Recensie: Mathijs Deen – De duiker
Een moord onder water
De Freyja, een tot berger omgebouwd visserschip van Terschelling, is op zoek naar een overboord geslagen container als het bij toeval in de Duitse Bocht voor Amrum op de zeebodem een onbekend wrak ontdekt. Het blijkt de Hanne te zijn, een in 1950 in een zuidwesterstorm vergaan vrachtscheepje dat voor een vermogen aan koperen platen aan boord heeft. Bij nadere inspectie met een onderwatercamera ontdekt de bemanning van de Freyja dat aan de trap van de stuurhut een duiker met handboeien is vastgeketend die, nadat hij de zuurstof uit zijn duikfles heeft opgebruikt, door verstikking moet zijn gestorven. De sleuteltjes van de handboeien zijn in het gezichtsveld van het slachtoffer opgehangen. Wie heeft deze man, een wrakduiker met de naam Jan Matz, op zo’n gruwelijke wijze vermoord? De vader van een jongen die door Matz’ zoon zwaar was mishandeld en in coma ligt? Zijn ex-vrouw, die vol verwijten zit en het moeilijk heeft met hun twee opstandige puberkinderen? Iemand die uit was op de koperen platen? Of waren er andere motieven in het spel?
Dat is de centrale vraag in Mathijs Deens tweede Waddenthriller De duiker. Het is een vervolg op De Hollander, een boek dat mij goed is bevallen. Er zijn inmiddels 30.000 exemplaren van deze titel verkocht en het werd genomineerd voor de NBD Biblion Gouden Strop 2023. De boeken zijn los van elkaar te lezen, maar het decor is in allebei hetzelfde: de Waddenzee, zoals deze zich uitstrekt van Noord-Holland tot Denemarken, maar het verhaal speelt zich dit keer vooral af langs de Duitse kust. En ‘de Hollander’ uit eerste deel, de op Texel geboren Liewe Cupido, inspecteur bij Bundespolizei See in Cuxhaven, speelt opnieuw de hoofdrol. Deze eigenzinnige en zwijgzame onderzoeker, die graag alleen opereert en daarmee zijn meerderen tot wanhoop drijft, weet door zijn maritieme vaardigheden, gebiedskennis en scherpe verstand net iet sneller en beter verbanden te leggen en andere invalshoeken te kiezen dan zijn collega’s.
Matthijs Deen, die stilistisch weer net zo goed op dreef is als in zijn vorige boek, weeft een vernuftige intrige die de lezer aanzet tot koortsachtig doorlezen en die, zoals in een goede thriller betaamt, pas aan het einde tot een ontknoping komt, wanneer alle puzzelstukjes uiteindelijk op hun plaats vallen. Deen kan heerlijke dialogen schrijven en toont in de presentatie van zijn romanpersonages psychologisch inzicht en menselijk mededogen. Juist in de details weet hij de mensen te karakteriseren, zoals in Liewes liefde voor zijn aangelopen hond Vos, die hij overal mee naar toe sjouwt (tot zelfs in een helikopter) en via wie de geremde inspecteur in contact komt met een vrouw die zijn hondenliefde deelt en die omzichtig tot hem wil doordringen.
Inspecteur Liewe Cupido krijgt in dit boek meer reliëf. Hij is de zoon van een Texelse visser die toen Liewe nog een kind was, tijdens het inhalen van de netten overboord is geslagen. Behalve door het gemis van zijn vader, wordt hij ook gekweld door de vraag of hij mogelijk overboord is geduwd in plaats van gevallen. Deze gedachte achtervolgt hem ’s nachts, wanneer hij de slaap niet kan vatten. ‘Al die tijd ligt hij op zijn rug en wacht. En als de slaap hem eindelijk overmant, komt die niet als een verlossing, maar als een schaduw die aan zijn voeteneind opwolkt, zich dan als een sluier over het bed uitspreidt en hem alle adem beneemt. Bewegingloos ligt hij op zijn bed, armen gestrekt langs zijn lichaam, maar in zijn droom draait hij zich om, spreidt zijn armen in een poging alles wat hem dierbaar is af te schermen voor de schaduw die als een net over hem geworpen is. Als hij wakker schrikt, trekt de schaduw zich maar heel geleidelijk terug. Hij is nog nooit zo bang geweest.’ Ik vermoed dat we in het derde een laatste deel van Deens Waddentrilogie nog veel meer over Liewe Cupido gaan horen.
Ik heb van dit boek van Mathijs Deen weer net zo genoten als van zijn voorganger, De Hollander. Deen is een geweldige verteller, met veel oog voor de couleur locale en zijn plot is ingewikkeld en misschien wat ver gezocht, maar toch overtuigend. Het is heerlijke vakantieliteratuur. Ik kijk reikhalzend uit naar het sluitstuk van zijn trilogie.
Aart Aarsbergen
Mathijs Deen – De duiker. Alfabet uitgevers, Amsterdam. 318 blz. € 20,99.