Recensie: Bas Jongenelen – De duivel in de Nederlandse literatuur
De duivel is de duivel als hij de duivel is
Liefhebbers van duivelsliteratuur kunnen bij het lezen van De duivel in de Nederlandse literatuur, het nieuwe boek van Bas Jongenelen, hun hart ophalen. Het boek biedt een uitgebreid overzicht van duivels in de Nederlandstalige literatuur, van Vondels Lucifer tot aan de herrie van rapper Jebroer.
Jongenelen bakent zijn onderzoek goed af in de inleiding. De gemiddelde lezer zal daar geen boodschap aan hebben, maar voor degenen die zich in het onderwerp verdiepen en daarom dit boek ter hand nemen, is het een welkome noot vooraf. Het boek is een handvat om de duivel te ‘plaatsen als u hem tegenkomt in een literaire tekst’. Het boek gaat over de duivel in literaire verhalen. Jongenelen vat het bondig samen: ‘De duivel is de duivel als hij de duivel is.’ Niet de dood of een kwaadaardige figuur – alleen de duivel. Het gaat om hoe de duivel voorkomt in een boek, niet waarom, en ook niet over het concept of de metafoor duivel.
Het mooie is dat Jongenelen zich daar niet altijd strikt aan houdt en weleens een kort uitstapje maakt naar films of literatuur buiten het Nederlandse taalgebied. Het enthousiasme van Jongenelen is dan ook aanstekelijk. De toon is soms luchtig, geestig, en de auteur is scheutig met uitroeptekens. Dit is allesbehalve hinderlijk. Het maakt het boek tot een gedegen, maar toegankelijke literaire studie.
Jongenelen streeft – terecht – niet naar volledigheid (hij laat volksverhalen zoals sagen en andere verhalen uit de orale traditie links liggen), maar gaat desondanks wel grondig te werk. Alle literatuur in het Nederlands komt in aanmerking, van de Utrechtse doopbelofte uit de achtste eeuw tot Evi Aarens (in de epiloog). Onder die noemer vallen ook liedjes, stripverhalen – zoals het geweldige Suske en Wiske-album ‘De poenschepper’ – en psychologische romans. Jongenelen slaat geen goed verhaal over. Hierbij worden heel veel voorbeelden gegeven en de auteur deinst er niet voor terug om uitvoerig uit die bronnen te citeren, soms pagina’s lang. Voor aanverwante onderwerpen worden nuttige leessuggesties geven.
Jongenelen stelt dat er tien verhaaltypen zijn waarin de duivel voor kan komen. Elk type wordt in een apart hoofdstuk behandeld. Deze verhaaltypen zijn: het ontstaan van de duivel, soorten duivels, kind van de duivel, de duivel die je dwarszit, de hel, heksen & magie, het oproepen van de duivel, een pact met de duivel, bezetenheid & exorcisme en het spelen van de duivel. Bij al deze verhaaltypen haalt Jongenelen literaire voorbeelden aan, die soms natuurlijk bij meerdere typen passen. Er worden zo veel verhalen met zo veel enthousiasme genoemd, dat het zeer waarschijnlijk is dat de lezers van Jongenelen ten minste één van die boeken gaan lezen.
Æde de Jong
Bas Jongenelen – De duivel in de Nederlandse literatuur. Gompels & Svacina, Antwerpen / ’s Hertogenbosch. 228. € 27,00.