Recensie: Han Kang – Ik zeg geen vaarwel
Een vergeten geschiedenis
In haar nieuwe roman verweeft de Zuid-Koreaanse auteur Han Kang een stuk geschiedenis dat lange tijd werd genegeerd. Vertaler Mattho Mandersloot spreekt in het nawoord over het ‘vergeten bloedbad’. De Jeju-opstand vond plaats tussen 1948 en 1949 op het eiland Jeju, ten zuiden van het Koreaanse schiereiland. Vele jaren later, toen vervolging niet meer mogelijk was, kwamen het onderzoek en de geschiedschrijving pas op gang. Hang Kang baseerde zich op talrijke naslagwerken waarvan de vroegste titel dateert uit 2003.
In Seoul ligt Inseon in het ziekenhuis. Bij het uitoefenen van haar beroep, het vervaardigen van voorwerpen in hout, heeft ze twee vingerkootjes afgezaagd. In het ziekenhuis hebben ze de kootjes vakkundig terug aan de vingers gehecht. Als ze verneemt dat ze enkele weken aan het bed gekluisterd zal zijn, neemt ze contact op met haar ex-collega, vriendin en romanschrijver Gyeong-ha. Ze heeft een ongebruikelijk verzoek: of Gyeong-ha stante pede het vliegtuig wil nemen naar haar afgelegen huis op het eiland Jeju. Haar Kaketoe heeft immers voedsel en water nodig. Gyeong-ha bevindt zich in een slechte periode: na het schrijven van een boek over een moordpartij heeft ze last van nachtmerries en doet pogingen om haar zelfmoordbrief te schrijven. Misschien komt de vraag van Inseon wel op het juiste moment.
In erbarmelijke weersomstandigheden neemt Gyeong-ha het laatste vliegtuig naar het eiland. In een sneeuwstorm moet ze in het schemerduister de juiste bus weten te vinden om daarna nog een lange weg in complete duisternis naar het huis van haar vriendin af te leggen. Het verhaal krijgt epische proporties. Gyeong-ha komt net te laat bij de plaatselijke winkel om een zaklamp te kopen, ze komt ten val, verliest haar telefoon en dreigt dood te vriezen.
Maar als ze dan uiteindelijk toch het afgezonderde huis weet te bereiken, krijgt de roman een drastische plotwending. De details hiervan zijn voor de lezers van de roman. Belangrijk is dat zich in het huis een groot archief bevindt met documenten over de Jeju-opstand en de rol van Inseons ouders hierin. Een cruciale verhaallijn is de zoektocht van de ondertussen overleden moeder van Inseon naar haar verdwenen broer. Op basis van boeken, brieven, foto’s en krantenknipsels uit het archief, die zijn verzameld door Inseons moeder, komt Gyeong-ha terecht in een wereld vol gruwelijke ellende: foltering, executies, moordpartijen. Tijdens de slachting, in de strijd tegen het communisme, zijn honderden dorpen vernield en tienduizenden mannen, vrouwen en kinderen vermoord.
Han Kang is wereldberoemd geworden met haar prachtige roman De vegetariër die in 2005 in Nederlandse vertaling verscheen en waarmee ze de Man Booker International Prize won. Het is een beklemmend én poëtisch boek. Hetzelfde kan worden gezegd van Ik zeg geen vaarwel. Er zijn hele passages die sensueel en poëtisch zijn geschreven: passages over het vallen van de sneeuw, het flakkeren van een kaars, zwarte boomstammen en de duisternis van het bos. Volgens Kang is het een boek over liefde. Maar de beklemming is nu niet het gevolg van de individuele neergang van een vrouw, zoals in De vegetariër, maar wel van de grootste verschrikkingen die denkbaar zijn. Het bloedbad van Jeju, zo maakte de auteur duidelijk in een interview, staat symbool voor alle bloedbaden in de wereldgeschiedenis omdat telkens dezelfde fouten worden gemaakt.
Kang heeft een krachtig en noodzakelijk boek geschreven. Op stilistisch vlak is het een pareltje. De auteur schrijft prachtige zinnen die niet zozeer barok of weelderig zijn, maar trefzeker en beheerst in hun relatieve eenvoud. Over het geheel ligt bovendien een sprookjesachtige glans. Het verhaal wordt ook niet rechttoe rechtaan geschreven: de auteur verspringt van tijd, van plaats en van vertelperspectief. Ik zeg geen vaarwel is het eerste boek van Kang dat rechtstreeks uit het Koreaans is vertaald en niet tot stand is gekomen via de Engelse vertaling. Hulde aan Mattho Mandersloot.
Kris Velter
Han Kang – Ik zeg geen vaarwel. Vertaald door Mattho Mandersloot. Nijgh & Van Ditmar, Amsterdam. 304 blz. € 23,99.