Column: Ann De Craemer – Een naakte boekenkast
Een naakte boekenkast
Greep uit een gesprek tussen mijn moeder en ik:
‘Ik moet dringend naar IKEA. Ik heb nieuwe boekenkasten nodig.’
‘Maar allez Ann, serieus? Je appartement staat al vol boeken. Kan je er niet wat wegdoen? Dan hoef je geen nieuwe kasten in huis te halen.’
‘Boeken wegdoen? Moeder, moeder, moeder, ben ik wel je dochter?’
We hebben deze conversatie al vaak gehad – alleen de laatste opmerking had ik niet eerder gemaakt, maar ze deed haar smakelijk lachen.
Boeken wegdoen, dus. Ik denk niet dat ik het dikwijls heb gedaan. Schoolboeken wel, en dan met alle plezier die van wiskunde en wetenschappen. Maar échte boeken; romans, non-fictiewerk en poëzie? Nee, ik krijg het niet over mijn hart om daar afscheid van te nemen. Immers: als je een verwoed lezer bent, zit tussen de planken van een boekenkast een deel van je leven vervat. In mijn geval zijn dat de strips van Asterix en Jommeke tot Bartje van Anne de Vries tot het laatste boek dat ik gelezen heb – Ok dan niet van Katrin Swartenbrouckx. Er is wel een verschil tussen de boeken uit mijn jeugd en de boeken van ‘vandaag’: thuis kochten we geen boeken, dus, bijvoorbeeld, Bartje, kreeg ik van mijn nicht, die ze weer kreeg van haar vader die bij Uitgeverij Lannoo werkte. Vandaag ga ik nooit naar de bibliotheek en koop ik al mijn boeken zelf – vandaar dat het er zoveel zijn. Ik lijd immers aan tsundoku, een Japans woord voor boeken kopen die je waarschijnlijk nooit zult lezen. Boeken waarvan ik nu al weet dat de kans groot is dat ik ze niet zal lezen: De canon van Vlaanderen (al genoeg over gelezen in de media) en Het lied van ooievaar en dromedaris van Anjet Daanje (te dik). Gek hoe je soms gewoon een boek in huis haalt zonder dat je erbij nadenkt. Op wat baseer je je dan om het toch te kopen? De cover? Soms wel, denk ik, maar dan moet het echt wel om een klein kunstwerk gaan, en dat heb ik bij haast alle boeken van de Vlaamse ontwerper Gert Dooreman. De korte inhoud? Ja, want als die je aanspreekt, is de beslissing snel gemaakt, vandaar dat uitgevers zoveel belang hechten aan een goede flaptekst en dat die zo kort en krachtig mogelijk moet zijn, want mensen beslissen in een split second of ze overgaan tot een aankoop. Ten derde, de recensies? Ik denk dat dat het meest doorslaggevend is. Het zou niet mogen, want een recensie is de mening van slechts één lezer, maar toch hechten lezers én auteurs er zoveel belang aan.
Als ik zou uitrekenen hoeveel geld ik had bespaard als ik de boeken die ik niet ga lezen niet had gekocht, dan zou ik schrikken. Maar niets gaat boven de rijkdom van naar een goedgevulde boekenkast te kijken en te denken: dat daar, die wanden en wat erin staat, is als een spiegel waarin ik mag kijken. De eerste plek waar ik dan ook naartoe ga als ik voor het eerst in iemands huis kom, is de boekenkast. Het is alsof ze zichzelf naakt aan je voorstellen.
Ann De Craemer
Ik heb nog ‘prijsboeken’ van op college, nog oude boeken van mijn moeder over Leuven met prenten die je nooit meer ziet….en waarom de Leuvenaars Koeiesjieters’ zijn en geen Petermannen; heb nog de eerste hard cover boeken van Kuifje….nog een aantal wiskunde boeken van het middelbaar waarvan ik geen afscheid kan nemen omwille van zó praktisch voor de kleinkinderen, ….ik schrijf nooit in boeken of maak maar zelden een aantekening….Ik begrijp uitstekend je idee over een bibliotheek en krijg dezelfde opmerkingen van mijn vrouw dan jij van je moeder; ik zal nooit een e-reader kopen want boeken moet je ‘ruiken’! 🙂
Zeer herkenbaar! Behalve in de vele boekenkasten liggen de boeken bij mij overal (ook op tafels en stoelen) en sommige daarvan zitten nog in (doorzichtig folie) verpakking, zodat ze niet beschadigen.