Recensie: Herman Gorter – May
Kind van zon en maan
Heel vaak heb ik de Mei van Gorter gelezen, maar nooit in het Engels. Nu kan dat, in de vertaling van Paul Vincent. Hij is al meer dan twintig jaar vertaler Nederlands-Engels. In 2012 won hij de Vondel Translation Prize voor My Little War (Mijn kleine oorlog) van Louis Paul Boon, in 2016 samen met John Irons voor 100 Dutch Language Poems, de Oxford-Weidenfeld Translation. Naast Boon staan ook Engelse vertalingen van werken van Louis Couperus, Jan Jacob Slauerhoff, Willem Elsschot en Harry Mulisch op zijn lijst én een grote hoeveelheid poëzievertalingen, oudere (P.C. Hooft, Joost van den Vondel) en moderne (Leonard Nolens, Tonnus Oosterhoff).
In De Nederlandsche Spectator van 9 maart 1889 staat over J.M.W Schwartz (alias Maarten Maartens, die aan het eind van de negentiende eeuw redelijk veel succes had in Engeland) : ‘Wat zou hij gunstig uitkomen onder de meesten onzer jongeren, die poëzie schijnen te willen maken tot een uiting van … krankzinnigheid. Als ik dat zeg, dan moet gij bedenken, dat ook krankzinnigen heldere ogenblikken hebben, en dat men niet als Herman Gorter een ‘Mei’ kan fabrieken, een gedicht van 194 bladzijden, zonder nu en dan een mooien regel te schrijven. Dat gedicht is een soezerij, waarin gezochte, armelijke naäperij der grote Engelse dichters als Shelley en Poe en anderen, in den slechtsten vorm is gegoten.’
Daar tegenover staat: op 1 februari komt De Nieuwe Gids met de eerste zang (van Mei) en de juichkreten van de lezers komen los. ‘Bliksems mooi’ (Derkinderen), ‘alles overtroevend’ (Jessurun de Mesquita), ‘gruwelijk mooi, hè’ (Van Deventer aan Witsen). Ook Kloos, Van Deyssel, Verwey en Van Eeden waren positief. Nog steeds weet de taalmuziek nieuwe lezers te veroveren. In 2020 schreef Louis Andriessen zijn May, een muzikaal eerbetoon aan Gorter.
Who knows what’s the fairest thing on the earth,
The most beautiful? Whose likeness of worth
He sees in all that makes his heart resound?
Why he just adores what lives all around?
Why this one wants wealth, this one a wife so
And one himself , though they all scarcely know
That which they seek is nothing but a word.
Alone? Does anyone know? I’ll be heard.
It’s why the young chick searches for the hen,
The child its mother’s breast, and why I’m then
Afraid of winter, autumn too, the night
Of the year – why a child finds no delight
In splendor of stars, but loves flames and fire
From a white candle – eyes bright with desire
It wakes on the pillow , whiles times away
With his eyes it follows the flicker’s sway
The flames still burning through all of its dreams.
It’s why song and music delight, it seems.
But marble alarms, white colors don’t suit
I love red roses, the smell of glazed fruit.
And the colour of the downy fruit’s tan
It is why a girl promises a man
To heat him in her arms, longs and sighs
For the warm beauty of the marriage ties
She thanks his love. Could he have done otherwise?
It is fire, it is warmth, it is the sun.
Waar gaat het gedicht over? Dat is niet eenvoudig te beantwoorden. Volgens G.A. van Es zijn de drie zangen in wezen aparte gedichten en is de identificatie van de dichter met Mei en Balder niet helder. Zang 1 is de viering van lente en liefde; zang 2 gaat over het onmogelijke samengaan van het vergankelijke en het eeuwige in de personen van Mei en Balder; zang 3 gaat over het verdriet van Mei, die getroost wordt door de dichter die haar tenslotte begraaft op het strand. De dichter was verliefd op Mei, zoals zij op Balder.
Vele literatoren hebben zich gebogen over het gedicht. A. Zevenhuizen (promoveerde in 2020 op de vele interpretaties van het gedicht) stelt dat het gedicht een subjectief verslag is van het innerlijk van de dichter. Dat lijkt mij, net als Paul Vincent, een juiste waarneming. Gorter zelf ontweek een interpretatie door te zeggen dat hij alleen maar iets maken wilde vol licht en mooie klank, waar min of meer per ongeluk een verhaal in sloop en een beetje filosofie. Feit is dat in het gedicht, vooral in zang 2, echo’s klinken van Wagner, Schopenhauer en zijn boeddhisme en Nietzsche.
Maar hoe is het met de vertaling, die ik zeer bewonder? Paul Vincent heeft gekozen voor een paarsgewijs rijmende vertaling en dat betekent dat hij soms nogal vrij moet omgaan met de keuze en betekenis van woorden. Er staat bijvoorbeeld:
‘Toen ging een schooldeur open en daaruit
Kwamen een stoet van kinderen, geruit [Kwamen? R.E.]
Droegen de meisjes boezelaars, geklos
Van klompen en jongensgeschreeuw brak los.’‘Then a school door opening and from it came
A train of children, the girls in check togs,
Boys shouting broke loose, and the noise of clogs’
‘Dan breekt en knakt hij om en dondert uit
Boven afgronden, en hij duikelaart om
En staat als tamboers roerende de trom.’‘Then it breaks and snaps and does not heed,
Thunders above abysses and it tumbles,
Sounds like drummers for whom the drum rumbles.’
‘Lust en verlangen en bevrediging
Speelden en streden in haar onderling.’‘Pleasure and desire and also content
Fought in her together and she was rent.’
De voorbeelden geven ook wel aan dat Gorter zich in allerlei syntactische bochten moest wringen om het rijm te handhaven en dan moest hij ook nog zoveel mogelijk de vijfvoetige jambe aanhouden.
In het algemeen kan ik zeggen dat het Engels eenvoudiger is dan het Nederlands van Gorter. Soms moest ik zelfs hulp halen bij het Engels als ik het Gorteriaanse idioom niet begreep. Ik ben benieuwd of het gedicht nu een zegetocht in het Engelse taalgebied kan maken, meer dan 150 jaar nadat het verscheen.
Remco Ekkers
Herman Gorter – May. Vertaald door Paul Vincent. Flanor, Nijmegen. 256 blz. € 25.