Een pronkpoppenhuis, een drieluik en een prozadebuut

In 2018 kreeg beeldend kunstenares Elisa Pesapane van het Literatuurmuseum in Den Haag het verzoek een portret van Arnon Grunberg te maken ter gelegenheid van diens vijftigste verjaardag op 22 februari jongstleden. Ze besloot groots uit te pakken en zette zich aan de creatie van een gesamtkunstwerk waarin de eerste vijftig levensjaren van de schrijver centraal stonden. Het eindresultaat is een monumentaal drieluik op paneel én een bijbehorend boek getiteld Liefde na Auschwitz. Op reis met de verslinders en verslondenen van Arnon Grunberg. Het boek heeft een opvallende vorm gekregen. Het is een papieren uitklapversie van het schilderij geworden met een legenda waarin de namen van afgebeelde personen en personages zijn opgenomen.

Ter voorbereiding van het kunstwerk stelde Elisa Pesapane samen met Arnon Grunberg een lijst op met personen die een rol in zijn leven en werk speelden. Het zijn deze personen die nu op het kunstwerk zijn afgebeeld. En Pesapane liet zich inspireren door een achttiende-eeuws pronkpoppenhuis van koopmansvrouw Sara Rothé in het Frans Hals Museum in Haarlem. Op de buitenpanelen van het drieluik is een jeugdige Grunberg te zien, samen met zijn moeder, die als tiener vernietigingskamp Auschwitz overleefde. Ze staan achter het raam van een treincoupé te zwaaien. Op de binnenpanelen schilderde Pesapane de entree van het ouderlijk huis van Grunberg, de woonkamer, een slaapkamer en de kelder. Onder de geportretteerden bevinden zich schrijvers, dichters, vertalers, journalisten, ex-geliefden en een persoonlijk secretaris.


In de woonkamer zit Grunberg aan de eettafel achter een laptop. De andere geportretteerden zijn allemaal met iets anders bezig. Op de voorgrond ligt een paard. In de slaapkamer staat een matrasloos bed tegen een muur die volgeplakt is met pornografische afbeeldingen. Op en om het bed zitten meer geportretteerden. In de kelder situeerde Pesapane het ‘marionettentheater van de oorlog’. Aan de touwtjes hangen SS’ers, een talibanstrijder, een Nederlandse militair op vredesmissie, nog enkele geportretteerden en Grunberg zelf, die op het punt staat om het beeld te verlaten met een koffer in de hand en een varken onder zijn arm. Het rechterpaneel is een groter portret van Grunberg. Hij zit op de stoep voor zijn ouderlijk huis, omgeven door allerlei dieren waaronder een kameleon, een pelikaan en een vos. Om het drieluik heen rijden vijf speelgoedveewagonnetjes voortgetrokken door een miniatuuruitvoering van het type locomotief dat gedurende de Tweede Wereldoorlog naar de concentratiekampen reed.


Daartoe gestimuleerd door Grunberg schreef Pesapane ook het boek. Het is te lezen als een handleiding bij het drieluik, waarin ze in veertien korte hoofdstukken vertelt over de ontmoetingen en poseersessies met de mensen die op het drieluik een plek hebben gekregen. De hoofdstukken geven inzicht in de keuzes die Pesapane maakte voor de manieren waarop haar modellen zijn afgebeeld. De verhalen zijn onderdeel van het gesamtkunstwerk. Pesapane ziet zichzelf als zij schildert en tekent als een verhalenvertelster. Met het boek zet ze hierin nog een stapje verder. Zonder dat ze zich daarvan bewust was, heeft ze hiermee haar prozadebuut gemaakt. Als ik haar daarop wijs zegt ze: ‘Dit laat goed zien hoe literatuur en beeldende kunst voor mij hand in hand gaan. Een vorm van tweetaligheid kan je het denk ik wel noemen.’


Alle afgebeelde personen hebben natuurlijk ook hun eigen verhaal, zoals dichter Johannes van der Sluis (nummer 34), die enige tijd de secretaris van Arnon Grunberg was. In het hoofdstuk over haar bezoek aan hem zet Pesapane kort diens familiegeschiedenis uiteen waarin een NSB-opa en een vader die dominee was een prominente rol spelen. Van der Sluis legt haar uit hoe hij zijn vaders levensloop terugzag in het schilderij Christus en de heilige Veronica van Otto Dix. Pesapane doet vervolgens uit de doeken hoe ze Van der Sluis tijdens de poseersessie voor haar laat knielen met een gifgroene dichtbundel in zijn handen. Ze schetst de situatie waarin Van der Sluis op het paneel is beland als volgt:

De dichter zit op het schilderij op zijn knieën naast een bed zonder matras en kijkt verbaasd op naar een tafereel dat zich naast hem ontvouwt. Er is een feestje aan de gang, er worden glazen geheven, er wordt een spelletje schaak gespeeld en er wordt gegokt. De heren lachen en de dames dragen feestmutsjes. In de verte ziet hij een Kriegslocomotive waar een rits veewagonnetjes achteraan hangt, zachtjes voorbij tuffen. De beelden van de loopgravenoorlog van Otto Dix worden zichtbaar in de donkere schaduwen tussen de planken van het bed zonder matras. De dichter spitst zijn oren nog eens goed.

Het nawoord is geschreven door Arnon Grunberg zelf. Hij vertelt op zijn beurt hoe hij al in 2012 kennismaakte met Elisa Pesapane. Het begon met een e-mailwisseling, gevolgd door een kopje koffie in het Hilton en een idee voor een gezamenlijke vakantietrip die er nooit van gekomen is. Geleidelijk aan ontstonden er, zo schrijft Grunberg, ‘enkele tradities die in de wandelgangen ook wel vriendschap worden genoemd’. Over het project waarin hij de hoofdrol speelt is hij tevreden: ‘Hoe groot het drieluik Liefde na Auschwitz in werkelijkheid ook mag zijn, dit project blijft hanteerbaar, blijft toegankelijk en blijft draagbaar; de lichtheid van de zwaarte, de ondraaglijke zwaarte, zit in de snedigheid.’

Met Liefde na Auschwitz creëerde Elisa Pesapane een portret van een schrijver op een nog niet eerder vertoonde manier. Ze laat zien dat ze als figuratief beeldend kunstenares en verhalenvertelster uitstekend in staat is om vernieuwende kunst te maken. Dat dat zo is speelt voor haar echter nauwelijks een rol. Wat zij bij dit project vooral van de panelen én de pagina’s laat spatten, is een combinatie van originaliteit en vakmanschap, die aan de huidige Nederlandse kunstacademies vaak niet al te ruimhartig wordt gewaardeerd, maar waarmee zij op overtuigende wijze uiting weet te geven aan haar inspirerende visie op het leven in het algemeen en dat van Arnon Grunberg in het bijzonder.

Ronald Ohlsen

Elisa Pesapane – Liefde na Auschwitz. Op reis met de verslinders en verslondenen van Arnon Grunberg. Met een nawoord van Arnon Grunberg. Vormgeving Yolanda Huntelaar. Uitgeverij Zoetzuur, Amsterdam. Verkrijgbaar via https://uitgeverijzoetzuur.nl/liefde-na-auschwitz/ en via de boekhandel. 63 blz. € 27,50.

Het drieluik Liefde na Auschwitz is nog tot en met 10 april 2022 te bezichtigen in het Literatuurmuseum in Den Haag.

(foto © Eva van Heijningen)