Recensie: Rebecca Watson – even krabben
Functioneel typografisch spektakel
Het boek even krabben van Rebecca Watson wordt een roman genoemd, maar na één blik gaat een lezer twijfelen aan deze kwalificatie. Is dit niet eerder poëzie? Of anders iets dadaïstisch of postmoderns? In deze tekst wordt er gebruik gemaakt van kolommen, onderstrepingen, teksten in cursief en vet, alles in hoofdletter of het express weglaten van hoofdletters, zoals in de titel. Al die verschillende soorten opmaak zijn functioneel ingezet, waardoor de vorm de inhoud versterkt, en daardoor aan poëzie doet denken. Toch staan er ook teksten in die proza zijn, dus het genre is misschien vooral nieuw voor deze lezer.
We volgen een dag uit het leven van een vrouw. Dit volgen gebeurt zo intens dat je je haast de vrouw waant en soms meer nog dan de vrouw zelf doorhebt wat er gebeurt. Dit klinkt vreemd, maar in dit werk staan ook onbewuste gedachten, waarvan het personage zich niet bewust is, maar de lezer dus wel. Een voorbeeld is dat in een alinea, laten we het maar zo noemen, kolommen om de tekst staan met onder elkaar het woord ‘trappen’. Het hoofdpersonage is dan aan het fietsen, maar ze lijkt niet steeds bewust te denken: ‘trappen’. Zo ken je als lezer op een bepaalde manier het personage beter dan zij zichzelf kent. Andere dingen die je leest zijn vooral de gedachten van de hoofdpersoon, die soms alle kanten op vliegen. De directe rede, dus wat gezegd wordt, staat vaak in cursief; we lezen mails, tekstberichten, kloktijden en krijgen alle waarnemingen van de hoofdpersoon te lezen, tot in de intiemste details zoals een toiletbezoek. Het gekke is dat dit ratjetoe werkt, dat er een verhaal ontstaat en een personage tot leven komt.
Eigenlijk gebeurt er niet veel: een vrouw gaat naar werk, spreekt af met haar vriendje bij een poëziebijeenkomst en ze gaan samen naar huis. Wat steeds op de achtergrond speelt is dat de hoofdpersoon zich ongemakkelijk voelt bij haar baas en dat er iets van een verkrachting heeft plaatsgevonden, maar hoe en wat blijft onduidelijk, tot die open wond beeldend wordt verteld. Een stuk tekst citeren doet geen recht aan de functionele typografische rijkdom, maar een kleine impressie kan geen kwaad. Het hoofdpersonage loopt met een bakje soep van de bedrijfskantine terug:
Erik-Jan Hummel
Rebecca Watson – even krabben. Vertaald door Jeske van der Velden. Nijgh & Van Ditmar, Amsterdam. 211 blz. € 20,00.