Recensie: Ine Boermans – Een opsomming van tekortkomingen
Erfenis van een verscheurde jeugd
Een opsomming van tekortkomingen trapt af met een scène waarin Lot een afspraak heeft bij de psycholoog. Ze heeft last van paniekaanvallen en associeert de basale dingen in haar leven met gruwelijkheden als Duitse concentratiekampen, vastgevroren sledehonden, beren met verbrande voetzolen of varkens die worden doodgeknuppeld.
‘Waar zou het volgens jou vandaan kunnen komen?’ vraagt hij.
‘Ligt het niet altijd aan je jeugd?’ antwoord ik.
Regelmatig krijgt Lot beelden op haar netvlies, gruwelijke beelden, waarbij ze in één oogopslag weet wat er speelt. Dit is precies wat Boermans ook met de lezer doet. Zonder iets letterlijk te benoemen, schetst ze de situatie waarin ze verkeert. Haar manier van schrijven zet je er meteen toe aan te visualiseren, ze zet de beelden als het ware rechtstreeks over op het netvlies van de lezer. De ‘psych’ denkt dat ze te empathisch is, ‘maar ook weer niet dat je denkt: wow dat is veel’. Een eigenschap die ze overduidelijk niet van haar vader heeft geërfd.
In korte, soms ultra korte fragmenten springt het verhaal heen en weer tussen heden, verleden en de gesprekken bij de psych. Daartussen staan cursiefjes aan haar moeder, waarin Lot aangeeft dat ze haar mist, vertelt over dagelijkse beslommeringen en haar hart lucht over haar vader. Al deze lagen maken het verhaal van Lot steeds completer. Geen idee of de auteur deze naam bewust heeft gekozen, maar het zou zo maar eens als speaking name bedoeld kunnen zijn. Boermans grijpt je met haar bondige, scherp geformuleerde zinnen bij je lurven, raakt je in je ziel, maar weet de treurige situaties met luchtigheid en een flinke portie sardonische (galgen-)humor te larderen. Zo grappig, maar tegelijkertijd zo schrijnend dat het haast gênant voelt om te lachen om haar geestige ondertoon.
Als Lot vier jaar oud is, scheiden haar ouders. Met haar moeder trekt ze ‘van kutdorp naar kutdorp met een uitstapje naar haar eigen (niet zo erg kut-) dorp en een kleine kutstad’, en op de dorpse scholen wordt ze gepest, omdat ze een vreemde eend in de bijt is. Haar overheersende, zelfingenomen vader is continu bezig een wig te drijven tussen haar en haar moeder. Hij prent haar in dat ze bij hem beter af is en dat ze op haar twaalfde voor hem zal kiezen. Alles wat er misgaat, plaatst hij buiten zichzelf, buiten zijn eigen schuld en projecteert het steevast op zijn dochter. Zijn explosieve boosheid en even onvoorspelbare toegeeflijkheid daarna verwarren haar. Zijn houding jegens zijn dochter is er een van aantrekken en afstoten.
Tegen de tijd dat haar twaalfde verjaardag nadert, plast ze ineens vaak in bed. Moeder maakt zich zorgen, vader kleineert haar. Toch krijgt hij het voor elkaar dat ze bij hem en haar stiefmoeder komt wonen.
Bij mijn vader ging het ondertussen niet erg goed. Opvoeden was een stuk minder gemakkelijk dan hij had gedacht. Daarbij viel ik nogal tegen.
De fouten die haar moeder heeft gemaakt kan Lot haar vergeven – ze spiegelt zich aan haar moeder -, het eisende gedrag van haar vader verwart haar steeds meer. Hij blijft haar tergen tot op het bot en weet haar steeds meer tekortkomingen toe te dichten. Voor Lot is het niet meer te doen om haar huidige leven los te zien van de verscheurde jeugd die niet direct overliep van veel vaderlijke liefde.
‘Ik ben toch wel blij dat je toegeeft dat ik gelijk had wat betreft het goed gebruiken van de kaasschaaf’, zei mijn vader als ik mocht komen eten. ‘Dat je inziet dat je dat altijd fout hebt gedaan en begrijpt waarom ik er zo boos over werd.’
Zelf had ik geen herinnering aan het wel of niet goed gebruiken van de kaasschaaf. Toch knikte ik schuld bewust.’
Zo blijft het kind, ondanks alles, trouwhartig aan beide ouders. Totdat de laatste druppel de emmer doet overlopen, wanneer ze zelf een gezin heeft. Rauw, schurend en pijnlijk, vol intens verdrietige humor. Een overtuigende debuutroman.
Marjon Nooij
Ine Boermans – Een opsomming van tekortkomingen. Orlando, Amsterdam. 176 blz. € 20.-.