Recensie: Marjolijn Hof – Lepelsnijder
Janis van Holderstate
Janis, de hoofdpersoon van Lepelsnijder van Marjolijn Hof, leeft in een hutje op een berg. Daar houdt hij zich samen met Frid schuil voor de ‘grote ziekte’, een besmettelijke ziekte die iedereen te grazen wil nemen. Frid, de man die Janis als baby heeft gered, prent de jongen in dat de ziekte levensgevaarlijk is. Voordat de oude man naar het dal gaat om spullen te ruilen voor eten, laat hij de jongen de epidemie bezweren.
‘Dan ga ik maar,’ zei Frid. ‘En goed opletten, jij. De grote ziekte is slimmer dan je denkt.’
‘Weet ik,’ zei Janis.
‘Hij kan sluipen en klimmen.’
‘Wéét ik,’ zei Janis.
‘En?’ vroeg Frid. ‘Wat nog meer?’
‘En springen,’ zei Janis. ‘En hollen en kruipen en zwemmen. Van mens naar mens, van huis naar huis.’
Hij raffelde het rijtje af. Hoe sneller hoe beter. Als je over de grote ziekte praatte was het net alsof je hem riep. Met ieder woord kwam hij een stukje dichterbij. ‘En?’ zei Frid. ‘Hij vreet…?’
‘Hij vreet je neus op en je vingers en de rest.’
Janis’ levensverhaal lijkt heel eenvoudig. Frid heeft hem gered toen hij een baby was. Zijn ouders waren aan de grote ziekte gestorven. Als Frid weg is, heeft Janis gezelschap van hond Luki en doodt hij de tijd met het snijden van lepels. Hij mag de omgeving onder geen beding verlaten.
Bezig blijven hielp het beste, bezig blijven en vroeg naar bed, dan gingen de dagen sneller om.
Janis, die een jaar of elf oud is, is een getalenteerd houtsnijder en versiert de houten lepels met bloemen en dieren. In de plaatsen die Frid aandoet, ruilt hij de lepels voor pap en reuzel.
Lepelsnijder is het meest recente boek van jeugdboekenschrijver Marjolijn Hof, die voor haar eerdere werk de Gouden Uil, de Gouden Griffel en de Woutertje Pieterse Prijs kreeg. Het verhaal speelt zich in het verleden af, maar in welke tijd is niet helemaal duidelijk.
Lepelsnijder is geen plotgedreven, maar een personagegedreven jeugdroman. Het zijn de sympathieke personages en Hofs excellente vertelstijl die maken dat je dit boek maar moeilijk weg kunt leggen. Lepelsnijder is typisch zo’n boek dat, zoals Hof zelf zegt in haar Annie M.G. Schmidt-lezing van 2019, een voertuig is dat je ‘zonder één stap te verzetten’ meeneemt naar een volledig nieuwe wereld. In diezelfde lezing vertelt Hof dat ze een ‘absolute solidariteit’ met haar personages voelt, en dat lees je terug in het boek.
Een plot heeft Lepelsnijder vanzelfsprekend ook. Janis moet van de berg af omdat Frid niet terugkomt. Samen met Luki en ezel Kiezel steekt hij via een smalle rotsboog zonder leuning een levensgevaarlijke, kolkende rivier over. Hij ontdekt dat hij een tweelingzus heeft en dat hij niet echt Janis heet. Hij moet leren leven met het inzicht dat het leven niet zo eenvoudig in elkaar zit als hij van Frid heeft geleerd.
Als Janis heeft ontdekt wie hij volgens de volwassenen die hij tegenkomt werkelijk is, is het verhaal nog niet ten einde. Samen met zijn zus Silke ontdekt hij een moordcomplot dat hem niet alleen in acuut gevaar brengt, maar ook de pas ontdekte waarheid over zijn identiteit en verleden doet wankelen. Opeens is alles weer anders en moeten Janis en Silke vluchten. Lepelsnijder eindigt heel plotseling en open, maar dat is niet erg omdat Hof in een interview met NRC Handelsblad een vervolg op het boek heeft beloofd: ‘ja, echt, er komt een vervolg’.
Marie-José Klaver
Marjolijn Hof – Lepelsnijder. Met illustraties van Annette Fienig. Querido, Amsterdam. 294 blz. € 16,99.