Moeder, dochter, woning, en de tijd van verwoesting

Kwaadwillende stiefmoeders vormen krachtige personages, waartegen het makkelijk strijden is. Maar mislukte moeders die het desondanks best wel goed lijken te bedoelen, zijn pas echt funest voor een kind.

Aan het begin van The age of destroying is Elsa zeven jaar en betrekt ze met haar chaotische, wanhopige, obsessieve moeder een nieuwe woning in een nieuwe stad. Hoewel de moeder zo ongeveer alles op haar eigen ongelukkige wijze verkeerd doet, kunnen haar pogingen om desondanks het goede te doen voor haar dochter haar niet ontzegd. Vol trots laat ze Elsa haar nieuwe kamer zien, mét stapelbed, en hunkert ze haast kinderlijk naar een blijk van dankbaarheid van haar dochter. Maar ook in haar moederliefde slaat ze door, als ze haar kind ’s nachts bij haar in bed wil hebben. Ze kruipt daartoe in het onderste bed en dwingt Elsa, die boven ligt, om bij haar te komen. De terzijdes, die Elsa’s scherp observerende monoloog onderbreken en waarin de moeder aan het woord komt, ontwikkelen zich al snel van vervelend naar drammerig en verontrustend:

Elsa? Slaap je?
Ja.
Ik ben het, mama.
Dat weet ik.
Zeg eens dat je van me houdt.

(blz. 18)

Zeg het nog eens. Ik hou van wie?
Van mama.
Zeg het.
Ik hou van je, mama.
Hou je veel van me? Heel, heel veel? Meer dan wie ook ter wereld? En zul je nooit zoveel van iemand houden als van mij? En zul je altijd van me houden?
Ik hou van je en ik hou van niemand anders op de wereld, mama, voor altijd.
Ik hou van je, mijn Elsa. Zeg eens ik weet dat mama van me houdt.
Ik weet dat mama van me houdt.
Ze houdt heel veel van me.
Alsjeblieft.
Wat?
Kunnen we gaan slapen? Alsjeblieft?

(blz. 47)

Op haar nieuwe school leert Elsa Issa kennen, een hartelijk meisje dat haar op weg helpt in de nieuwe omgeving en met wie Elsa bevriend raakt. Maar Elsa brengt haar leven voornamelijk samen met haar moeder in de benauwende, soms oververhitte biotoop van het nieuwe huis door en heeft geen idee van wat een normale vriendschappelijke relatie inhoudt. Het loopt tijdens een logeerpartijtje daarom al gauw spaak tussen de twee vriendinnen en zo staat Elsa er ook op school weer alleen voor.

In het tweede deel van deze korte roman is Elsa inmiddels in de twintig. Ze is al jarenlang het huis uit en heeft het contact met haar moeder nagenoeg verbroken. Maar omdat je ook fatale relaties nou eenmaal niet altijd kunt ontlopen, zoekt ze haar op enig moment toch weer op. Moeder woont nog steeds in het oude huis, maar in de kamer van Elsa rest nog slechts het blauwe tapijt. De moeder-dochter-woningverhouding komt vervolgens tot een verassend en abrupt einde.

L’Âge de détruire, zoals de oorspronkelijke titel luidt, is het romandebuut van Pauline Peyrade. Het boek is in Frankrijk een beststeller en de schrijfster ontving er de Goncourt-debuutprijs voor. Vertaalster Kiki Coumans heeft vervolgens voor een uitstekende vertaling gezorgd, waarin de nauwgezette observaties van Elsa en de fijnzinnige stijl van Peyrade prachtig tot hun recht komen. De titel, die de lading meer dan dekt, is ontleend aan een citaat uit A Writer’s Diary van Virginia Woolf: ‘The age of understanding: the age of destroying – and so on’, dat als motto voorin het boek is opgenomen. Waarom Coumans (of uitgever Vleugels) ervoor gekozen heeft om de Nederlandse vertaling de Engelse Woolf-titel mee te geven, zal wellicht altijd in nevelen gehuld blijven. Peyrade had het citaat immers wél vertaald.

Maar ja, ik heb het er hier al vaker over gehad: Nederland beschikt over vertalers van wereldklasse, wat het endemische geklooi met titels alleen maar raadselachtiger maakt.

Jan de Jong

Pauline Peyrade – The age of destroying. Vertaling: Kiki Coumans. Vleugels, Bleiswijk. 120 blz. € 28,75