Recensie: Joeri Felsen – Bedrog
Op zoek naar de verloren vrouw
Kan het wat worden tussen de zelfbewuste, geheimzinnige en beeldschone Leelja en mij? Dat is in het heel kort de inhoud van Bedrog, de in 1930 voor het eerst gepubliceerde en nu in het Nederlands vertaalde roman van Joeri Felsen, pseudoniem van de in in 1894 in Sint Petersburg geboren en in 1943 door de nazi’s in Auschwitz vermoorde Nikolai Freudenstein. In een psychologisch nauwgezet uitgewerkte dagboekvorm volgt de lezer alle grote en kleine overwegingen, angsten en momenten van hoop, die de schrijver ervan, een zakenman, ervaart.
Felsen wordt wel ‘de Russische Proust’ genoemd, maar dan met de aantekening dat zijn kleine oeuvre na diens tragische dood vrijwel vergeten werd. Pas kort geleden is het herontdekt en met de prachtige vertaling door Hans Boland ook in zijn beste vorm in het Nederlands toegankelijk gemaakt. Boland is er in zijn nawoord eerlijk over. ‘Geen kattenpis’, om dit werk te vernederlandsen, schrijft hij, terwijl Boland toch befaamd is om zijn solide vertalingen van grote Russen onder wie Dostojevski en Tolstoi. En dan gaat het al snel over die ‘onmogelijk lange’, ‘Proustiaanse’ zinnen. Overigens ook over de talrijke andere taalkundige opmerkelijkheden.
In het eveneens opgenomen nawoord van de Engelse vertaler, Bryan Karetnyk, valt te lezen dat Felsen lang als een grote belofte werd beschouwd, zeker niet minder dan Nabokov en dat Bedrog onderdeel had moeten gaan uitmaken van een omvangrijk literair opus. Twee volgende boeken, Geluk uit 1932 en Brieven over Lermontov uit 1936 en zeven korte verhalen waren bij zijn dood voltooid, maar daar is het dus bij gebleven.
Bedrog omvat drie delen. In het eerste wordt de zakenman door een kolonelsweduwe op de gescheiden Leelja Gerd geattendeerd en vindt in Parijs hun ontmoeting plaats. In het tweede deel is Leelja opeens afgereisd en moet hij het doen met haar uitgebreide correspondentie en in het derde deel is zij weliswaar teruggekeerd, maar is hun onderlinge verhouding anders dan hij had gehoopt. Felsen is een meester in het verkennen van de getroebleerde ziel, volgt de gedachten en gevoelens van de obsessief verliefde zakenman in elegante, breed uitwaaierende zinnen. Hij tekent op dat de man, afhankelijk van het moment, zich elke situatie meester waant of juist volkomen afhankelijk van haar voelt. Het bedrog uit de titel zit verborgen in talloze situaties en ontmoetingen, maar niet het minst in de vorm van zelfbedrog.
Er wordt veel gesuggereerd, er wordt nagedacht en geoordeeld over Leelja’s verschijning en gedrag en over volgende stappen in de relatie, die veelal echter niet gezet worden. Of alternatieven daarvoor, die uiteindelijk ook ongeschikt blijken. De man speculeert over Leelja’s eerdere verhoudingen, met name die met de zwaarmoedige en volgens de verhalen recalcitrante acteur Sergé. Het maakt hem onzeker en boos, waarmee hij voor zichzelf kortstondige avontuurtjes met andere vrouwen denkt te kunnen verantwoorden. Maar zijn geestelijke worsteling komt er niet mee ten einde. Dan maar de fles.
Drank maakt dat ik ga zwelgen in eigenliefde: naarmate mijn gebruikelijke onzekerheid verdwijnt bereikt de eigendunk die ik ontleen aan het succes dat ik zal boeken een hoogte vanwaar ik niets anders meer zie, ik word doortastend alsof dat mijn normale manier van doen is, zie geen belemmeringen meer, voel me immuun voor angst en zou blij zijn als er brand uitbrak, plotseling gevaar dreigde, paniek ontstond, zodat ik met mijn onverschrokkenheid zou kunnen pronken, en ook wanneer een vanouds bekende melodie me herinnert aan mijn echte, onvervalste verleden, dat bijwijlen triest was, uitzichtloos, aanzette tot gedachten over zelfmoord, brengen die voorbije maar niet te vergeten ervaringen, waarvan de vitaliteit wordt vertienvoudigd door de alcohol, in mij diezelfde schijnbaar compromisloze, zelfingenomen trots naar boven, waarvoor misschien alleen de dronkenschap uit vertwijfeling – een zeldzaam fenomeen in deze eentonige jaren – een alternatief is.
Waar Leelja aanvankelijk vooral aantrekkelijk en ongecompliceerd lijkt te zijn, verandert het beeld van haar in de loop van de roman in die van een geraffineerde vrouw, die precies weet hoe zij met hunkerende mannen moet omgaan. De zakenman, voorzichtiger dan in het begin, maar niet minder verrukt van haar charmes, blijft speelbal van haar humeuren. Wat hem uitgebreid ‘negentiende-eeuws’ in zichzelf doet afdalen naar verklaringen voor zijn eigen verwarde gedrag:
Als we een bestaan zonder bedrog willen rest ons slechts triviale, op overleven ingestelde, verachtelijke, futloze verveling, een ijskoude, ten dode opgeschreven, vegetatieve leefwijze met oogkleppen die de medemens en de voorbijvliedende tijd buitensluiten.
André Keikes
Joeri Felsen – Bedrog. Vertaald door Hans Boland. Athenaeum – Polak & Van Gennep, Amsterdam. 216 blz. €24,98.