Recensie: Delphine de Vigan – De kinderen zijn koning
De kunst imiteert het leven
Als u dit leest heeft u een internetverbinding en bent u hoogstwaarschijnlijk bekend met YouTube. U heeft misschien nog niet gehoord van de kanalen waarop ouders de ziel en zaligheid van hun kinderen delen in combinatie met een flinke portie sluikreclame – in Nederland is het imperium van de Zoete Zusjes het beroemdste voorbeeld. Misschien bent u al fervent kijker van dergelijke video’s. Of misschien u zelf aspirant-Zoet Zusje. Hoe dan ook is het tijd dat u zich bewust verdiept in dit internetfenomeen, want de filmpjes zijn de ultieme tekenen van onze tijd. In dat licht verwelkomen wij De kinderen zijn koning (Les enfants sont rois), waarmee Delphine de Vigan het debat wil aanzwengelen.
Het is allemaal begonnen met Big Brother, Loft Story in goed Frans. ‘Het moment waarop de poorten van de hel werden geopend,’ noteert de auteur over Neerlands grootste bijdrage aan de wereldcultuur.
Het verlangen om te worden gezien, erkend, bewonderd. Het idee dat het binnen ieders bereik lag. Je hoefde niets meer te produceren, te creëren of uit te vinden om recht te hebben op je 15 minutes of fame. Je hoefde jezelf alleen maar te laten zien en in beeld te blijven.
Ook Mélanie Claux, een naïef meisje uit een dorp in de Loire, heeft het eerste seizoen van Loft Story ademloos gevolgd en weet: ik wil beroemd worden. Helaas stranden haar pogingen na een vernederende aflevering van Daten in het donker. Mélanie sticht een gezin en leeft de leegte van de huisvrouw. Dan komen Facebook en YouTube en ontdekt ze haar niche: schattige kinderfilmpjes. Anno 2019 is ze met man Bruno Diore de motor achter Happy Playtime, waarop Kimmy en Sammy speelgoed uitpakken, pretparken bezoeken en de supermarkt leegkopen voor het oog van miljoenen volgers. Het internet zou het internet niet zijn als tussen al die kinderkijkertjes niet ook engerds zaten, en u raadt het vervolg: op een dag is Kimmy spoorloos verdwenen.
Aan Clara Roussel van de Parijse politie om de zaak op te lossen. Zij is in alles de tegenpool van ‘vrouw van haar tijd’ Mélanie. Clara is niet eens van een ander tijdperk, ze lijkt wel buiten de tijd te leven. Ze stamt uit een activistisch gezin waarin de televisie als kapitalistische gruwel gold en leeft grotendeels offline, zonder man, met als enige betrokkenheid bij de kinderwereld het feit dat ze dankzij haar 1,54m regelmatig voor een meisje wordt aangezien. Weet ze Kimmy te redden?
We verklappen niets en springen naar het jaar 2031. De virtuele werkelijkheid heeft nog meer terrein veroverd op de werkelijke. Tegelijkertijd is het bewustzijn over de schadelijke gevolgen toegenomen, en het verzet groeit. Mélanie en Clara proberen de gebeurtenissen van 2019 achter zich te laten, maar dat gaat niet zolang er nog rekeningen te vereffenen zijn.
We krijgen dit mee in verschillende stijlen: Clara’s melancholieke perspectief, Mélanies spottend beschreven gedachten, sociologische beschouwingen en fragmenten uit het dossier van de zaak Kimmy Diore. Dat maakt het moeilijk dit verhaal in een genre in te delen. Van detective ontwikkelt het zich tot science fiction, overal is het maatschappijkritiek, en bij vlagen satire, zoals wanneer Mélanie een agent zonder tijd voor YouTube moet uitleggen wie ze is:
Na een tijdje sloeg Mélanie haar ogen naar hem op. ‘Wij zijn beroemd, weet u. De kinderen en ik. Heel beroemd…’
Aanvankelijk slaagt De Vigan op al deze fronten, maar nadat ze de verwachtingen hoger en hoger spant, verslapt het verhaal in de tweede helft. ‘Wat als je beroemdheid zich tegen je keert?’ is een veelbelovend gedachtenexperiment, maar we krijgen het antwoord op pagina één, en daarna kan elk vervolg slechts anticlimax of vergezocht zijn. De karakters van Clara en Mélanie en haar kinderen maken eenzelfde spanningsboog mee: ze gaan van ogenschijnlijk diepe gronden naar teleurstellende oppervlakkigheid.
Maar goed, het universum van De kinderen zijn koning is nu eenmaal oppervlakkig, en in elk geval heeft de roman daar iets over te zeggen. De Vigan geeft de lezer weinig ruimte om zelf een standpunt te bepalen, en toch komt haar boodschap overtuigend binnen. Voor wie niet thuis is in de wereld van kindvloggers is dit boek leerzaam en schokkend, en het stemt iedereen tot nadenken. Maar wat vertelt het ons dat we niet zelf kunnen concluderen uit een essay of documentaire, of door gewoon de filmpjes in kwestie te kijken? De leegte en de uitbuiting spatten al van het scherm af. De wereld van YouTube snijdt elke mogelijkheid tot satire vakkundig af door onze ergste voorstellingen in een mum van tijd te bewaarheiden en te normaliseren. Het bijna-leedvermaak van Kimmy’s ontvoering daargelaten, voegt deze fictie weinig toe aan die realiteit. In het gehaaste slotstuk anno 2031 probeert de schrijfster de werkelijkheid vóór te zijn. Het is flauw, want dit boek dateert van voor de Grote ChatGPT-paniek van 2023, maar ik zeg u: haar voorspellingen zijn tegen die tijd alláng achterhaald. Van een veredelde dictafoon zal niemand meer opkijken, en als benzineauto’s pas in 2031 uit de Parijse binnenstad verbannen worden, eet ik mijn hoed op.
Tobias Wijvekate
Delphine de Vigan – De kinderen zijn koning. Uit het Frans vertaald door Floor Borsboom. De Geus, Amsterdam. 304 blz. € 24,99.
Dit is een recensie zoals ik ze graag lees: informatief én een gezonde balans tussen kritisch en neutraal. Al te zeldzaam. Mag ik nog een lans breken voor het vermelden van de originele titel bij een vertaling?