalige criticus Arie Storm probeert in zijn romans er alles aan te doen om zijn lezerspubliek zo klein mogelijk te houden. In dat opzicht is Schoonheidsdrift een typerend voorbeeld van zijn werk. In het eerste gedeelte gaat een schrijver die nogal op Arie Storm lijkt, naar Londen om te werken aan een boek. Hij komt in een nogal surreële wereld terecht waarin heden en verleden door elkaar lopen. Naast ontmoetingen met schrijver Alan Hollinghurst en biograaf Andrew Motion komt hij ook de dichter John Keats (1795-1821) tegen.

Het is niet de enige literaire verwijzing, want ook Joan Didion, Shakespeare, Paul Auster, Menno Wigman, P.G. Wodehouse – om er maar een paar te noemen – spelen een grotere of kleinere rol in het verhaal. Soms wordt de naam van een schrijver niet genoemd, maar maakt Storm zich druk over de literaire wereld:

Boeken moesten een heldere, eenduidige boodschap bevatten. Een roman moest bijvoorbeeld een onmiddellijk te begrijpen aanklacht tegen massatoerisme zijn, of moest je wijzen op de gevaren van racisme. Mijn werk was al tijdens mijn leven sleets geworden.

Door al dat geliteratureluur, met continue zijpaden waarin de ik-verteller iets aan het ‘overpeinzen’ is of aan het verduidelijken (‘ik bedoel’) wordt zorgvuldig elke vaart uit de roman gehaald. Een van de serieuze lijnen in het verhaal, de verwerking van de dood van een goede vriendin, komt daardoor nauwelijks uit de verf. Als buitenstaander heb je na 140 bladzijden nog steeds geen idee wie zij was.

Dan begint het tweede, vlotter leesbare, gedeelte van Schoonheidsdrift, een komedie waaraan de schrijver van het eerste gedeelte blijkbaar bezig was. Het speelt op Terschelling, een Waddeneiland vol inhalige en chagrijnige bewoners. Daar proberen Tom en zijn vriendin Fiona, die redacteur is, de bestsellerauteur Julia Vis binnen te hengelen bij de uitgeverij waar Fiona werkt. Dat deel is opgezet als een komische thriller met alle plotselinge plotwisselingen en kluchtige clichés die je kunt bedenken en het is tegelijk nadrukkelijk een parodie op het genre.

Ook hier kan Storm volop zijn opvattingen over het huidige literaire klimaat kwijt in terzijdes.

De recensiebijlagen van kranten worden gedomineerd door tips van boekhandelaren. De boekhandelaren hebben de literatuur, of wat daarvan nog over is, volledig onder controle. De tijd dat literaire fictie een vrijplaats was voor niet-commerciële en zelfs volkomen vrije overwegingen en uitingen is voorbij.

Het zijn de aanvallen op boekhandelaren en succesauteurs die we keer op keer horen van Arie Storm. Dat gejeremieer begin inderdaad wat sleets te worden.

Coen Peppelenbos

Arie Storm – Schoonheidsdrift. Prometheus, Amsterdam. 304 blz. € 21,99.

Deze recensie verscheen eerder in de Leeuwarder Courant en het Dagblad van het Noorden op 26 februari 2021.