Recensie: Anna Woltz & Vicky Janssen – Meisje van Mars
De kleine zeemeerman
Als vierjarige heeft Evy één droom: de kleine zeemeermin worden, met net zulk golvend haar als Ariel. In dat opzicht niks nieuws onder de zon, of het moet zijn dat Evy’s familie afkomstig is van een woonwagenkamp. Er is echter meer aan de hand: Evy heet namelijk eerst Evert, en zij is geboren als jongen in een Limburgs dorpje in 1987.
Meisje van Mars is het levensverhaal van Vicky Janssen, in het boek Evert/Evy, opgetekend door de ervaren en bekroonde jeugdboekenschrijver Anna Woltz. Het is een chronologische, dagboekachtige vertelling vol emoties, introspectie en pijnlijke ervaringen. De verhalende hoofdstukken worden afgewisseld met praktische tips van Evy over genderdysforie en de bijbehorende geslachtsverandering die zij na een lange, moeilijke weg heeft ondergaan. Het zijn tips als ‘Laat je niet bang maken’, ‘Zo laat je dat ding verdwijnen’ of ‘Borsten en wimpers’, maar ook meer politieke tips als ‘Wil je in de kerk trouwen? Kies dan voor een transseksueel’ of ‘Neem eens andere mensen in tv-programma’s over transseksualiteit’.
Wat opvalt aan het verhaal van Evert is dat zij opgroeit in een milieu waarin de verschillen tussen jongens en meisjes nog sterk aanwezig zijn. Haar ouders zijn daar op de eerste plaats verantwoordelijk voor: zij mag geen jurken dragen of lang haar laten groeien, en ze worden woedend als zij niet met auto’s maar met barbies speelt. Op school is er in eerste instantie nog iets meer vrijheid, daar mag Evert gerust met andere meisjes in de poppenhoek spelen. Toch ervaart zij veel ongemak, treffend beschreven in passages als de onderstaande.
Vanaf mijn elfde liet ik de badkamerspiegel beslaan voor ik ging douchen. Die spiegel hing recht tegenover de douche, en er was geen gordijn. Als je de spiegel niet liet beslaan, dan zag je jezelf helemaal staan – en dat vond ik verschrikkelijk. (…) Ik waste me wel, maar keek nooit naar beneden. Maar hoe hard ik dat ding daar ook negeerde, het verdween nooit.
Everts leven wordt pas echt goed ellendig wanneer zij naar de middelbare school gaat. Haar puberende klasgenoten merken dat Evert anders is en pesten hem door ‘homo’ of ‘meisje’ te roepen en haar buiten te sluiten. Wanneer ze een vriendin toevertrouwt dat zij zich weleens verkleedt en opmaakt als meisje en het liefst van geslacht wil veranderen, weet binnen mum van tijd de hele school dit. Deze gebeurtenissen maken maar weer eens duidelijk hoe lelijk kinderen tegen elkaar kunnen doen en hoe volwassenen dit laten gebeuren. Evert wordt ook thuis niet geaccepteerd en voelt zich dus ontzettend eenzaam. Dit heeft ook te maken met het feit dat genderdysforie of transseksuele mensen nog nagenoeg onzichtbaar zijn wanneer Evert opgroeit aan het begin van deze eeuw: de eerste uitzondering is Kelly van Big Brother, met wie Evy als volwassene overigens bevriend raakt. Dit is een groot verschil voor kinderen van nu: inmiddels zijn er talloze voorbeelden van boeken en tv-series waarin genderdysforie en aanverwante thematiek een rol speelt en genormaliseerd wordt.
In de loop van Everts schoolcarrière verandert er gelukkig het een en ander ten goede: op een nieuwe vmbo-school ontfermt een docent zich over Evert en helpt zij haar op weg om zich te oriënteren op een toekomstige geslachtsverandering. Dit is een van de mensen die haar erdoorheen slepen; acceptatie maakt een wereld van verschil.
Ik dacht: wat een flauwekul. Alsof het genoeg is om tegen iemand te zeggen: maak je geen zorgen. Maar nu begreep ik het. Het was genoeg.
Bij de vervolgopleiding Uiterlijke Verzorging gaat het nog beter, ook omdat zij in een klas met alleen maar meisjes terechtkomt. Zij vertelt over haar situatie en zij behandelen hem daarna gewoon als hun gelijke, zodat ze zich nu ook op school als meisje kan verkleden en gedragen. Thuis is dit echter nog altijd geen mogelijkheid, en wanneer Evert de eerste stappen probeert te zetten richting een transitietraject houden haar ouders dit stelselmatig tegen, waardoor ze gefrustreerd moet wachten tot haar achttiende verjaardag. De ruzies met de ouders zijn een schrijnend onderdeel van het verhaal, al slagen Woltz en Janssen erin om hen niet als grove slechteriken af te schilderen, maar hun onbegrip en angst voor de buitenwereld te laten zien.
Het laatste deel van het verhaal draait vooral om de lichamelijke transitie en het vrouwelijke leven dat Evy vanaf nu kan leiden. Deze lastige route wordt tot in details beschreven: welke hormonen er geslikt moeten worden en wat de fysiologische effecten hiervan zijn, wat er in welke volgorde aan het lichaam verandert en hoe dit voelt, waarmee het een inkijkje geeft in een traject dat voor veel lezers nog onbekend zal zijn. Tegelijkertijd maakt Evy mentaal een turbulente ontwikkeling door die lijkt op de verlate pubertijd, nu ze eindelijk zichzelf kan zijn. Een grappige en opvallende episode is wanneer Evy als jongvolwassene haar borsten laat vergroten, iets waar haar familieleden overigens geen enkele moeite mee hebben, want dat hebben velen van hen zelf ook laten doen. Het maakt maar weer eens duidelijk dat het credo onbekend maakt onbemind op veel levens van toepassing is. Sowieso wordt de acceptatie voor mensen in haar omgeving makkelijker naarmate Evy er vrouwelijker uitziet, wat maar weer aantoont hoe sterk het biologische, culturele en sociologische onderscheid tussen jongens en meisjes in de maatschappij is.
Meisje van Mars is oorspronkelijk in 2011 verschenen en in 2020 als Lijster breed verspreid op scholen, en gezien de thematiek is die keus heel begrijpelijk. Wel is het zo dat er voor mijn gevoel al veel veranderd is in twaalf jaar tijd – veel jongeren zijn ruimdenkend en accepteren klasgenoten die anders zijn dan zij, wat overigens niet wil zeggen dat er niet meer gepest of gefluisterd wordt. Ook is genderdysforie nu veel zichtbaarder en zijn er genoeg rolmodellen voor jongeren. Toch is dit boek nog altijd heel leerzaam en meer dan geschikt om met elkaar over in gesprek te gaan, bijvoorbeeld over het onderscheid tussen jongens en meisjes en hoe het is als je daar van af wilt wijken. In dat opzicht zou ik dit boek van harte willen aanbevelen aan alle docenten en leerlingen, ongeacht hun leeftijd of leesniveau. Meisje van Mars is een intiem, leerzaam en ontroerend verhaal dat mooi is opgeschreven, beklemmende en pijnlijke scènes bevat en een unieke inkijk geeft in de psychologie van een getroebleerde tiener, die aan het slot als een echte zeemeermin gelukzalig door het water scheert.
Het was de ultieme bevrijding. In het water was ik geen jongen, geen meisje, geen transseksueel, maar een zeemeermin. Ik was echt.
Willem Goedhart
Anna Woltz & Vicky Janssen – Meisje van Mars. Em. Querido, Amsterdam / Noordhoff Uitgevers, Groningen. 128 blz. € 17,99.
Lees ook deze recensie van Cilla Geurtsen over het boek.
Leerlingen in het voorgezet onderwijs lezen graag eigentijdse populaire jeugdboeken: van Mel Wallis de Vries tot Cis Meijer of Anna Woltz tot Maren Stoffels. Auteurs van wie het werk helaas nogal onder de radar blijft op een site als Tzum (of in de kwaliteitskranten). Daarom starten Erik-Jan Hummel en Willem Goedhart, beiden docenten Nederlands, deze zomervakantie met een reeks recensies over populaire titels die hun leerlingen ook lezen. De belangrijkste vragen: is dit een boek dat we zouden aanraden? Fungeren deze boeken als spiegel voor tieners, en/of openen ze vensters naar de hedendaagse wereld?
(Voor de banner boven deze foto is gebruik gemaakt van deze foto van Burst CC0, via Pexels)